Nieuwe recensies Non-fictie

De Troost van de Filosofie
Alain de Botton

 
Het woord ‘troost’ kent meerdere betekenissen. Het gaat om aanmoedigen, opbeuren, meeleven en  steun bieden. Mensen die in de problemen zitten, ervaren het als ‘troostrijk’ als anderen dat onderkennen en naast je gaan staan. Volgens Alain de Botton kan ook de filosofie troost bieden. Inzichten van filosofen kunnen ons houvast geven en leren hoe we met leed en tegenslag om moeten gaan.


In dit boek stelt hij vijf probleemvelden aan de orde: impopulariteit, geldzorgen, frustratie, onmacht, liefdesverdriet en moeilijkheden. Aan elk thema koppelt hij een filosoof. Dat zijn – in de volgorde van de thema’s – Socrates, Epicurus, Seneca, Montaigne, Schopenhauer en Nietzsche. De eerste drie leefden in de Oudheid. Montaigne is een filosoof uit de 16de eeuw en bij de laatste twee filosofen gaat het om de 19de eeuw.


Elke filosoof heeft in zijn leven te maken gehad met het thema waar hij in dit boek aan gekoppeld is.
Socrates was impopulair bij zijn tijdgenoten en werd veroordeeld tot de gifbeker. Schopenhauer werd afgewezen door vrouwen. Nietzsche worstelde met zijn (mentale) gezondheid.
De vraag is nu welke troost wij, als we daar behoefte aan hebben, kunnen ontlenen aan hun inzichten.


Socrates accepteerde zijn impopulariteit. Hij weigerde zijn opvattingen aan te passen omdat anderen over hem klaagden. Immers, waarom zou de meerderheid het bij het juiste eind hebben? De waarheid van een bewering hangt niet af van het aantal aanhangers, maar van de zuiverheid van de redenering. Voor Socrates gold dat een bewering waar is als deze niet kan worden weerlegd. Als het gevolg van deze opvatting is dat je impopulair bent, moet men zich daar niets van aantrekken. In het geval van Socrates ging het om domheid en kortzichtigheid van mensen, die oordeelden zonder kennis van zaken te hebben. Kritiek die terecht is en die integer verwoord wordt, kan wel aanleiding zijn tot zelfreflectie en gedragsaanpassing.


Schopenhauer slaagde er niet in om een harmonieuze relatie met een vrouw te krijgen. Daarom noemde hij vrouwen niet het schone geslacht, maar het ‘ondermaatse geslacht’. Pas toen hij beroemd werd en meer aandacht van vrouwen kreeg, werd hij milder in zijn oordeel. De troost die hij biedt aan mensen die teleurgesteld zijn in de liefde is dat een afwijzing niet wil zeggen dat we onaantrekkelijk zijn of dat er iets mis zou zijn met ons karakter. Dat de verbintenis mislukte ‘is geen reden om onszelf te haten. Op een dag komen we iemand tegen die ons geweldig vindt en die zich uitzonderlijk prettig en ongeremd bij ons voelt.’ Volgens Schopenhauer moeten we niet verwachten dat wij bestaan om gelukkig te zijn. We moeten ons juist bevrijden van die verwachting, want dat leidt alleen maar tot verbittering.


Nietzsche was ontzettend eenzaam, werd tijdens zijn leven miskend, leefde in armoede en had een slechte gezondheid. Sterke wilskrachtige mensen overwinnen echter tegenslag; de zwakken bezwijken. We moeten kijken als een tuinman, vindt Nietzsche. Een vreemde en onaangename wortel van een plant kan toch prachtige bloemen voortbrengen. En zo kunnen de moeilijkheden in ons leven ons brengen tot grote prestaties en zelfs vreugde.


Alle hoofdstukken zijn informatief, boeiend en vlot geschreven. Ook de hoofdstukken over Epicurus en Montaigne, waar we in deze recensie niet nader op in zijn gegaan.


Het is een gave om lichtvoetig te schrijven, zonder oppervlakkig te zijn. Dat talent heeft De Botton. De titel van het boek maakt de belofte waar. Het verdriet en het leed in dit leven kunnen we in een breder perspectief plaatsen door er kennis van te nemen hoe anderen met hun noden zijn omgegaan.


Heel aardig zijn de talrijke zwart-wit foto’s die de tekst aanvullen en ondersteunen, al is het formaat soms aan de kleine kant.


Alain de Botton (1969) is een Brits filosoof en schrijver van Zwitserse afkomst. Hij schrijft naast boeken ook tal van artikelen voor kranten en tijdschriften. Zijn werk is in twintig talen vertaald. Hij staat bekend om zijn toegankelijke en begrijpelijke manier van schrijven.
De uitstekende vertaling is van Tjadine Stheeman.


ISBN 8789045036878 | Paperback | Omvang 304 blz. | Uitgeverij Atlas Contact | maart 2023
Eerste druk in 2000 | Vertaald door Tjadine Stheeman

© Henk Hofman, 20 maart 2023

Lees de reacties op het Forum en/of klik HIER.

 

Hopeloos verliefd op Frankrijk!
Rosemarijn Milo


Korte verhalen over het land waar Rosemarijn Milo zo dol op is. In 2006 verhuisde zij naar Frankrijk om daar te gaan wonen met haar partner Yves. Aanvankelijk wonen ze in Metz, maar na een tijdje verhuizen ze naar een naburig dorpje Mey. Vanuit deze locaties schrijft ze de stukjes die de twee delen van dit boek vormen: Brieven uit La Dominance (2007-2009) en berichten uit de Praillon (2009 tot heden).


Het verhaal begint bij een brief over hoe ze er toe gekomen is om naar Frankrijk te verhuizen, om daar een leven op te bouwen met haar geliefde. Er komen zeer diverse onderwerpen aan de orde waarbij de politiek niet ontbreekt. Als ze verwacht dat het de lezer aan kennis ontbreekt, dan geeft ze de feiten erbij, met name als het gaat over geschiedenis en politiek.
Het verhaal over de kathedraal van Metz lijkt het boek te beheersen, die kerk vormt herhaaldelijk het thema van een stukje. Maar ze schrijft ook veel over het bestuurlijk gekronkel en gekonkel. Over schandalen en affaires van de hooggeplaatste heren. Ook komen haar persoonlijke ervaringen aan bod.
En de taal natuurlijk. Met een Franse echtgenoot die Nederlands aan het leren is en de nieuw verworden taal op een bijzondere manier weet toe te passen.
Over de verengelsing van het Frans (het Frangels) nogal verwarrend voor een Nederlandse:


Als haar man het heeft over ‘leddiedie’. ‘Leddiedie?, vroeg ik. ‘Ken je die dan niet, ‘leddiedie’?’. ‘Geen idee.’
‘Nou ja, je weet wel, die Engelse prinses die in Parijs de dood gevonden heeft.’
‘Ooh, Leedie Dai!’


In het geval van Rosemarijn Milo maakt liefde niet blind. Haar stukjes zijn niet kritiekloos, vooral niet als het gaat over de politiek van het land en van de gemeente. Of als ze het heeft over de ambtenarij.
Maar dat ze wel degelijk verliefd is op Frankrijk zorgt er voor dat de sfeer van de verhalen zodanig is dat de lezer zin krijgt om af te reizen naar dat land. In ieder geval naar Metz, om die kathedraal toch eens te gaan bekijken.


Er is een voorwoord door Caspar Visser ’t Hooft, eveneens Frankrijkkenner (voor zover dat mogelijk is)


Rosemarijn Milo (Amsterdam, 1945) studeerde aan het conservatorium om celliste te worden, maar ging toch maar rechten studeren. Zij was in Nederland advocaat en rechter, en ging daarna in Frankrijk wonen. Ze schreef eerder Brieven uit La Dominance (2012), Een vervlogen droom (2019) en Het hoge woord (2020).

ISBN  9789461853189 | Paperback | 266 pagina’s | Uitgeverij Grenzenloos | maart 2022

© Marjo, 16 maart 2023

Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER

 

Dola
over het leven van Dola de Jong
Mirjam van Hengel


In biografenland zijn er grofweg twee grote hoofdstromingen. De ene groep is de exacte groep. Bij hen moet alles kloppen, de jaartallen, de noten, de verwijzingen, ja zelfs het illustratiemateriaal wordt onder een vergrootglas gelegd. Het levert dan ook nauwkeurige maar vaak saaie biografieën op.De tweede stroom herbergt wat meer los, meer literair ingestelde biografen. Zij hangen de stelling aan dat feiten niet voor zich spreken, maar dat er aanvulling, soms fictie nodig is om het werk leesbaar te maken. (Facts do not speak for themselves, but have to be spoken for).
Mirjam van Hengel behoort tot de tweede groep. Ze schreef eerder een bio over Leo Vroman en een tweede over Remco Campert.


Dola de Jong (1911-2003) was in veel opzichten een bijzonder mens. Haar vader Salomon de Jong, was een joodse handelaar in dure kleding. Samen met zijn broers bezat hij drie kledingzaken.
Dola werd echter gegrepen door de danskunst. Ze bewonderde Yvonne Georgi en het Duitse kunstklimaat waar de kunstenaar Kurt Schwitters programmaboekjes ontwierp en allerlei dansers vrijheid hadden om met beweging te experimenteren.
Voor vader Salomon was dit een gruwel, hij schakelde dans gelijk met prostitutie. Maar hoe meer hij ageerde tegen een carrière van zijn dochter als danseres, des te meer was zij vastbesloten danseres te worden.

Schrijven - een andere passie van haar - deed ze eerst voor kranten en tijdschriften, het was een compromis met haar vader, immers journalistiek was minder erg dan dansen. Maar ze was vastbesloten om een roman te gaan schrijven. En als Dola iets wilde bereiken dan lukte dat. In Arnhem rondde ze haar school af.
Ze schreef aanvankelijk verhaaltjes voor kinderen over kabouters. In Dans om het hart  speelt erotiek een rol, maar ook de achterkant daarvan, zwangerschap bijvoorbeeld. Het boek is geen succes. Critici vinden het te modern.
Ze had verkering met ene Bobby maar wilde toch liever zelfstandig opereren.


In tussentijd rukt het fascisme, hand in hand met het antisemitisme op in Duitsland maar ook in mindere mate in Nederland. Dola ziet de ontwikkeling met lede ogen aan. Ze waarschuwt haar familieleden voor de oprukkende Duitsers. Haar familieleden halen hun schouders op, het zal wel loslopen, denken ze.


Ze bewondert Kurt Jooss, een danser en leerling van Mary Wigman. Hij heeft gewaagde balletten, veelal gericht tegen de nazi’s. Zijn dansen worden als entartet in de ban gedaan, wanneer Hitler aan de macht komt. Dola wil vluchten en ze streeft ernaar om Tanger in Marokko te bereiken via Marseille. Dat is niet eenvoudig, visa zijn duur en worden veelal vervalst. Vier vrienden van Dola hebben de tocht over het water aanvaard met een bootje genaamd De Mascotte. Drie dagen na Dola bereiken de vier mannen Tanger. Het is een rommelige stad en Dola voelt zich er niet echt op haar gemak Ze zal de situatie later beschrijven in haar roman En de akker is de wereld. (Aanvankelijk in het Engels geschreven)

 

De circusdirecteur en grootmagnaat Van Leer geeft haar geld om naar Amerika te komen. Hij wil later dat ze in zijn circus gaat dansen. Dat was in die dagen normaal. In New York aangekomen schrijft ze al snel teksten voor het Nederlands Informatie Bureau. Dat in opdracht van de Nederlandse regering in ballingschap.


Ze werkt nu aan een nieuw boek in het Engels: The Level Land. Het zal nimmer in een Nederlandse vertaling verschijnen. Het gaat over een gezin uit de buurt van Arnhem en bevat veel autobiografisch materiaal. Iedere dag neemt ze contact op met het Rode Kruis, om te vernemen hoe ’t met haar familie gaat.
Ze zullen bijna allemaal sterven in concentratiekampen.


Ze leert de uitgever Maxwell Perkins kennen. Hij geeft haar een voorschot van duizend dollar. Voor die dagen een mega bedrag. Ze schrijft in een cottage bij de zee en koopt een zwarte Buick.
Haar stiefmoeder, vader en broer zijn vermoord in Sobibor en als opdracht staat voorin haar boek And the Field is the World: In Memory of My Father, Stepmother and Brother.
In 1946 trouwt ze met Robert Joseph na van haar eerste man te zijn gescheiden. Hij bewondert haar gevoeligheid, haar eerlijkheid en kracht.
Haar boek heeft succes in New York. Etalages worden speciaal voor haar ingericht.


Ze zet zich in Amerika in voor Hollandse schrijvers als Vestdijk en Hermans. Zonder succes. Alleen Jan Cremer helpt ze aan een contract. Ze vindt hem boeiend en uitdagend en hij vecht tegen de truttigheid, net zoals zij zelf altijd zou doen. Hermans is boos, hij had hoge verwachtingen van het contact met Dola.


In haar latere jaren leeft ze wat teruggetrokken. Ze schrijft nog De Thuiswacht. Het gaat over de relatie van twee vrouwen en werd door Marnix Gijsen geroemd. In Amerika laat men het boek onuitgegeven. Het zou te veel aan de lesbische kant bungelen, zeker voor die tijd. Maar in 1961 verschijnt het in de VS en in 1964 ook in Engeland.
Ze kreeg stapels brieven van lesbiennes, die haar dankten.


Haar zoon Ian is getrouwd en Dola krijgt een kleinkind, ook is ze weer hertrouwd maar dat huwelijk is niet best. Na een hartaanval en vijf bypasses mag ze niet meer reizen, wat haar veel verdriet geeft. Uiteindelijk krijgt ze beenmergkanker en het einde komt in zicht.


Aan het eind van deze biografie kruipt Van Hengel verder in de huid van haar hoofdpersonage en wordt de biografie een soort bekentenisroman.
De Dola is vooruitstrevend, hard voor anderen, hard voor zichzelf en verdrietig over de moord op haar familie, maar gelukkig met haar kleinkind.
De biografe kreeg de beschikking over veel materiaal, krantenknipsels, brieven, gesprekken met nabestaanden en de romans. Maar ze verdwaalt nergens in geneuzel. Zo is deze biografie een eerbetoon aan een monument van een vrouw, die aan de vergetelheid is onttrokken.
Een knap stuk werk!


ISBN 9789403150611 | Paperback | Uitgeverij De Bezige Bij | 304 blz | 2022

© Karel Wasch, maart 2023

Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER

 

Hoe Poetin zijn tanden stukbeet
Ardy Beld


De auteur (°1975) is vertaler Russisch en Duits en als journalist zeer actief in de Russischtalige wereld. Dit boek bestaat uit twee delen: een chronologisch overzicht van de oorlog per dag en per maand, van februari 2022 tot einde januari 2023, telkens afgewisseld met interviews met getuigen of slachtoffers van de invasie. Die getuigen zijn Oekraïners, Witrussen en Russen. Het dag-per-dag-overzicht vat samen wat we zelf in de kranten konden lezen, maar er staan ook zaken bij die me toen niet opgevallen of bijgebleven zijn of die hier niet in het nieuws kwamen.


Beld is kritisch, ook tegenover Zelensky: als hij onderhandeld had met de separatisten van Donetsk (Poesjlin) en Loegansk (Pasentsjik), dan hadden die gebieden positiever gestaan tegenover Kiev (p. 19-20). Tegelijk vergelijkt hij het optreden van Poetin met dat van Hitler in 1938/39: toen ging het om ‘Volksduitsers’ in Tsjecho-Slowakije en Polen, nu om ‘Russen’ in de Donbas. Maar zowel op de Krim als in de Donbas vond men onvoldoende collaborerend personeel om de zaak draaiende te houden (p. 22). Daarentegen vonden de Russen wel collaborateurs in elke veroverde stad, zeker in Cherson en verdwenen pro-Oekraïense activisten er spoorloos (p. 125).


De grootste prestatie van Zelensky is volgens Beld dat hij het leger hervormd heeft tot een strijdmacht die de tien keer meer talrijke Russen tegenhoudt. In 2014 was het corrupt en niet opgewassen tegen 400 separatisten die Donetsk inpalmden.


In Rusland zijn er genoeg tegenstanders van de oorlog, ze hebben al ruim 50 overheidsgebouwen in brand gestoken, maar zij worden hardhandig onderdrukt. Tegelijk steunt de grote massa Poetin: zij willen een leider die alles voor hen beslist (p. 39-40).
De indoctrinatie verloopt er succesvol: vele Russen geloven dat Oekraïne hen wou aanvallen (p. 112).


Beld vermeldt een serie oorlogsmisdaden op burgers, ook op kinderen, die mishandeld, verkracht en/of vermoord zijn door de Russische soldaten. Vooral door Boerjaten en Tsjetsjenen, en dit op bevel van hogerhand (p. 117-118). Ook de Wagner Group munt uit in wrede foltermethodes.


Op 15 mei telde men al 11.231 oorlogsmisdaden, op 24 februari 2023 zijn dat er al 65.000 (LLB,24.02.2023). Daar komt nog bij de ontvoering van 309.000 kinderen naar Rusland en de deportatie van 4,5 miljoen burgers, vaak met folteringen en verdwijningen (p. 88 en p. 238-240). Alsook het leegroven van huizen, postkantoren, apotheken, ziekenhuizen, musea (p. 142-145). 3.025 scholen zijn gebombardeerd, 406 zijn volledig vernield (p. 259). Het museum van Cherson werd leeggeroofd met de hulp van de collaborerende directrice. De buit bevindt zich nu in het museum van Tauris op de Krim (p. 244).
Bij het Russisch leger, dat de ‘denazificatie’ beoogt, vechten twee wrede neonazistische groepen: Rusich (Roesietsj) en Rijkslegioen (p. 90-93).
De graanoogst was door de oorlog slechts de helft van 2021, Gazprom daarentegen behaalde recordwinsten (p. 130-133).


Beld betreurt terecht dat de Baltische landen en Kiev hun Russischtalige minderheden discrimineren en zo in de handen van Poetin drijven (p. 134-137). De annexatie van de oblasten (provincies) Donetsk, Loegansk, Cherson en Zaporizja op 30 september 2022 maakt de vredesonderhandelingen moeilijker. Ondertussen is Cherson op 11 november na negen maanden bezetting weer bevrijd door Oekraïne. Dagenlang was er euforie.


De mislukking van de verovering van Kiev was mogelijk te danken aan de sabotage van de spoorwegen in Wit-Rusland. De verdachten werden gefolterd en zonder bewijs veroordeeld tot jarenlange kampstraffen (p. 218-219). Een andere politieke gevangene van 66 jaar vertelt over de toestand in zijn vochtige isoleercel van 1 bij 3 meter, met ratten als enige bezoekers. Wandelen en telefoneren zijn niet toegelaten (p. 250-253).


Beld probeerde ook aanhangers van Poetin te interviewen zoals acteur en zanger Dmitri Pevtsov, niet te verwarren met Poetins woordvoerder Peskov. Enkel Ed Pokrov uit Donetsk was bereid te praten. Hij looft de ‘persvrijheid’ in de Donbas, maar verzwijgt dat journalist Stanislav Aseyev er 28 maanden gefolterd werd in een concentratiekamp (p. 194-195). Aseyev vertelt erover in zijn boek ‘Het concentratiekamp in de Paradijsstraat’ (december 2022).


Het boek eindigt met een nuttige verklarende woordenlijst. Een register is er niet bij.


Beoordeling

Beld is bijzonder goed gedocumenteerd, ook met Russische en Oekraïense bronnen. De interviews zijn niet gedateerd, maar ze zijn wel allemaal uit de periode van de oorlog. Het is ook een prestatie dat hij zoveel getuigen heeft kunnen interviewen. Eén detail: de pagina’s zijn erg klein gedrukt en maar amper leesbaar. Dat mag bij een volgende druk best wat duidelijker zijn.


ISBN 978-94 933-0630-1 | Paperback | 283 pagina's kaart, foto’s, chronologie, woordenlijst | Uitgeverij Doorbraak, Antwerpen, februari 2023

© Jef Abbeel, 28 februari 2023     www.jefabbeel.be

Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER

 

Vrijheid Veiligheid
Mark Elchardus


De meeste dagbladen hebben minimaal één vaste columnist in dienst. Columns worden graag gelezen door abonnees. Een goede column is kort maar krachtig en ietwat prikkelend geschreven.  In dit boek zijn 87 columns gebundeld die Mark Elchardus tussen 2017 en 2022 schreef voor De Morgen.
De Morgen is een Belgisch Nederlandstalig dagblad. Volgens Wikipedia heeft het dagblad een linkse achtergrond en een eigenzinnig imago.


Columns die op het nieuws betrekking hebben, kunnen snel verouderen. Maar deze columns hebben betrekking op thema’s die nog steeds actueel zijn en dat voorlopig nog wel zullen blijven. Het gaat over klimaat, migratie, woke, vrijheid en veiligheid. Onderwerpen die in het brandpunt van de belangstelling staan.
De columns zijn gegroepeerd rond vijf thema’s.


Deel 1 bespreekt ontwikkelingen in politiek en democratie.
Deel 2 gaat over het gedrag van politici, media en kiezers.
Deel 3 gaat over een nieuwe wereld, waarin het Westen aan de zijlijn staat en zijn ideologie heeft afgedaan.
Deel 4 behandelt de noodzaak dat de samenleving een gemeenschap moet zijn die zich over generaties uitstrekt.
Deel 5 besteedt aandacht aan migratie en het vluchtelingenverdrag.
Een afsluitend essay biedt een terugblik op de behandelde thema’s, legt dwarsverbindingen bloot en wijst op een hoopvol perspectief voor de toekomst.


Mark Elchardus waakt voor uitersten, wijst radicalisme af en legt de vinger bij inconsequent denken. Zo vindt hij het vreemd dat mensen die kritisch staan tegenover eeuwige economische groei, pleiten voor migratie omdat ze economische groei zou bevorderen. Mensen die zich bezorgd maken over het klimaat steunen massale migratie van mensen uit landen met een lichte ecologische voetafdruk naar landen met een zware ecologische voetafdruk. Mensen die zich zorgen maken over overbevolking reageren op het lage vruchtbaarheidscijfer met een pleidooi voor massale immigratie. De mogelijkheid om het geboortecijfer te laten groeien komt niet aan de orde. Evenmin het nadenken over de vraag hoe een duurzame samenleving te combineren is met een krimpende bevolking.


Volgens Elchardus is er een breed gedeeld gevoel van malaise. Politici hebben geen grip meer op de crises die elkaar in snel tempo opvolgen en versterken. De bevolking is ‘op een bijna wanhopige wijze op zoek naar bescherming en bestaanszekerheid’. En daarmee doet de grote vraag zich voor: moeten we vrijheid opgeven omwille van veiligheid? Over het antwoord op die vraag zijn Westerse samenlevingen diep verdeeld. Wat is het perspectief voor de toekomst?


De auteur somt een reeks mogelijke maatregelen op om de crises te boven te komen. Om er een paar te noemen: Sluit de grenzen niet voor migranten, maar pak wel illegale migratie stevig aan. Haal de maakindustrie terug naar Europa. Zet technologische innovatie in om klimaatopwarming tegen te gaan en sluit kernenergie niet op voorhand uit aan. Leer te leven met de gevolgen van klimaatverandering. Pak geweld en extremisme steviger aan. Geef niet-gekozenen (EU) geen macht boven gekozen volksvertegenwoordigers. Houdt rechtspraak gescheiden van de uitvoerende macht.


Het Woord Vooraf is geschreven door Koen Lemmens, hoogleraar publiekrecht aan de KU Leuven. Hij schrijft dat Elchardus met dit boek ‘het schurend onbehagen’ in kaart heeft gebracht. Volgens Lemmens is de rode draad in het boek het verzet van Elchardus tegen insnoering van het maatschappelijk debat op morele gronden en tegen de inperking van het vrije academische debat. In die typering kan ik me helemaal vinden. Vrijheid Veiligheid is zeer de moeite waard om te lezen. Het is een oproep om naar elkaar te luisteren in plaats van elkaar te verketteren en de mond te snoeren.
Mark Elchardus (1946) doceerde sociologie aan de Brown University (VS) en de Vrije Universiteit Brussel.


ISBN 9789464369915 | Paperback | Omvang 347 blz. | Uitgeverij Ertsberg (Be) | februari 2023

© Henk Hofman, 22 februari 2023

Lees de reacties op het Forum en/of reageer, klik HIER

 

Tante Betty
Hoe een Surinaamse verpleegster onderduikers had en zelf Dachau overleefde
Michal Nobach-Bergen


Michal Nobach-Bergen heeft zich met haar man en twee dochters op La Palma gevestigd. Ze wonen in een finca, een boerenlandhuis waar ze wijngaarden en fruitbomen hebben. Michal heeft er een goedlopende dansstudio. Op een dag, het is 1983, kondigt haar tante Betty een bezoek aan. Met haar man, oom Wim, komt zij na een voorspoedig verlopen reis aan op het vliegveld waar het hele gezin Nobach hen staat op te wachten. De dagen worden gevuld met het bezoeken van bezienswaardigheden, en autoritjes over het eiland.


Aanvankelijk wordt slechts summier verteld over tante Betty. Zij woonde in Amsterdam, waar Maike (zoals Michal toen nog heette) bij haar introk toen zij op zestienjarige leeftijd vanuit Suriname naar Nederland kwam. Bij tante Betty was het altijd zoete inval, veel feesten en gezelligheid. In die tijd merkte Michal de eigenaardigheden van haar tante wel op, maar pas veel later beseften zij en haar zussen waardoor die veroorzaakt waren: trauma’s opgelopen in de oorlog.


Langzaam ontvouwt zich het verhaal van tante Betty: in 1905 geboren in Paramaribo als kleinkind van een geassimileerde Jood en een ‘mulat’ dienstbode. Ze komt naar Amsterdam om daar te werken als verpleegster. Zij moest daar overigens haar opleiding opnieuw voor doen.
Na de dood van haar eerste man blijft ze achter in een groot huis. Een huis dat handig is als ze in de oorlog onderduikers opneemt, waaronder Joden.
Voor een van hen doet ze iets bijzonders: de onderduikster is zwanger en tante Betty doet voor de buitenwereld alsof zij degene is die zwanger is. Zo kan de baby later toch in het huis blijven.


Helaas worden ze in 1944 verraden. Ook tante Betty wordt opgepakt, vanwege haar hulp aan Joden, niet omdat ze zelf Joods is. Dat is ze overigens wel van afkomst, maar ze is katholiek opgevoed. Via kamp Vught en vrouwenkamp Ravensbrück eindigt ze in kamp Dachau.
Haar verhaal zal ze nu, Op La Palma, vertellen aan haar nicht.


‘Zou een Jood dit ook voor een neger doen?’ snauwde de Duitser die haar het huis uitvoerde tegen haar.


Dat Michal Nobach-Bergen besluit het verhaal van haar tante op te schrijven is niet alleen een goed idee omdat het een verhaal is zoals we dat nog niet kennen, maar vooral omdat we van tante Betty kunnen leren dat iedere mens gelijk is aan de andere en zo ook behandeld hoort te worden.
Achterin vinden we informatie over de onderduikers, foto’s en documenten, waaronder brieven.


Michal Nobach-Bergen (1943) volgde diverse dansopleidingen, o.a. bij het Scapinoballet. Ze danste en schreef verhalen en gedichten. Ze woonde vijftien jaar na de oorlog bij haar tante Betty in huis. In 1980 begon ze op het Canarische eiland La Palma een dansstudio.


ISBN  9789462972667 | Paperback | 160 pagina’s | Uitgeverij De Kring | februari 2023

© Marjo, 21 maart 2023

Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER

 

Stad en Plant
Aad van Diemen & Erik van der Hoeven (red)


Onbewust zie je ze overal, de plantjes die tussen stoeptegels groeien of ineens tussen muur en tegel tevoorschijn piepen.
Per jaar komen minimaal vijftig nieuwe exoten (planten uit andere werelddelen) in Nederland en die verschijnen bijna allemaal het eerst in de stad. Van sommige planten is de herkomst nauwelijks te achterhalen. De zaadjes kunnen tijdens het laden en lossen ontsnapt zijn maar de vogels dragen ook hun zaadje bij. FLORON doet veel onderzoek gedaan naar deze stadsplanten en heeft strikte regels wat betreft het tellen en melden van deze planten.


In dit boek worden vervolgens heel veel planten getoond en beschreven die je zoal aan kunt treffen in de stad. Veel planten zul je direct herkennen alleen wist je hun naam niet.
Het frappante is dat er ontzettend veel planten ook eetbaar blijken te zijn zoals brandnetel, vogelmuur en grote zandkool (wilde rucola). Er groeit zelfs 'straat'spinazie en iedereen weet dat je daar sterk van wordt - popeye at elke dag een blik spinazie leeg - doordat er ijzer in zit.


Erg leuk is de vondst van strapaprika oftewel een paprikaplant die in een kier tussen een stoeptegel en de gevel van een winkel stond. Vermoedelijk is het zaadje daar per ongeluk terechtgekomen en gaan ontkiemen. De foto is alvast schitterend. Maar ook de dadel, kiwi, vijg en zelfs de perzik en chia blijken goed te wortelen op deze extreme plekken. We zien een kiwi als het ware uit een muur groeien.
Het is ook eigenlijk jammer dat veel mensen een hekel hebben aan planten tussen de voegen van stoeptegels groeien, want als je de foto's ziet dan blijkt pas hoe mooi ze eigenlijk zijn.


De kleine hoeveelheid aarde tussen trottoirbanden en de rest van de weg, stoep of pad blijken ook een uitstekende plek voor plantjes te zijn. We zien bijvoorbeeld ineens zilverschildblad en voorjaarsganzerik gezellig staan te bloeien op hun piepkleine 'landgoedje'.
Er zijn in de stad overal struikjes, klimplanten, schijnaardbeien, schijnpapaver etc. te vinden naast de parken, en stadstuinen. Al die planten zijn eigenlijk een uniek fenomeen in een stenen omgeving.


Bij al die planten staat een beschrijving en een verhaal over herkomst of bijzonderheden in gebruik.
Het zoekgebied speelt zich voornamelijk af in Breda en Rotterdam maar ook enkele andere plaatsen zijn bezocht.


Een ontzettend leuk boek dat je op een andere manier naar je omgeving laat kijken.


ISBN 9789056158668 | Paperback | 192 pagina's| Uitgeverij Noordboek | 20 april 2022

© Dettie, 5 maart 2023

Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER

 

In Oekraïne
Dreigt de Derde Wereldoorlog?
Rudi Vranckx


Oekraïne is een land in Oost-Europa met 44,32 miljoen inwoners met als hoofdstad Kiev. Het land grenst in het noordoosten en oosten aan Rusland, in het noordwesten aan Wit-Rusland, in het westen aan Polen, Slowakije en Hongarije en in het zuidwesten aan Roemenië en Moldavië.


Helaas is het op het moment zo dat er niemand meer zal zijn die niet weet wat er in Oekraïne aan de hand is. Ruim een jaar geleden, op 24 februari 2022,  viel Rusland buurland Oekraïne binnen.
Rudi Vranckx is een aantal keren aan het front in Oekraïne geweest. Hij bezocht er het front, de verwoeste steden, burgers en hulpverleners.
‘De waarheid is een van de eerste slachtoffers van de oorlog’, stelt hij. Aan beide zijden is desinformatie een belangrijk wapen, en verificatie is ook in deze moderne tijd vrijwel onmogelijk.
Dat heeft ook te maken met de vernietiging van dorpen en steden, van infrastructuur en wat dies meer zij. De vraag die Vranckx stelt is of deze vreselijk oorlog het begin zal blijken te zijn van een Derde Wereldoorlog. Rusland beschikt immers over kernwapens, en dreigt er ook mee.
Het is een vraag die pas beantwoord kan worden als het inderdaad zover komt.

Intussen lees je in dit boek ooggetuigenverslagen van het afgelopen jaar. Het verloop van de oorlog wordt verteld, met de oorlogsfeiten en de reacties van de rest van de wereld daarop.
Poetin spreekt over denazificatie, en het heeft er alle schijn van dat er geen enkele hoop is voor Oekraïne om in vrede naast Rusland te bestaan.
Poetins droom was dat de bewoners  zijn legers zouden toejuichen als waren zij bevrijders. Zij zouden bloemen werpen en Poetins naam scanderen.
Iedereen, ook de bondgenoten van Oekraïne, dacht dat het land zonder meer overrompeld zou worden.


‘Sommige Russische bataljons hadden zelfs gala-uniformen meegekregen om eerstdaags in vol ornaat een parademars te houden in Kiev, zo zeker was men van een snelle en bovendien feestelijke overwinning.’


We weten intussen wat een misrekening dit was. Het aantal mensenlevens dat deze strijd al gekost heeft, het is niet te tellen, niemand weet het exacte aantal. Het gaat over vele duizenden doden, aan beide zijden. Vranckx vertelt over de sancties en wat zij voor uitwerking hadden (nagenoeg niets). Over het dringende verzoek van president Zelensky om Oekraïne toe te laten tot de NAVO, iets waar Poetin van gruwt. Die toelating is al in gang gezet overigens: Op de top van Brussel in juni 2021 herhaalden de NAVO-leiders het besluit dat op de Top van Boekarest in 2008 was genomen. Oekraïne zou lid worden van het 'Membership Action Plan' (MAP).En Oekraïne kreeg op 23 juni 2022 officieel de status van kandidaat-lidstaat voor toetreding tot de EU. Olie op het vuur dat Poetin een jaar geleden ontstak. Het boek gaat tot december 2022. De oorlog duurt al langer…


Rudi Vranckx (1959) is historicus. Als conflictjournalist brengt hij al meer dan 30 jaar voor VRT verslag uit over oorlogen in de wereld. Door de jaren publiceerde hij verscheidene boeken over actuele conflicten. Voor zijn moed en toewijding in zijn journalistieke werk werd hij gehuldigd met de prestigieuze Carnegie Wateler Vredesprijs en met een eredoctoraat van de Vrije Universiteit Brussel.


ISBN 9789492626288  | Paperback | 288 pagina’s | Uitgeverij Horizon | december 2022

© Marjo,  2 maart 2023

Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER

 

De Romeinse Limes
De Neder-Germaanse grens in Nederland
Luit van der Tuuk

 

De limes is de Latijnse naam voor de grens van het Romeinse Rijk. Het is een verdedigingslinie, die gebouwd is in de periode tussen 40 na Chr. en 250 na Chr.


De Romeinen kozen bij voorkeur voor een natuurlijke grens. Van de Noordzee via de Rijn, Mainz en Donau naar de Zwarte Zee. In Groot-Brittannië ontbrak zo’n natuurlijke grens. Daar bouwde keizer Hadrianus (117-138) een Muur van Newcastle naar Carlisle.


Vandaag de dag liggen er langs de limes prachtige fiets- en wandelpaden. Langs de Muur van Hadrianus ligt van de oostkust naar de westkust een drukbezochte wandelroute met een lengte van ongeveer 150 kilometer. Op het vasteland is er een fietsroute die in Katwijk begint en via Regensburg, Wenen en Boedapest eindigt bij de Zwarte Zee.


Het Romeinse limespad in Nederland omvat een fiets- en wandeltraject van 275 kilometer dat ook begint in Katwijk en eindigt in Berg en Dal.


Wie meer wil weten over de limes in Nederland kan terecht in het handzame boekje van Luit van der Tuuk, dat we hieronder bespreken.


Hij begint met een beknopt maar boeiend overzicht van de geschiedenis van het Romeinse Rijk. In typografisch van de hoofdtekst onderscheiden fragmenten zoomt de auteur in op interessante deelonderwerpen. Bijvoorbeeld over de Romeinse kalender, de legerorganisatie, Pompeï en de uitbarsting van de Vesuvius.


De militaire successen van de Romeinen waren te danken aan een uitstekend georganiseerd leger en de aanleg van een goed ontwikkelde infrastructuur van heerwegen. Op strategische plaatsen werden achter de limes mobiele eenheden gelegerd die snel konden ingrijpen als er ergens een doorbraak dreigde. De soldaten die werden ingezet kwamen bij voorkeur niet uit de streek zelf om te voorkomen dat ze zouden samenspannen met de vijand.


In onze streken bouwden de Romeinen militaire versterkingen langs de Nederrijn, de Kromme en de Oude Rijn. Toen waren dat nog brede rivieren. De Friezen, Bataven en Cananefaten werden gedwongen het Romeinse gezag te aanvaarden. De Bataven werden zelfs bondgenoten van de Romeinen en leverden ruiterregimenten die zo goed aangeschreven stonden dat de Bataven vrijgesteld werden van belastingen.


Na het jaar 270 verzwakte het Romeinse Rijk als gevolg van interne machtsstrijd. Grenstroepen werden naar Italië gehaald om deel te nemen aan meerdere opvolgingsoorlogen. De Franken, een verzamelnaam voor verschillende stammen, gebruikten die kans om het grensgebied te veroveren en zich in Gallië te vestigen.


Het laatste hoofdstuk is uitgetrokken voor een beschrijving van de limes in Nederland. Het gaat over forten, wachttorens, het landschap, garnizoensplaatsen, badhuizen, de heerwegen en hedendaagse opgravingen. Het Romeinse bewind heeft in deze streken grote welvaart gebracht en de bewoners geciviliseerd. Het is de ‘pax Romana’ ondanks de strijd tegen binnenvallende stammen. Met het verdwijnen van het Romeinse gezag begint dan ook een periode van verval.


Al met al een ‘leuk’ boek, goed geschreven en heel fraai uitgegeven. De kaartjes zijn bijzonder duidelijk, de foto’s meestal in kleur en van een prettig formaat. Het boek sluit af met een literatuurlijst en een opsomming van musea en websites waar de geïnteresseerde lezer terecht kan voor meer informatie.


Van harte aanbevolen, met een compliment voor auteur en uitgever.


Luit van der Tuuk (1954) is zelfstandig onderzoeker, publicist en conservator bij Museum Dorestad. Hij heeft meerdere boeken over de vroegmiddeleeuwse geschiedenis van Noordwest-Europa op zijn naam staan.


ISBN 9789401919494 | Paperback | Omvang 192 blz. | Uitgeverij Omniboek | januari 2023

© Henk Hofman, 27 februari 2023.

Lees de reacties op het Forum en/of reageer, klik HIER.

 

Uit de schaduw van narcisme
Over-leven met een narcistische partner of ouder
Marjan de Vries


De schrijfster stelt als eerste dat iemand niet te pas en te onpas een narcist genoemd kan/mag worden. "Het woord 'narcist' wordt makkelijk en snel gebruikt in het huidige dagelijks leven, vooral als scheldwoord." Een narcistische persoonlijkheidsstoornis is namelijk een ernstige diagnose en die diagnose moet voldoen aan diverse criteria die in DSM-5 worden genoemd.


Narcisme is niet aangeboren. Een narcist is volgens Marjan de Vries "iemand die in zijn jeugd emotioneel is beschadigd en ten gevolge daarvan narcistisch gedrag vertoont."
Het kan zijn dat een kind zo opgehemeld werd dat het de realiteit niet aankon en dankzij narcistisch gedrag zichzelf kan beschermen. Maar ook emotionele of lichamelijke verwaarlozing, alcoholistische ouders etc kunnen een kind in narcistisch gedrag laten schieten. Het probleem is echter dat aan dit schild, dat ze om zich heen gebouwd hebben om zich staande te houden, niet getornd mag worden. Dat voelt als levensbedreigend dus moet de omgeving zich altijd aan hun aanpassen.


Ook het gedrag van de narcist is niet altijd hetzelfde. "gezien de vele kenmerken van narcisme zou dat de werkelijkheid geweld aandoen."
Er zijn verschillen in welke kenmerken overheersen en in de mate waarin iemand bepaald gedrag vertoont. Maar altijd komt dit gedrag voort uit een opgelopen beschadiging die als doel heeft deze beschadiging toe te dekken en te beschermen. Elke dag, dag in dag uit.
De partners /kinderen van narcisten zoeken niet voor niets hulp want bijna allen zijn zichzelf kwijt geraakt en doodmoe. Bovendien is al hun zelfvertrouwen verdwenen.


Dit gezegd hebbende gaat de schrijfster in het tweede hoofdstuk dieper in op wat narcisme is en hoe het ontstaat. In hoofdstuk drie, vier en vijf bespreekt Marjan de Vries acht praktijkervaringen waarin het gedrag van de narcist duidelijk naar voren komt. In hoofdstuk drie betreft het vooral het narcistische kenmerk "alleen op zichzelf gericht zijn", hoofdstuk vier behandelt 'gericht op opblazen'dus zich altijd beter voor willen doen dan ze zijn en hoofdstuk vijf bespreekt 'gericht op afweer' van de narcist. In dit laatste geval is iedereen te min, niet goed en wordt weggeduwd, afgewezen en dergelijke.


Vervolgens worden intakegesprekken weergegeven waarin de partner/dochter, zoon vertelt hoe de narcist reageert op alles. In het geval op het eigen welzijn zijn van de narcist, is alleen dát belangrijk. Zelfs als de partner ernstig ziek is bijvoorbeeld, gaat het eigenbelang voor.


Na dit intakegesprek wordt besproken hoe de partners het best kunnen reageren op het veelal hatelijk, vernederende, beschuldigende gedrag van hun ouders of partner. Ze oefenen met antwoord geven, met voor zichzelf opkomen en weer leren te doen wat zij zelf willen in plaats van aanpassen van hun gedrag. Marjan de Vries wijst hen ook op het bestaan van narcisme en raadt aan om over narcisme te lezen om te kijken of dat resoneert. In de gevallen van de besproken casussen was narcistisch gedrag duidelijk aanwezig.
Ze vraagt daarbij ook altijd naar de jeugd van de narcist die in alle genoemd gevallen niet makkelijk is geweest.
Alle behandelingen volgen een vast patroon die de Marjan de Vries als psychologe voert. Maar in de gesprekken is duidelijk respect voor de eigen persoonlijkheid van de mensen.


In de hoofdstukken zes en zeven leert de partner weer zelfvertrouwen op te bouwen. Schrijnend is het verhaal van een vrouw die haar negentigjarige moeder in huis heeft wonen. Die moeder traineert en domineert het hele huishouden. Haar uit huis plaatsen is vanwege allerlei omstandigheden geen optie. Maar dankzij de gesprekken leert de vrouw om te gaan met de eeuwige neerbuigende opmerkingen en zich staande te houden. Wij als lezer krijgen alle tips en adviezen aan alle partners/kinderen ook te lezen.
Het gaat er in alle gevallen om dat de partners/kinderen zich ontworstelen uit de ijzeren greep, uit de kooi, van de narcist en weer vrij worden om te doen en laten wat zij willen, wat bij hun past.


Hoofdstuk acht is getiteld "En nu? Hoop voor de toekomst" Deze titel spreekt voor zich. De mensen waarmee gesprekken zijn gevoerd geven hierin aan, wat hen het meest geholpen heeft om verder te kunnen.Al met al is het een interessant en prettig leesbaar boek, wat mensen die te maken hebben (gehad) met narcisme weer een stukje verder zal brengen.


ISBN 9789024437962 | paperback | 159 pagina's | Uitgeverij Boom | 1 mei 2021

© Dettie, 22 februari 2023

Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER