Nieuwe jeugdboekrecensies 10+

De laatste tovenaar
Fabulant deel 2
Marloes Kemming


Isa heeft dus ontdekt dat die saaie oom van haar, bij wie ze in vakanties logeert, helemaal niet zo saai is als je op het eerste gezicht zou denken. Ze heeft samen met hem en de panter/kat Nobel al een groots avontuur beleefd in een magische wereld.
In een schuurtje in de tuin bij oom Arnold is namelijk een magische poort, De Bloemenpoort. Hij is zelf de opvolger van de poortwachter Gerald. Die had tot taak om iedere dag gif te spuiten op de planten van die poort om er voor te zorgen dat Resa, de duistere koningin, er niet door kan.


Maar in het eerdere avontuur hebben Isa en haar vrienden er voor gezorgd dat Resa geen kwaad meer kan: ze is nu een muis die met haar 600 volgelingen, ook muizen, in kooitjes zitten. In plaats van gif spuiten zorgt oom Arnold nu voor de muizen. Maar natuurlijk zint Resa op een manier om te ontsnappen.


‘De oude man en dat stomme kind zijn haar als dier gaan zien en hebben geen idee hoeveel ze al weet. Ze beseffen niet dat haar muizenoren al hun gesprekken in de tuin hebben gehoord. Resa weet alles van Isa’s reis deze zomer. Hoe ze in de Papieren Stad wist te ontsnappen haar Hydrea, van de Aardman en de Silvanten en de valstrik van het verzet.’


Wat ze helaas ook te weten is gekomen is dat oom Arnold met Isa en Nobel naar een andere magische poort willen reizen, in Ierland. Want Nobel wil liever geen kat blijven wat wel gaat gebeuren als hij op Aarde blijft. Die poort is zijn enige hoop om terug te kunnen naar de magische wereld.
Nu heeft oom Arnold de innerkijker gevonden, een magisch voorwerp dat verstopt was door zijn voorganger. Nu kunnen ze rekenen op de hulp van drie geleidegeesten. Behalve dat Resa hen op de hielen zit, moeten ze om de poort te kunnen openen ook nog eerst drie medaillons zien te vinden, en als ze die hebben raadsels oplossen.
Resa heeft hulp – nou ja, ze dwingt hem op een magische manier – gevonden bij de laatste tovenaar, Kyan. En die heeft als beroemd goeroe miljoenen volgers die allemaal alles voor hun held over hebben.


De race om de toegang tot de magische wereld van Liessa in het oosten is begonnen. Kunnen Isa en haar – ook oude - vrienden hun vijand de duistere koningin aan? Kunnen zij verhinderen dat ze weer de macht grijpt en de hele wereld de hare maakt?


Ook in dit tweede deel zijn er verwijzingen naar andere fantasyboeken.
Hoewel: Harry Potter, die kent de doelgroep wel. Maar de verhalen van Tolkien?


‘Kop op!’ zegt oom Arnold opgewekt. ‘Die kleine hobbits deden toch ook iets wat eerst onmogelijk leek? Nou, dat kunnen wij ook.’
‘Ja, maar zij deden dat in een bóék,’ gromt Isa.’


Net als het eerste deel een spannend avontuur vol magie, en veel humor (die geleidegeesten! Hilarisch!) en Isa is ook nu een figuur die herkenbaar blijft, zij is immers nauwelijks magisch. Toch? Wat ook fijn is is de couleur locale als ze in Ierland zijn, het land van elfen en meer magie.

ISBN 9789048870967 | Hardcover | 240 pagina's | Uitgeverij Moon | oktober 2023
Leeftijd vanaf 10 jaar

© Marjo, 7 december 2023

Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER

 

De tijdeters
Illustraties: Carolien Westermann
Tekst: Rob Geukens


'Wat gaat de tijd toch snel' er is niemand die dit af en toe niet denkt.
Je hebt het zo druk dat, voordat je het weet, de dag, de maand, het jaar alweer om is.
En dat is precies waar dit boek over gaat.

Het verhaal begint bij de twee reuzen, Stien en Stan, die bovenop de berg wonen. Ze zijn gelukkig, leven bij de dag, genieten van elkaar en hun omgeving. De dagen verstrijken in een rustig tempo, wat gedaan moet worden, wordt gedaan en verder genieten ze van hun mooie uitzicht, de groene vallei, of de prachtige zonsopgang of zonsondergang. Het leven is goed.


