Non-fictie

Rosanne Kropman

Het donkerste donker
Een geschiedenis van Sobibor
Rosanne Kropman


Sobibor ligt in Oost-Polen en was tijdens de Tweede Wereldoorlog een vernietigingskamp, waar volgens schatting in 1942 en 1943 170.000 Joden werden vergast. Onder hen waren 34.000 Nederlandse Joden, die grotendeels vanuit kamp Westerbork op transport zijn gezet voor een vreselijke reis die drie lange dagen duurde voor de trein op het desolate stationnetje arriveerde. In de meeste gevallen zijn deze 170.000 mannen en vrouwen, baby’s en bejaarden, al op de dag van aankomst vermoord.


Twee keer heb ik dit kamp bezocht. De eerste keer in 2014. Ik herinner me nog goed de afgelegen ligging in de bossen, de hobbelige aanrijroute, de naargeestige stilte, het eenzame stationsbordje “Sobibor”. Bezoekers waren er vrijwel niet. Tegenwoordig is er een parkeerplek aangelegd, is er een groot monument, zijn er gebouwen verrezen voor archeologisch onderzoek en is er een museum gebouwd. De sfeer zal daardoor geheel anders zijn geworden. Bezoekers die fotograferen en selfies maken. Misschien wordt het kamp een toeristische trekpleister, zoals Auschwitz dat is geworden. De indruk die Sobibor maakte voor het in de belangstelling kwam te staan, is echter onvergetelijk.


Maar natuurlijk is het goed dat dit vergeten kamp meer in de publiciteit is komen te staan. En inderdaad is het lijden van de slachtoffers en de wreedheid van de daders onvoorstelbaar groot geweest. In dit boek wordt aangrijpend duidelijk gemaakt welke gruwelen er in Sobibor zijn bedreven.


Voor in het boek staat een plattegrond van het kamp, voor zover dit te reconstrueren viel. Die plattegrond is heel functioneel bij het lezen van het boek.


Na de Inleiding volgt een hoofdstuk over een ontsnappingspoging uitgevoerd in september 1943. De leiding lag in handen van een Russische Joodse officier, die krijgsgevangen was gemaakt. Ongeveer driehonderd gevangenen ontsnapten. De meesten werden weer gepakt; slechts vijftig mensen overleefden de oorlog. Onder hen ook de Russische officier. Dus van de 170.000 Joden die naar Sobibor op transport zijn gesteld hebben er slechts vijftig de oorlog overleefd.


Het volgende hoofdstuk beschrijft een andere ontsnappingspoging ook uit 1943. Tot op heden was daar vrijwel niets over bekend. Een Nederlandse marineman (ook Joods, want anders was hij niet naar Sobibor gestuurd), had de leiding over die actie. Er was verraad in het spel. Op een appel gaan de nazi’s uitzoeken wie erachter zitten. Dan stapt de Nederlander naar voren en zegt: “Ik was het, en ik alleen.” Hij wordt gruwelijk afgetuigd maar blijft erbij dat hij alleen had gehandeld. De Duitsers vermoorden dan alle Nederlandse gevangenen, maar met zijn zwijgen redt de Nederlander alle Joden van een andere nationaliteit.


Daarna volgen hoofdstukken over een overlevende van het kamp, het werk van archeologen, het wrede optreden van de plaatsvervangende commandant, de processen na de oorlog tegen de Oekraïner Ivan (John) Demjanjuk van wie uiteindelijk kon worden aangetoond dat hij bewaker is geweest in Sobibor, en tot slot een hoofdstuk over omwonenden van dit kamp. Schrijnend is de opmerking dat in Polen hulp aan Joden de uitzondering was en zeker niet de regel. Met de toevoeging dat ook Nederland vol zat met ijverige collaborateurs die niet aarzelden hun Joodse landgenoten uit te leveren aan de nazi’s.


Met dit alles is Het Donkerste Donker een indringend en aangrijpend verslag geworden van massamoord op onschuldige mensen op industriële schaal en wijze. Inderdaad, we kijken in de afgrond van de geschiedenis van de mens en in het hart van de menselijke soort. Het boek verschijnt op een moment dat het antisemitisme wereldwijd, ook in Nederland en ook in Amsterdam waar zoveel Joden in de oorlog zijn weggevoerd en omgekomen, weer heftig oplaait.


De spanning en emotie liggen dicht onder de tekst. Als de auteur zelf een keer meehelpt met het zeefwerk van archeologen denkt ze aan de angst van mannen, vrouwen en kinderen die naakt door de “Himmelfahrtstrasse” worden gedreven. Zo noemden de Duitsers het pad dat naar de gaskamers liep, een pad met een kromming zodat de slachtoffers pas op het laatste moment zien waar het naar toe leidt: hun dood en ontsnappen is niet meer mogelijk.


Het boek verdient heel veel lezers, het geeft ons, zoals de schrijfster dat in de titel aangeeft, een blik in “het donkerste donker van ons wezen”.  “Jodenhaat zit in het DNA van de wereld” citeert de auteur een geïnterviewde op blz. 97. Een vreselijke conclusie, gebaseerd op wereldwijde en eeuwenoude vervolging van Joden. Voor iedereen zou Het Donkerste Donker daarom een rood sein moeten zijn.


Rosanne Kropman is onderzoeksjournalist. Ze studeerde psychologie in Amsterdam en Berlijn en schreef onder meer voor de Volkskrant en Trouw.
Op www.kropmanmedia.nl publiceert ze artikelen over uiteenlopende onderwerpen.


ISBN 9789046826881 | Paperback | Omvang 204 blz. | Uitgeverij Nieuw Amsterdam | 6 oktober 2023

© Henk Hofman, 24 oktober 2023

Lees de reacties op het Forum en/of reageer, klik HIER