De Verlosser van de Wetenschap
Stanley L. Jaki
In dit boek onderzoekt de auteur de grondslagen van de wetenschap.
Wetenschap is een zoektocht naar de geheimen van de natuur.
Wetenschap is op zoek naar een ware en juiste voorstelling van zaken.
Wetenschap is gebaseerd op het vertrouwen dat de natuur open staat voor rationeel onderzoek.
Dat zijn drie belangrijke zaken. En de vraag rijst op: waar komt het vertrouwen op een kenbare natuur vandaan? Volgens de auteur van dit boek was dit vertrouwen in eerste instantie te vinden bij christelijke wetenschappers uit het verleden.
De Middeleeuwse onderzoekers gingen uit van een heelal dat redelijk geschapen was en dat om die reden natuurwetten stabiel waren. De feilloze werking van natuurwetten was een teken van zekerheid en bestendigheid. Deze wetenschappers zagen daarin de hand van de Schepper, maar alle wetenschap is gebouwd op het geloof in stabiele natuurwetten. Met de opkomst van de evolutietheorie van Darwin gaat het verband tussen natuurwetten en een Schepper die deze aan de kosmos heeft opgelegd verloren. Wetenschap wordt geseculariseerd en voortaan is alleen het materiële en waarneembare object van onderzoek. De opvatting dat uit de natuur valt af te leiden dat er een Schepper moet zijn, raakt in diskrediet.
De auteur betreurt dat en een deel van zijn boek is besteed aan de weerlegging van de theorie van Darwin. Alle wetenschap is verweven met vooronderstellingen die getoetst worden. Die vooronderstellingen zijn niet waardenvrij, maar hangen samen met de voorkeuren, de ideologie dan wel het geloof van de onderzoeker. Darwin wilde aantonen dat de ‘struggle for life’ de motor was voor een opwaartse ontwikkeling en had dus God niet meer nodig als verklaringsbron. Het doelgerichte van een schepping maakte plaats voor het toeval dat er een leefbare aarde ontstond met fijnzinnig op elkaar afgestemde natuurwetten. Moderne wetenschap plaatst de visie van Darwin echter weer voor grote vragen. De auteur komt met rake voorbeelden en stelt vragen waar nog geen bevredigend antwoord op is gegeven.
Het boek biedt echter veel meer dan een bespreking van de zwakke aspecten in de evolutietheorie. Naast Middeleeuwse natuurwetenschappers en de evolutietheorie van Darwin bespreekt hij het werk van Copernicus, Immanuel Kant, Rousseau, Karl Popper, Joodse rabbijnen en moslim-geleerden. Tal van onderwerpen passeren de revue: de klimaatcrisis, de ontwikkeling van kernwapens en de bevolkingsexplosie.
De auteur heeft als kernovertuiging dat de geboorte van Christus opnieuw de betrokkenheid van God op zijn Schepping tot uitdrukking heeft gebracht en dat wetenschappelijk onderzoek binnen dat kader tot volle wasdom kan komen.
De uitgever heeft er goed aan gedaan om dit boek, dat in 2000 verscheen, onder het stof vandaan te halen en voor de Nederlandse markt uit te geven. Terecht merkt vertaler Wim Peeters in zijn Ten Geleide op dat het hier en daar een moeilijk boek is. Hij begreep niet alles, maar had volop genoten van de delen die hij wel begreep. Zo heb ik het ook beleefd bij het lezen.
Auteur Stanley Jaki is buitengewoon goed thuis in dit onderwerp. Alles wordt gestaafd met onderzoeksresultaten en verwijzingen naar vakliteratuur. Een register ontbreekt, maar dit wordt redelijk gecompenseerd doordat elk hoofdstuk is opgesplitst in afzonderlijke paragrafen.
Stanley Jaki (1924-2009) was een Hongaars Rooms-Katholiek geestelijke en fysicus. Hij doceerde wetenschapsfilosofie aan de universiteiten van Stanford, Berkeley en Princeton. Daarnaast doceerde hij fysica aan de Universiteit van New Jersey. Jaki schreef meerdere boeken over de verhouding tussen de moderne wetenschap en het christendom.
Dit is een interessant boek dat een nuttige rol kan spelen in het debat over de relatie wetenschap en geloof.
ISBN 9789493207172 | Paperback | Omvang 267 blz. | Uitgeverij Betsaida | ’s-Hertogenbosch | december 2022
vertaald door Drs. Wim Peeters
© Henk Hofman, 30 december 2022
Lees de reacties op het Forum en/of reageer, klik HIER