Maar zoals het in verhalen gaat, op een dag zien ze een sliertje rook uit de vallei komen. Het is vooral Stien die er moeite mee heeft, even later zien ze ook kale plekken in het groen ontstaan. Er zijn mensen in 'hun' vallei komen wonen. Alles voelt daardoor net een beetje anders, terwijl op de berg zelf niets veranderd is.
Op een dag komt een van de mensen de berg op. Stan en Stien schrikken maar verwelkomen het kind liefdevol en heel gastvrij.


Het gekke is dat na dat bezoek, kleine dingetjes veranderen, Stien heeft ineens een witte haar, de schep waarmee al jaren gespit wordt, is ineens verroest.
Ook Stan verandert en ineens heeft hij rimpeltjes rond zijn ogen. Wat is er aan de hand? Er komt een soort onrust in het eerder zo heerlijke, rustige, gezellige leven van Stein en Stan.
Ook verlangen ze naar de jongen die hen een bezoek bracht. Hij was hun vriend, toch?


Om die reden besluit Stan naar de vallei te gaan. Hij wil de jongen terugzien. Hij zal gauw terugkeren want Stien kan niet zonder Stan en omgekeerd.
Eenmaal in de vallei aangekomen kijkt Stan zijn ogen uit. Waarom lopen die mensen zo hard? Waar moeten ze naartoe? Waarom staan ze haast nooit stil? En wat zijn dat voor grijze figuurtjes die tussen de mensen door flitsen?


Met dit verhaal kun je diverse kanten op. Zijn de reuzen echt zo oud, terwijl ze er nog zo jong uitzien? Is het zo dat het zo lijkt omdat hun tijd langer duurt omdat ze van alles kunnen genieten en letterlijk de tijd voor dingen nemen. Zijn de mensen in de vallei echt zo snel oud? Of lijkt het zo omdat ze veel tijd niet bewust meekrijgen, ze moeten door, ze staan nooit stil bij het moment? Zijn de reuzen echt reuzen en de mensen kabouters of zit het anders?
Het spelen met de tijd is niet in een betweterig verhaal gestoken maar wordt erg liefdevol en warm getoond.
Wat achterblijft is een besef dat het ook anders kan.
Het boek is duidelijk nog niet zomaar uit als je het dichtslaat.


ISBN 9789044848847 | Hardcover | 92 pagina's | Clavis | 30 januari 2023
Met mooie dromerige zwart-wit illustraties | Leeftijd: 10+

© Dettie, 9 november 2023

Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER

 

De sterren onder onze voeten
David Barclay Moore


Een jongen in Harlem heeft het niet makkelijk in zijn eentje. De wijk wordt geregeerd door allerlei bendes, crews, zoals ze genoemd worden. Een groep jongens, maar ook meisjes, die elkaar beschermen, maar diegenen die niet in hun crew zitten belagen.
De twaalfjarige Lolly (een bijnaam, hij heet Wallace) wil niets te maken hebben met die bendes, al weet hij dat hij dan een groot risico loopt.
Want in zijn eentje door de straten lopen, dat is gevaarlijk.


'Maar voor mij was er niets, maar dan ook niets, waardoor ik ooit weer iets met kerst zou hebben. Ik was er klaar mee. Klaar. Klaar met alle kerstmuziek, kransen, versieringen en gelukkige-feestdagenshoppers. Een paar weken geleden had ik besloten dat ik nooit meer gelukkig zou zijn. Want het was niet eerlijk.’


Het is niet eerlijk dat hij niet veilig door de straten van Harlem kan lopen.
Het is het niet eerlijk dat zijn broer er niet meer is.
Jermaine, zijn broer, zijn held, die er altijd voor hem zou zijn, die is er niet meer. Omgekomen bij het geweld van juist zulke bendes.


Thuis is hij veilig. Maar daar is de leegte die Jermaine achter gelaten heeft. Lolly heeft maar één uitlaatklep: hij is dol op Lego. Hij heeft wel zesenveertig Lego-sets. Als de vriendin van zijn moeder twee grote zakken vol legosteentjes voor hem meeneemt, verandert zijn wereld. Hij begint te bouwen aan een fantasystad.
Met zijn vriend Vega gaat Lolly elke dag naar een naschools programma. Daar is meneer Ali, de directeur, die ook maatschappelijk werker is.
Deze man ziet waar Lolly mee worstelt, en probeert hem te helpen. Lolly mag in een ruimte op school bouwen aan zijn stad. Later komt daar Rose bij, een meisje dat het moeilijk heeft op school. Het duurt wel even voor zij elkaar accepteren.


