Non-fictie

Gijs van Oenen

Culturele veldslagen
Filosofie van de culture wars
Gijs van Oenen


In de Westerse samenleving woeden felle debatten over identiteit, gender, taal en discriminatie. Het zijn ware ‘culturele veldslagen’. Het gaat over de heerschappij van mannen over vrouwen, van witten over zwarten, van heteroseksuelen over queers (queer is de aanduiding voor niet-heteroseksuele personen). Elk kamp eist het recht op een eigen identiteit en een eigen vocabulaire. Elk kamp klaagt dat het andere kamp niet luistert. Wat de een ziet als verruiming en verrijking, ziet de ander als verarming en ontsporing. Het leidt tot een samenleving die aan interne spanningen ten onder dreigt te gaan.


Het debat is een waar mijnenveld. Dat ondervond Joris Luyendijk nadat hij een boek publiceerde over zijn eigen bevoorrechte positie (De zeven vinkjes). Hij dacht hiermee de klachten over ongelijkwaardigheid te ondersteunen, maar hij oogstte felle verontwaardiging. Als witte man met privileges moest hij luisteren naar wat de slachtoffers van de bevoorrechte klasse te zeggen hadden en niet voor zijn beurt praten.
En nu ligt er dit boek van Gijs van Oenen. Hij loopt hetzelfde risico, ook al doet hij evenwichtig en zorgvuldig verslag van de achtergronden en het verloop van de culture wars.


In de Inleiding schetst hij de politieke en sociale coördinaten van de culture wars. Hij wijst onder meer op het schokeffect van de Eerste Wereldoorlog die de Europese identiteit vernietigde. Vervolgens komen de filosofische coördinaten aan de orde. Hier stuiten we op het belang van het Verlichtingsdenken, hefboom voor de drang tot emancipatie. Wat mij betreft had een paragraaf over religieuze coördinaten niet misstaan gezien de vele malen dat religie in dit boek aan de orde komt. Deze paragraaf ontbreekt echter.


Na deze nuttige inleiding komt een parade aan thema’s langs: dwingend en militant taalgebruik, seksualiteit, cultuurmarxisme, Koude Oorlog en zwarte bewustwording, feminisme, woke, queer, multiculturalisme, politieke correctheid. En niet te vergeten ‘Theorie’, geschreven met een hoofdletter en zonder lidwoord. Het is een aanduiding voor een filosofische stroming in Frankrijk in de tweede helft van de vorige eeuw.


Het is niet altijd even makkelijke kost. In een interview met Trouw merkt Van Oenen op dat sommige ideeën zo moeilijk geformuleerd zijn ‘dat ik me wel eens afvraag of ze wel wilden dat hun publiek het begreep’ (Trouw, 26 november 2022). En inderdaad is dit hier en daar een moeilijk boek. Maar de lezer kan genieten van die delen die hij/zij wel begrijpt en die zijn in voldoende mate aanwezig.


De auteur maakt goed duidelijk dat het felle en vaak verbitterde debat op een doodlopend spoor terecht is gekomen. Men luistert niet naar elkaar, iedereen is overtuigd van het eigen gelijk, gematigde standpunten zijn een miskenning van ervaren onrecht en daarmee verraders van de goede zaak. Het ‘cancelen’ dat op grote schaal voorkomt, is de hedendaagse vorm van de Middeleeuwse excommunicatie.


Sommige opvattingen staan onder hoge spanning doordat ze paradoxaal zijn. Queer bijvoorbeeld is ‘anders dan normaal’ en kan dus niet zelf tot het ‘nieuwe normaal’ worden. Queer en woke verzetten zich niet alleen tegen de heteronorm, maar ook tegen de gezinsnorm. Geen enkel kader mag als algemeen geldig aanvaard worden omdat dit altijd normerend werkt en dus nieuwe tegenstellingen zou scheppen.


Van Oenen stelt in dit verband de vraag of een samenleving kan bestaan die niet heteronormatief is. Dat is een cruciale vraag. Voor het voortbestaan van menselijk leven blijft de seksuele vereniging van een man met een vrouw noodzakelijk. De drang tot voortplanting zit diep verankerd in de ziel van mannen en vrouwen. Dus het heterohuwelijk en het gezin zullen wel blijven bestaan.


Zijn er historische parallellen met de ‘culture wars’ aan te wijzen? Men kan denken aan de 16e eeuw toen de hegemonie van de ene katholieke kerk met het optreden van Luther doorbroken werd. Het leidde tot versplintering (katholieken, luthersen, calvinisten, anglicanen, doopsgezinden en nog meer facties) die een fel debat over theologische verschilpunten met elkaar voerden. De godsdienstoorlogen die daarna uitbraken leverden uiteindelijk niets op behalve een verwoest Europa en eindeloze jaren van geweld voor de burgers.
Mensen zouden niet zo heethoofdig moeten zijn en minder in vijanddenken moeten vervallen. Het verlangde paradijs komt toch niet, de hel van geweld is heel wat reëler.


Van Oenen schreef een nuttig en heel informatief boek dat als een gids kan dienen in de kakofonie aan meningen over een veelheid aan strijdpunten.


Gijs van Oenen (1959) is universitair hoofddocent filosofie aan de Erasmusuniversiteit Rotterdam. Zijn boek geeft blijkt van een grote deskundigheid en enorme belezenheid.


ISBN 9789024450145 | Paperback | Omvang 318 blz. | Uitgeverij Boom Amsterdam | 14 november 2022

© Henk Hofman, 21 december 2022

Lees de reacties op het Forum en/of reageer, klik HIER