De koerier van Maputo
Een Nederlander in de Zuid-Afrikaanse revolutie
Jenne Jan Holtland
Maputo is de hoofdstad van Mozambique. En de koerier van Maputo was Klaas de Jonge (geboren in 1937), een Nederlandse mensenrechtenactivist, die als antropoloog werkte in Maputo. Hij en zijn vrouw Hélène Passtoors raakten bevriend met een vooraanstaand lid van het ANC. Het ANC streed tegen het apartheidsregime in Zuid-Afrika. Bij een aanslag van de Zuid-Afrikaanse veiligheidsdienst met een bombrief kwam de vrouw van dat ANC-lid om het leven. Klaas de Jonge en zijn vrouw besloten daarna het ANC actief te steunen. De Jonge smokkelde wapens en explosieven de grens over naar Zuid-Afrika. In zijn auto was een verborgen compartiment gemaakt waarin de smokkelwaar verstopt was. Verwonderlijk vaak is dat goed gegaan.
In 1985 is er een politieagent die ziet dat Klaas en Hélène wapens uitladen en in een gat begraven in de buurt van Johannesburg. ANC-strijders zullen daar later de wapens ophalen. Op de terugweg naar Mozambique wordt Klaas klemgereden en gearresteerd. Hélène wordt later aangehouden.
De Jonge is heel koelbloedig en slim. Hij zal de veiligheidsdienst wijzen welke locaties in Pretoria door het ANC worden gebruikt. Hij leidt zijn begeleiders langs de Nederlandse ambassade, weet zich los te maken van zijn geleide en stormt de ambassade binnen. Hij roept dat hij Klaas de Jonge heet en dat hij een politieke gevangene is. De agenten sleuren hem weer naar buiten en voeren hem af.
Vanaf dat moment is Klaas de Jonge voorpaginanieuws. In Nederland, maar in feite wereldwijd.
Nederland heeft geen keus en gaat pal achter Klaas de Jonge staan. De ambassade was volgens internationaal recht verboden toegang voor de agenten. Zuid-Afrika is vanwege de apartheid de internationale paria. Het land staat zwaar onder druk van de VN, heeft met vrijwel geen land normale contacten en wordt stevig getroffen door sancties en boycot. Klaas wordt dan ook teruggebracht naar de ambassade. Buiten wordt de ambassade permanent bewaakt. Na twee jaar komt De Jonge na een gecompliceerde gevangenenruil vrij.
Het hele verhaal wordt levendig beschreven door Jenne Jan Holtland. Tegelijk krijgt de lezer inzicht in de enorme ethische en morele dilemma’s die verbonden zijn aan het terroristisch geweld. Onschuldige voorbijgangers komen om het leven als een autobom ontploft. Anderen zijn voor het leven gehandicapt en getraumatiseerd. Niet alleen witte mensen worden getroffen, zwarte mensen net zo goed.
De Jonge verwees naar de terreurbombardementen op Duitse steden tijdens de Tweede Wereldoorlog. Bij die bombardementen kwamen toch ook onschuldigen om het leven? Vrouwen, kinderen en oude mannen die ongeschikt waren voor de frontdienst. Een andere parallel waar De Jonge op wijst is het verzet in Nederland. Na aanslagen fusilleerden Duitsers mensen die er niets mee te maken hadden gehad, soms werden ze willekeurig van straat geplukt. Toch gingen de aanslagen door.
Dat zijn steekhoudende opmerkingen. En het geeft aan hoe lastig ethische kwesties zijn. Het ANC had eerst verandering willen afdwingen met vreedzame protesten, zoals stakingen en demonstraties. De weg van geweldloos verzet die Mahatma Gandhi en Martin Luther King wezen. Toen dat niet lukte, besloot de top van het ANC dat geweld het enige middel was om een verandering te bereiken. En De Jonge stond en staat volledig achter die beslissing.
Welk geweld is geoorloofd en welk geweld niet? Wie mag dat beslissen? Alleen de staat? Zo niet, waar eindigt dat dan? Mogen klimaatactivisten en dieractivisten dan ook geweld gebruiken? Geradicaliseerde groepen menen zelf van wel.
De terreurbombardementen op Duitsland waren bedoeld om het moreel te breken. Dat is echter niet gelukt. Duitsland vocht door tot het totaal verslagen was en het hele land in puin lag. Tijdens de oorlog juichten ook Nederlanders als geallieerde vliegtuigen weer een stad in as hadden gelegd. Tegenwoordig beschouwen veel historici het bombardement op Dresden in 1945 als een misgreep, om niet te zeggen oorlogsmisdrijf, van geallieerde zijde. Het heeft in ieder geval niet gebracht wat men hoopte: een snelle capitulatie.
Als het gaat om geweld binnen een samenleving waar jezelf deel van uitmaakt, wordt het nog moeilijker. Stel dat je kind net op de verkeerde plek staat en omkomt bij een aanslag. Heiligt het doel werkelijk alle middelen? Kan een actiegroep het recht claimen om geweld te gebruiken ook al hebben ze nog zulke goede bedoelingen?
Het grootste geweld komt meestal van de staat, zegt Klaas (blz. 238). Daar zit wel wat in. Maar wat heeft het regime in Zuid-Afrika op de knieën gekregen? De immense politieke en economische druk van binnen en van buitenaf waardoor een kleine minderheidsgroep niet langer de macht kon behouden. Het geweld heeft daarin geen doorslaggevende rol gespeeld. Zonder die politieke en economische druk had het apartheidsregime de strijd wel vol kunnen houden. En brengt de bevrijding wat we ervan verwachten? Vaak schieten de onderdrukten weinig op met een wisseling van de machthebbers. Mijn vraag is dan ook: wat levert al het geweld nu eigenlijk op? Tegelijk realiseer ik me dat geweld de enige uitweg kan zijn om een eind te maken aan een ondraaglijke situatie. Maar het ongerichte geweld van terroristen is volgens mij altijd fout.
Klaas de Jonge heeft nooit getwijfeld aan zijn keuze. Het apartheidsbewind was een misdaad tegen de menselijkheid en de VN stelde in 1973 dat elk middel geoorloofd was om daar een eind aan te maken. De Jonge is consequent, want met de corrupte opvolgers van Nelson Mandela wil hij ook niet geassocieerd worden. De aanslagen in Nederland op vestigingen van de Makro - omdat het moederbedrijf zakenbelangen heeft in Zuid-Afrika - keurt hij af.
Jenne Jan Holtland heeft zich grondig voorbereid op dit boek. Klaas de Jonge heeft hem volledige medewerking verleend. Ze hebben urenlang gesprekken gevoerd en reizen naar Mozambique en Zuid-Afrika gemaakt. Daarnaast stelde De Jonge zijn correspondentie en geschreven herinneringen ter beschikking. Holtland kreeg informatie van vrienden en vriendinnen uit het netwerk van De Jonge. Zowel in Zuid-Afrika als hier heeft archiefonderzoek een schat aan gegevens opgeleverd. Holthuis heeft zijn onafhankelijkheid weten te bewaren, al schemert een enkele keer in de woordkeuze zijn eigen standpunt door. Omgekeerd respecteerde De Jonge de journalistieke vrijheid van Holthuis en bemoeide hij zich niet met dienst tekst. De structuur van het boek is wat brokkelig. De auteur springt heen en weer in de tijd. Toch leest het boek heel vlot.
Jenne Jan Holthuis werkte vijf jaar als correspondent in Midden- en Oost-Europa. Sinds de herfst van 2021 woont hij in Libanon, waar hij correspondent is voor de Volkskrant.
ISBN 9789463810036 | Paperback | Omvang 415 blz. | Uitgeverij Podium | oktober 2021
© Henk Hofman, 21 oktober 2021
Lees de reacties op het Forum en/of reageer, klik HIER