Op de omslag zie je een jongen lopen over een straat die geplaveid is met lego. Er zitten openingen tussen die legosteentjes. Daar schitteren kleine sterretjes…


’En als je sterft, begraven ze je, maar je ziel vliegt naar de sterren.  Je mama, je papa - ze werden onder de grond begraven, maar het zijn nu sterren, meisje, sterren onder onze voeten.’


Maar het kan niet zo blijven. De school wil de ruimte waar de twee bouwen terug hebben. Hun bouwsels moeten weg. En intussen is de straat nog steeds niet veilig. Tekenend voor de beleving van hun wereld is de opmerking die Lolly maakt als ze in het park een coyote spotten:


‘Onze coyote was onderdeel van een diersoort die in gevaar was. Opgejaagd en neergeschoten. We wisten hoe het voelde.’


De wereld om hen heen eist bijna dat zij de criminele wereld instappen. Hoe houden onze hoofdpersonen zich staande? Hebben zij een kans?


Een aangrijpend verhaal over een moedige jongen. Barclay Moore gebruikt veel symboliek (zou dit overeind blijven in de film die gemaakt gaat worden?) en al is het best pittig voor jonge lezers, door de ruime verdeling van de tekst over de pagina’s en het gebruik van veel dialogen is het een prima leesbaar boek.


David Barclay Moore is een Amerikaanse auteur en filmmaker. In 2018 won hij met De sterren onder onze voeten de Coretta Scott King/John Steptoe prijs. Verder was het boek favoriet op vele lijsten, waaronder Publisher's Weekly Best Book of the Year en Shelf Awareness Book of the Year.Binnenkort wordt het boek verfilmd door Michael B. Jordan en David werkt hier zelf aan mee als scenarioschrijver en producent.


ISBN 9789464530612 |Paperback | 320 pagina's | Uitgeverij Condor | september 2023
Vertaald uit het Engels door Michiel Nijenhuis | Leeftijd vanaf 11 jaar

© Marjo, 7 november 2023

Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER

 

De vloek van de schelpen
Efua Traoré


‘Ze bleef naar het huis staren. Ineens viel haar een deel in het hek op waar een spijl ontbrak. De ruimte tussen de andere spijlen was daar groot genoeg om iemand door te laten…’


Kuki woont nog maar net met haar zwangere moeder en diens nieuwe man, dokter D. in een nieuwe buurt waar ze niemand kent. De school is ook nieuw, ze voelt zich er niet thuis. De andere meisjes negeren haar omdat ze het mikpunt is geworden van het bazigste meisje van de klas. Moji was altijd in gezelschap van andere meisjes, en voerde het hoogste woord.
Kuki durft ook niet tegen haar in te gaan. En wat begint met de tas voor Moji dragen loopt steeds verder uit de hand.


Als ze alleen op speurtocht gaat in de buurt, ontdekt ze het verlaten huis met het hek er om heen. Het moet ooit een prachtig huis geweest zijn, een kroonluchter hangt er nog, en er stonden prachtige  kasten. Wel leeg en vol stof. Op de oprit lagen mooie schelpen, en ook op andere plekken in het huis vindt ze schelpen. En ineens ziet ze een meisje! Een straatkind? Ze ziet er haveloos uit. Maar ze heeft wel een mooie ketting met een schelp om haar nek.


Enilo wordt een vriendin, maar er is wel iets vreemds met haar aan de hand. Waarom woont ze in een leeg huis? Waar is haar familie?
Het maakt Kuki niet uit. Enilo is aardiger dan welk meisje op school ook.
Maar…


‘En zelfs al zouden we in die Abiku-mythes geloven, dan nog zeggen ze allemaal dat de dertiende verjaardag een mijlpaal is. Zodra je dertien wordt, ben je geen kind meer en is het gevaar geweken'.


Gevaar? Haar tante Bisola weet er alles van: zij waarschuwt Kuki tegen ondeugende Abiku, die bezit nemen van kinderen, en geeft haar amuletten.
Daar wordt Kuki’s moeder boos om: het is onzin, dat geklets over geesten!
Maar als het nu waar is wat tante Bisola zegt? Kuki is nog net geen dertien…


En magisch verhaal over vriendschap. En pesten.
Omdat het verhaal zich afspeelt in Nigeria komen er vreemde woorden in de tekst voor. Achterin staat een woordenlijst. En daar vind je ook een nawoord van de schrijfster.
Nigerianen geloven vaak in geestverschijningen, vervloekte families, goden en… intelligente schildpadden.


Efua Traoré (1976) is een Nigeriaans-Duitse verhalenschrijver. Ze won in 2018 de regionale Commonwealth Short Story Prize en werd in 2022 genomineerd voor de Waterstones Children's Book Prize. Haar debuut, Kinderen van het drijfzand, werd door The Guardian uitgeroepen tot een van de beste kinderboeken van 2021. Het boek kreeg in 2023 in Nederland een Zilveren Griffel.


ISBN  9789025885243 | Hardcover| 320 pagina's | Uitgeverij Leopold | augustus 2023
Vertaald uit het Engels door Sandra C. Hessels | Leeftijd vanaf 10 jaar

© Marjo, 28 september 2023

Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER

 

Hotel Bonbien
Enne Koens


Siri is tien en woont al haar hele leven in een hotel. Niet zomaar een hotel: Hotel Bonbien ligt aan de N19 in Frankrijk! Een hotel waar vooral mensen komen voor even een drankje of een hapje. Een enkele keer blijven ze logeren, maar eigenlijk is het een plek voor een stop als je onderweg bent naar het zuiden van Frankrijk. Of nog verder. Dat vindt Siri soms minder leuk, want ze kan niet echt vrienden kan maken, iedereen verdwijnt weer!
Toch zou ze echt niet willen verhuizen!


Maar nu gaat het niet zo goed met het hotel, en haar ouders maken steeds vaker ruzie. Dan gaat het er stevig aan toe! Complete serviezen sneuvelen!
Nu was Siri dat eigenlijk al wel gewend, maar toen gingen ineens de ouders van haar beste vriendin scheiden.
En dat snapt ze niet: bij Sylvie is het altijd zo gezellig en haar ouders maken nooit ruzie! Als die al uit elkaar gaan, dan kan het toch ook niet goed blijven gaan met haar eigen ruziemakende ouders?


'Genieten Octave, genieten heeft geen prijs.'
'H-Hilare' stamelt hij, 'zo bedoel ik het niet precies.''Maar ik wel, Octave, zo bedoel ik het precies.
Geld is het stof op de weg en de modder op het pad. Genieten is de hemel.'
'Dat is ook zo, maar we moeten nog schoolboeken voor de kinderen kopen, de letters op de gevel laten repareren en de theedoeken in de bleek zetten, Hilare.' En heel voorzichtig voegt hij eraan toe: 'Dat is eigenlijk veel belangrijker.'
'Ach wat. Denk je dat de gasten zich de theedoeken herinneren of het koekje, Octave? Wat denk je?'
Zo gaat dat. En zo kunnen ze uren ruziën. Soms gaan ze door tot mijn moeder over de hoofden van de gasten heen roept: 'En je stinkt, Octave, en je bonnetjes stinken. Dat is alles, dat is het hele probleem!'


Ook haar oudere broer Gilles blijkt zich er zorgen over te maken. Hoe kunnen ze voorkomen dat hun leven drastisch gaat veranderen?
Maar dat gebeurt dus sowieso: Siri blijkt plotseling een bijzonder talent te hebben!
Nu zal het vast wel goed komen!


Tot Gilles dat idee krijgt is het een verhaal over een gezin dat misschien niet zo normaal is, maar toch realistisch blijft. Maar daarna krijgt het verhaal een bijzondere wending en is eigenlijk niet meer zo realistisch. Al geeft Enne Koens achter in het boek aan dat het toch wel eens voorkomt.
Siri is de verteller, we lezen het vanuit de beleving van een tienjarige. Dat is met de perikelen binnen het gezin heel mooi gedaan. Je ziet haar groeien.


Enne Koens (1974) heeft onder andere Sammie en opa en Ik ben Vincent en ik ben niet bang geschreven, waarvoor ze genomineerd werd voor de Deutscher Jugendliteraturpreis en de Premio Strega. Ook kreeg ze de Jonge Jury Debuutprijs.


ISBN 9789044848915 | Hardcover | 288 pagina's | Luitingh-Sijthoff | mei 2023
Leeftijd vanaf 10 jaar

© Marjo, 21 september 2023

Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER

 

Felinia
en de verdwenen kinderen
Gerard van Gemert


Gerard van Gemert was aanvankelijk vooral bekend door zijn boeken over De voetbalgoden en Kief de goaltjesdief, maar langzamerhand ontwikkelt hij zich naar een breder scala aan onderwerpen. Het begon met boeken over andere sporten zoals Hockey maar langzamerhand begon het te veranderen en ontstond de spannende serie Eilandgeheimen, betsaande uit boeken die zich allemaal afspelen op Terschelling. Daarna werden de boeken van Van Gemert steeds socialer, zoals Vastberaden over een jongen die van pleeggezin naar pleeggezin gaat of het boek Ontzet, over Krijn die in het verzet zit tijdens WOII.
En nu is het eerste fantasyverhaal van Van Gemerts hand verschenen! En wat voor verhaal!


Het begint op de dag dat Felinia een bewusteloze jongen op het strand vindt. Gelukkig komt hij snel bij. Hij blijkt Sven te heten.
Felinia woont op het eiland Yokonias en is stomverbaasd over de verhalen die Sven heeft en wat is dat apparaat waarmee hij verbinding zoekt? Ze vertrouwt hem niet helemaal, wie weet is hij gestuurd door de Snavel. Het kost Sven heel veel overtuigingskracht om Felinia duidelijk te maken dat hij echt geen kwade bedoelingen heeft. Hij is net zo verbaasd als zij, hij heeft echt nog nooit van Yokonias gehoord en wie of wat is de Snavel.

De Snavel blijkt de dictator van het eiland te zijn en hij ontvoert alle kinderen omdat hij weet dat er één onder hen zit, die machtiger is dan hij. En laat dat ene kind nu uitgerekend Felinia zijn! Zij is degene die met haar speciale krachten de kinderen kan bevrijden maar dan moet ze eerst naar Chawi en die woont op de Berg der Dwazen. Chawi is een kluizenaar wordt gezegd... Maar als Sven en Felinia bij hem willen belanden, moeten ze eerst heel veel enge opdrachten uitvoeren, zoals over een balk die de ene kant en de andere kant van een ravijn met elkaar verbindt, terwijl ze bekogeld worden door de Kuddels.

Felinia heeft speciale krachten maar Sven is ook onmisbaar want hij is een uitstekende hacker en dat komt heel goed van pas in de puzzels en opdrachten die ze moeten oplossen.
Het is een heerlijk, spannend verhaal geworden en zo te merken blijft dit niet het enige deel rond Sven en Felinia en dat is helemaal super!


ISBN 9789044844573 | Hardcover | 200 pagina's | Clavis | 26 september 2022
Met zwart-wit afbeeldingen van Esther Rosier | Leeftijd 10+

© Dettie, 8 september 2023

Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER

 

De wonderbenen van Umberto
Ton Oosterhuis


In het Zuid-Italiaanse dorp Mirana zijn de mensen arm. De postambtenaar bijvoorbeeld moet het doen met twee armoedige kamertjes met één loketje voor wie hem nodig heeft.


Het gezin Mara woont in een schuur, die volgens vader ooit een stal was op het land van een grootgrondbezitter. Met een beetje timmerwerk is het min of meer geschikt gemaakt voor bewoning. Daar wonen vader, moeder, de zestienjarige Umberto en diens vijf jaar jongere zusje Rosella. Vader heeft geen vast werk, er is nauwelijks geld. En dat is een probleem, want een behandeling voor Rosella zit er niet in. Zij heeft verlamde benen, en als daar niets aan gedaan wordt zal ze nooit kunnen lopen. De dokter heeft gehoord van een chirurg die haar kan behandelen, maar dan moet het meisje naar de grote stad, Napels.


Alleen: een operatie die 3000 gulden (met uitleg onder aan de bladzijde) gaat kosten, dat kan de familie Mara niet betalen. Ook niet terugbetalen als ze het al konden lenen. Ze moeten het maar vergeten…
Maar de dokter is behalve dorpsarts ook voorzitter van de plaatselijke voetbalclub. In die hoedanigheid heeft hij gezien hoe goed Umberto is op het voetbalveld. Zo goed dat hij wil proberen de jongen te ‘verkopen’ aan een grotere voetbalclub. Maar er is nog iemand die het talent van Umberto gezien heeft, en die wil de jongen niet laten gaan.
Umberto krijgt dreigbriefjes van de maffia…


Er is ook nog een rol weggelegd voor een bijzondere hond, die Tarantella heet. Die had zomaar op de omslag van het boek kunnen staan, hij is net zo belangrijk als het voetval! De thematiek is gelijkelijk verdeeld over armoede, over voetbal en over vriendschap met een hond.
In 1966 door De Kinderjury uitgeroepen tot Beste Kinderboek van het Jaar.


Hoe zal een kind van nu dit boek ervaren?
In de meeste moderne jeugdboeken zijn volwassenen veel minder aanwezig. Als ze er al zijn hebben ze een bijrol, fungeren ze op de achtergrond. De hoofdpersonen zijn kinderen zelf. In De wonderbenen van Umberto hebben volwassenen een grote rol.
Kan de hedendaagse jeugd dit verhaal waarderen? Het zou jammer zijn als dat niet het geval is. Het zal niet aan de taal liggen, die is geüpdatet, en als het gaat om dingen die nu niet meer gebruikt worden, zoals telefoondraden, telegrammen en kruiers (!) staat er een uitleg bij. En het verhaal is mooi en spannend.

Anton Oosterhuis (1925 – 2017) was een Nederlands schrijver, historicus, wiskundige en marktonderzoeker. Hij schreef ruim vijftig boeken.

ISBN 9789462972742  | Hardcover | 192 pagina's | Uitgeverij De Kring | november 2023 - Heruitgave uit 1965
Met tekeningen van Peter van Straaten | Leeftijd vanaf 10 jaar

© Marjo, 23 november 2023

Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER

 

Dagboek van een lastpak
deel 2
Virginy  L. Sam

Fenna is verliefd!
Ze is reuze blij dat ze is uitgenodigd voor het oudejaarsfeest waar haar idool Theo zal optreden met zijn band. Want het is Theo voor wie ze hartjes tekent in haar dagboek…
Het is evenwel eerst Kerstmis, en het is ook de tijd van de kerstvakantie. Maar dat betekent dat haar ouders haar rapport zullen verwachten met de post. Fenna doet haar best te voorkomen dat haar ouders haar slechte cijfers -  behalve voor wiskunde en tekenen - te zien zullen krijgen.
Natuurlijk lukt dat niet. Een preek en een dreigement – kostschool! – vallen haar ten deel.
Gelukkig is opa Gaston er nog, hij is haar lievelingsfamilielid, en weet haar te troosten. Hij is altijd positief!
Ook haar jongere zusje is van de partij. Eva blijft haar best doen om het dagboek te lezen. Irritant zo’n zusje.
Maar gelukkig kan Fenna dromen. Over Theo natuurlijk. Dat maakt veel goed.
Zou ze durven hem aan te spreken? Zou hij haar haar eigenlijk wel zien staan?


Het verhaal van de kerstvakantie met alle ups-and-downs beschrijft ze in haar dagboek, voorzien van tekeningetjes en veel hartenkreten. Dan begint de school weer…met nieuwe avonturen. Ze gaat bijvoorbeeld op toneelles…


Fenna schrijft voor zichzelf maar ook voor andere Lastpakken. Voor hen heeft ze tips. In het eerste deel vond je er al een aantal, nu geeft ze nieuwe.
Tip 11 is bijvoorbeeld:


‘relativeer je fouten altijd!Een beroemde schrijver van toneelstukken, Sascha Quitry, heeft ooit gezegd: ‘Toneelspelen is liegen’ Andersom geldt ook:
‘Liegen is toneelspelen’ Helemaal niet erg dus!’


In dit stukje tekst komen de kanttekeningen bij dit boek naar voren. Het is oorspronkelijk Franstalig, en heeft verwijzingen die Nederlandse lezers zullen ontgaan. Voltaire, geen kind die weet wie de goede man is. Was.
Maar verder zullen de avonturen van Fenna wel aanspreken. Het gedoe op school, de verliefdheid, een lastig zusje, dat kennen we wel. De tekst is zogenaamd handgeschreven met veel versieringen tussendoor en erom heen. Er staan ook moppen, raadseltjes en weetjes in, al komen die dan van andere personages, niet van Fenna.


Virginy L. Sam is televisie- en filmregisseur. Ze schrijft romans en zelfs kook- en gameboeken. Ze geeft ook theaterles aan kinderen en jongeren.
Marie-Anne Abesdris studeerde visuele communicatie aan de Olivier de Serres School voor Toegepaste Kunsten. Daarna illustreerde ze verschillende strips voor jongeren.

ISBN 9789464101768 | Hardcover | 272 pagina's | Uitgeverij Horizon | september 2023
Vertaald uit het Frans door Marielle Manfré | Illustraties van Marie-Anne Abesdris | Leeftijd vanaf 10 jaar

© Marjo, 20 november 2023

Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER

 

Radio Popov
en de Vergeten Kinderen
Anja Portin


Alfred kent weinig liefde in zijn jonge leventje. Zijn moeder is verdwenen en zijn vader is haast nooit thuis, hij moet altijd weg voor zijn werk. De enkele keer dat hij wél thuis is dan slaapt hij of staart afwezig voor zich uit. Hij spreekt zijn zoon zelfs aan als 'de jongen'. Hij zegt bijvoorbeeld 'Moet de jongen niet naar bed?' 'Heeft de jongen hard gewerkt op school?'


Meestal laat zijn vader als hij weer weggaat wel geld achter voor eten maar dit keer is hij zelfs dát vergeten. Dus leeft Alfred op koekjes, pasta en augurken. Door de honger lukt slapen ook niet goed. Dus slaapt hij maar overal in huis, zoals op de deurmat, achter de deur. Hij moet er soms erg van zuchten.
Is het door dat diepe zuchten dat op een avond een krant bezorgd wordt met daarin een appel en een boterham? Als Alfred gauw gaat kijken wie dat bezorgde is diegene al weg.


Toch komt Alfred erachter wie het is. ze heet Amanda en bezorgt bij meerdere 'vergeten kinderen' een krant met appels of brood. Alfred mag zelfs mee met Amanda en vanaf die dag verandert alles voor de jongen. Hij vindt het heerlijk in Amanda's 'appelhuis'. Hij geniet van de eigenwijze raaf en bijzondere kat, maar vooral van de gezelligheid en aandacht die hij van Amanda krijgt. Als ze een keer het woordje 'wij' uitspreekt, waarmee ze hem en haar bedoelt, smelt Alfred helemaal. Hij hoort ergens bij!
De jongen heeft eindelijk een echt thuis gevonden.

Op zolder vindt hij een oude radio, die ooit door Aleksander Stepanovitsj Popov gemaakt was. Door toeval ontdekken ze dat het ding nog werkt! En dat is het begin van Radio Popov die geheime radio-uitzendingen verzorgt voor andere Vergeten Kinderen.
Het blijkt een succes. Alfred vindt het fantastisch en geniet van zijn nieuwe leven. Maar wat zal er gebeuren als zijn vader weer thuis komt? Zal hij eigenlijk wel opmerken dat zijn zoon er niet is?


Het is een heerlijk verhaal en je zou gelijk ook willen intrekken in het bijzondere roze huis met rondom een appelbomentuin. Het leven is goed daar.
Het boek heeft ook
in 2020 de Junior Finlandia-prijs gewonnen - de belangrijkste literaire prijs in Finland. Toch waren er ook delen in het verhaal die in mijn ogen een beetje schuurden zoals het recept dat Alfred doorgeeft via Radio Popov. Dat is veel te ingewikkeld voor kinderen die het zonder hulp van ouders moeten stellen. Sowieso zijn de uitzendingen van Alfred niet echt makkelijk en ook hoe hij alles verwoord, is voor luisterende kinderen denkelijk lastig te volgen.
Maar voor de rest is het een enorm hartverwarmend verhaal, dat misschien ook ouders aan het nadenken zet. Is al dat werken eigenlijk wel zo belangrijk?


Popov (1859-1906) was overigens een Russisch natuurkundige die vooral in het Oosten bekend werd als "vader" van de radio.


ISBN 9789021682501 | Hardcover | 280 pagina's | Ploegsma | 16 februari 2022
Vertaald door Petri Hoogendijk | met afbeeldingen van Jade van der Zalm | Leeftijd 10+

© Dettie, 5 november 2023

Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER

 

Groetjes uit Zeerijp
Lysette van Geel


Als je elf jaar bent en in groep 8 zit wordt het belangrijk om verkering te hebben.
Chrisje heeft wel pech in de liefde (al lijkt het er niet op dat er veel liefde of verliefdheid bij te pas komt): de jongens die zij kiest zijn net verhuisd, of ze willen geen verkering.


Dat die jongens verhuizen is niet zo vreemd. Ook haar vriendinnen verdwijnen. Ze wonen namelijk in Zeerijp, een dorp in Noordoost Groningen. En daar – misschien weet je dat wel – hebben mensen last van aardbevingen, omdat er al jaren gas uit de grond werd gehaald. En nog steeds eigenlijk, want ja, geld is belangrijk denken veel mensen. Maar zo komt het dus dat er mensen verhuizen.


Daar hebben ze op school ook last van. De groepen 7 en 8 zitten bij elkaar in één klas.
Dat is best gezellig, maar het betekent ook dat de school krimpt. En als er dan bovendien een beving komt waardoor de school niet meer veilig is, dan zit het er dik in dat ze naar een ander dorp zullen moeten.
Chrisje en haar vriendin Gemma vinden dat maar niks. Meester Piet ook niet. Ze bedenken acties voor een geldinzameling, dan kan de school hersteld worden.
Maar dan verdwijnt dat geld. Nog erger: ook meester Piet is verdwenen! En dan komt die akelige directrice hen les geven.
Nee, het leven is niet meer zo leuk…


Behalve dat dit boek aandacht vraagt voor de problemen in Noordoost Groningen, is het ook een detectiveverhaal. Want Chrisje en haar vrienden gaan op zoek naar de meester. Waar zou hij toch gebleven zijn? Ook is het een verhaal over een meisje dat probeert na te doen waar anderen goed in zijn. Zal ze ontdekken dat ze beter haar eigen talent kan zoeken?


Het boek is gebaseerd op echte gebeurtenissen zoals Lysette van Geel achterin vertelt.  Zeerijp bestaat dan ook echt.


Lysette van Geel (1981, Amsterdam) is journalist en werkt bij de radio. Ze heeft jarenlang als verslaggever en presentator bij het NOS Jeugdjournaal gewerkt. In 2017 verscheen haar kinderboekendebuut, De vlucht van Omid, dat gebaseerd is op het waargebeurde verhaal van de Iraanse Omid Aghondi.


Iris Boter (1952 Sassenheim) is illustrator en schrijver. Ze studeerde af aan de kunstacademie in Kampen en heeft al meer dan honderdtwintig jeugd- en kinderboeken geïllustreerd. Ook schreef ze meer dan dertig boeken voor zowel kinderen als volwassenen.


ISBN 9789021424286 | Hardcover | 160 pagina's | Uitgeverij Volt | juli 2021
Leeftijd 10+

© Marjo, 21 september 2023

Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER

 

Oog in oog met een tijger
2. De wisselaar
Maren Stoffels


De elfjarige Anders heeft een toepasselijke naam: hij is echt anders, want hij is een Wisselaar.
Dat houdt in dat hij het leven van een ander kan overnemen en in hun plaats dingen doen. In principe gaat het om goede dingen, zoals iets moeilijks doen wat de persoon met wie je wisselt niet kan of durft, maar in dit tweede deel krijgt Anders te maken met een Verwisselaar, en dat is iemand die er niet op uit is om het goede te doen.


Anders heeft intussen het wisselen al wel onder de knie, maar van een Verwisselaar heeft hij nog nooit gehoord. Wat dat voor iemand is en wat er aan gedaan moet worden, daar hoort hij alles over tijdens het wisselaarskamp. Hij ontmoet daar ook wisselaars van zijn eigen leeftijd. En hij ontdekt dat hij ook binnen het wereldje van de wisselaars anders is. Als je gaat wisselen gaat dat via een fontein. Dan word je dus nat!


Maar Anders niet. Die blijft kurkdroog. En het water verkleurt als de jonge wisselaars er in springen. Het wordt geel. Maar bij Anders niet! Dit zorgt natuurlijk voor spanningen onderling. Hij zal moeten ontdekken wie zijn echte vrienden zijn. Ook vindt hij het lastig dat hij er met niemand over kan en mag praten buiten de anders wisselaars dan. Hij moet thuis zelfs liegen, en dat bevalt hem helemaal niet.


Intussen hebben de volwassen wisselaars een leuk programma opgesteld voor het kamp. Hm, leuk is anders (grapje), want ze zijn niet zonder gevaar.
Maar de ergste opdracht heeft niets met het kamp te maken en is nog gevaarlijker.


Maar hoe dat allemaal afloopt daarvoor moeten we wachten op het vervolgdeel. En daar wringt meteen iets. Er staat namelijk in de boekbeschrijving dat het ‘een tweede deel, maar los te lezen‘ is. Maar: als je zonder voorkennis begint te lezen, heb je wel meteen een heleboel vragen. Het zou een stuk rustiger lezen als je het eerste deel gelezen hebt en dus al weet wat een wisselaar is. Ook is de titel misleidend. Die heeft te maken met een kort stuk in het verhaal. Toegegeven: het klinkt wel spannend en is dit boek absoluut! Lekker spannend, vlot geschreven en met inleving in de wereld van de doelgroep.


Maren Stoffels (1988, Amsterdam) schreef op haar negende haar eerste boek, over een eskimootje dat zijn vader zoekt. Het eerste echt uitgegeven boek (2005) was Dreadlocks & Lippenstift.
En nu dan een serie voor een jongere doelgroep, waarbij haar talent niets ingeboet heeft.


ISBN 9789025885298 | Hardcover| 144 pagina's | Uitgeverij Leopold | september 2023
Illustraties van Geert Gratama | Leeftijd vanaf 10 jaar

© Marjo, 14 september 2023

Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER