De Vechtpartij
De PvdA van Kok tot Samsom
Thijs Niemantsverdriet
Wat is dat toch met de PvdA?
In het huidige
politieke landschap kennen alle partijen pieken en dalen, maar nergens
zijn die zo hoog en zo diep als bij de PvdA en nergens gaan die gepaard
met zoveel botsingen, interne conflicten en met zoveel zichzelf
verwijtende rapporten en commissies als bij de PvdA.
Thijs
Niemantsverdriet, parlementair journalist voor NRC Handelsblad, volgt de
politiek al jaren op de voet en vroeg zich af waarom dat het geval is.
Zo
heel slecht ging het toch niet met de PvdA de afgelopen decennia, ze
zaten bijna onafgebroken in de regering en beleefden, naast een paar
forse nederlagen ook drie indrukwekkende electorale comebacks.
Waar
komt die onvrede en die voortdurende drang tot zelfkastijding vandaan en waarom gaan PvdA’ers vaak zo onaardig met elkaar en hun omgeving om?
De schrijver begint zijn zoektocht in de jaren tachtig, bij Wim Kok, die ongekend
populair was, maar die te maken kreeg met de WAO-crisis. De WAO moest in
die periode aanzienlijk versoberd worden om hem in de toekomst betaalbaar te
houden.
Kok communiceerde die overwegingen te weinig naar zijn
achterban en verloor in één klap een kwart van zijn kiezers. De twijfel
was gezaaid bij zijn achterban, ook al wordt de PvdA in de verkiezingen
daarna alsnog de grootste.
Na Kok komt Ad Melkert, een
technocratische leider, die de uitstraling van Wim Kok mist. Melkerts
komst valt samen met de opkomst van Pim Fortuyn. Hij toont zich een
fervent tegenstander van Fortuyn en na het voor Melkert desastreus
verloop van het debat na de door de PvdA verloren
gemeenteraadsverkiezing en vervolgens de moord op Fortuyn keert de
volkswoede zich tegen links en met name tegen de PvdA en tegen hem.
Bij de verkiezingen wordt de PvdA gehalveerd en Melkert stapt gedesillusioneerd en boos uit de politiek. De
kiezers hadden afgerekend met wat de PvdA in de jaren negentig geworden
was; een gesloten arrogante, op de media gefixeerde campagnepartij
waarin politieke correctheid de boventoon voerde en een open debat de
kop werd ingedrukt.
Na Melkert volgt de ambitieuze jonge Wouter Bos,
die de politieke lijn niet eens zoveel verandert, maar die een
succesvolle campagne voer en aan de onderhandelingstafel met het CDA
komt.
In de onderhandelingen tussen die twee partijen gaat het mis
en ontstaat er diep wantrouwen wat nog jarenlang zijn sporen na zal
laten en zal leiden tot een kabinetsbreuk, als de twee partijen
uiteindelijk wel samen gaan regeren. Wouter Bos is in dat tweede
kabinet Balkenende een buitengewoon succesvolle minister van Financiën,
midden in de financiële crisis en de bankencrisis, maar het kabinet gaat
ten onder aan onderling wantrouwen en valt. Bos stapt totaal
onverwachts uit de politiek, maar heeft zijn opvolger al geregeld; Job
Cohen, de populaire burgemeester van Amsterdam.
Lokaal besturen
blijkt echter wat anders dan de Haagse politiek. Cohen, die met zulke
hooggespannen verwachtingen de politiek werd binnengehaald, verliest,
na schutterige mediaoptreden, de verkiezingen, belandt in de oppositie
en blijkt geen begeesterd leider.
Hij verlaat de politiek en
Diederik Samsom volgt hem op. Hij voert een wervelende campagne met ‘het
eerlijke verhaal’ en vormt na de verkiezingen een kabinet met Mark
Rutte van de VVD.
Een kabinet wat nog steeds zit, maar wat door met
de VVD te regeren zoveel beleid uit moet voeren wat tegen de PvdA
beginselen indruist, dat de achterban wederom weer heel wat te morren
heeft.
Ideologische onzekerheid, onplezierige omgangsvormen en een
grote neiging tot zelfkastijding, blijken de drie grote kwalen van de
PvdA.
Steeds zien we hierbij dezelfde ingrediënten; klagende
Kamerleden, slechte peilingen, een onzekere partijtop, prominenten die
publiekelijk hun onvrede uiten en een vernietigende verkiezingsuitslag.
En dan net als de partij kopje-onder dreigt te gaan volgt er een
wederopstanding en richt de partij zich met onverwachte snelheid weer op.
Maar de mislukkingen dreunen bij de PvdA altijd langer na dan de
successen. Geen enkele partij schreef zoveel negatieve rapporten over
het eigen functioneren. Onvrede zit de sociaaldemocraten blijkbaar in de
genen.
Niemantsverdriet verklaart deze verbetenheid door de idealen
van de sociaal democraten; ze willen de wereld veranderen en wel nú en
hebben daarbij weinig geduld, wat vaak botst met de realiteit van
regeren waarbij veel compromissen moeten worden gesloten en je te maken
hebt met bezuinigen en tegenslag.
Een dergelijk ‘alles-kan-altijd-beter-houding’ zorgt voor een harde confronterende partijcultuur en
daarbij gaat het er vaak niet zachtzinnig aan toe.
Wouter Bos noemde
dit de socialistische ziekte; zo bezig zijn met de mensen veraf dat je
de mensen van dichtbij vergeet. Op het Binnenhof zeggen ze; PvdA’ers
houden van de mensheid, niet van mensen en al lezend kun je je inderdaad
niet aan de indruk onttrekken dat dat het geval is.
Het levert
een boeiend boek op, wat smullen is voor politieke junkies. Niet alleen
kan Niemantsverdriet schrijven en leest het boek af en toe als een
politieke thriller met de nodige intriges, ook geeft het een intrigerend
kijkje achter de schermen. Doordat gekozen is voor de recente politiek
gaat het om politieke leiders, kabinetten en gebeurtenissen die nog
vooraan in ons geheugen liggen.
Wellicht hadden andere oorzaken van
de recente politieke aardverschuivingen nog iets breder onder het
voetlicht kunnen worden gebracht, ook bij de kiezers is tenslotte het
nodige aan de hand, maar als het boek tot doel had een inkijkje te
geven waarom juist bij de PvdA het verloop van het electoraat zo enorm
is en waarom het juist in die partij altijd hommeles is, dan is de
schrijver in zijn streven geslaagd.
Een heerlijk boek voor iedereen die van politiek houdt en zeker niet alleen voor sociaaldemocraten.
ISBN 978 90 20412109 Paperback 287 pagina's Uitgeverij Atlas april 2014
© Willeke, juni 2014
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER