Utrecht
Beeld van een stad
Foto’s: Arthur Martin
Tekst: Edsard Kylstra en Bettina van Santen
Utrecht is een kiekje van de kosmos
met de nacht als sluitertijd. Gondels
op de grachten, borstplaatbruggen boven
rondvaartboten van amandelspijs.
Utrecht is een grijze dame met een opengebroken hart.
Utrecht is een lelie die wil bloeien in de nacht.
Fragment uit Utrecht, van Ingmar Heytze
Openingsgedicht van dit boek.
De
titel van dit boek is goed gekozen; Een beeld van een stad, dat is
precies wat dit boek geeft. Niet in de laatste plaats door de prachtige
foto’s van stadsfotograaf Arthur Martin, die de stad in alle vier de
seizoenen gefotografeerd heeft, maar ook door de vormgeving van Cees de
Jong, die paginagroot ruimte heeft gemaakt voor foto’s en details. De
aanvullende verhalen van Edsard Kylstra en Bettina van Santen maken het
beeld compleet.
Wie aan Utrecht denkt, denk aan de Oude Gracht en
de Dom en dat is ook meteen waar dit boek, wat op volgorde van
bouwdatum is ingedeeld, mee begint. De Domtoren was er bijna niet
geweest als het aan Geert Grote, die het toen voor het zeggen had in
Utrecht, gelegen had. Hij vond het volkomen overbodige geldsmijterij,
alleen maar bedoeld om indruk te maken op bezoekers. Als het aan hem
gelegen had was de toren niet hoger geworden dan 70 meter. Gelukkig
kreeg hij niet zijn zin en komen nog steeds mensen van heinde en verre
zich vergapen aan de hoogte van De Domtoren. Bij de Dom horen bijna in
één adem de Oude- en de Nieuwe gracht, met hun beroemde werfkelders. Het
is een vertrouwd beeld in de zomer; grachten vol sloepen en
rondvaartbotenboten, varend langs de werfkelders met hun terrassen vol
zongenieters. Dat beeld is echter nog niet zo oud, pas vijftig jaar
geleden heeft Utrecht de werven opgekocht en gerestaureerd. De
geschiedenis van de grachten begon al rond het jaar duizend. Door de
jaren heen werden de grachten steeds belangrijker, de handel bloeide, er
wel volop gebouwd. Alleen al in de binnenstad werden vijf kerken en
twee paleizen gebouwd waarvoor het materiaal hoofdzakelijk over het
water werd aangevoerd. Het bijzondere was dat de eigenaars van de panden
ook half eigenaar waren van het grachtdeel van hun huis. Om daar te
komen om de gracht schoon te maken werden tunnels onder de huizen
gegraven, en uiteindelijk ontstonden zo de beroemde werfkelders.
Ook
mooi is de ontstaansgeschiedenis van de Maliebaan. De stad Utrecht was
in 1673 nog niet de populaire studentenstad die het heden ten dagen is
en de gemeente zocht een list om studenten te verleiden om bij hén te
komen studeren en niet in het populaire Groningen. Hun grote troef was
het aanleggen van een maliebaan, een speelveld waar het toentertijd zeer
populaire maliespel gespeeld kon worden. Om de baan extra mooi te maken
werden er aan weerszijden vier dubbele rijen bomen geplaatst.
Uiteindelijk raakte het spel uit de mode, de baan werd verhard en loopt
nog steeds dwars door de stad, nog altijd omringd door 1800 bomen.
Wat
ik altijd bijzonder vind als ik over de grachten dwaal, is dat veel
historische panden, gerenoveerd en wel, gewoon toegankelijk zijn. In het
Stadskasteel Oudaen kun je een broodje eten, en je vergapen aan het
prachtige interieur, zo ook in de Winkel van Sinkel uit 1834, jawel die
uit het rijmpje, met zijn indrukwekkende gietijzeren vrouwenfiguren
voor zijn gevel. Een aantal historische plaatsen hebben inmiddels een
heel andere bestemming, zoals het verdedigingswerk Sonnenborgh wat
tegenwoordig in gebruik is als sterrenwacht.
Utrecht kent natuurlijk
ook recentere beroemde gebouwen zoals de Stadsschouwburg van Dudok,
Villa Jongerius en het Rietveld-Schroderhuis. Soms lopen oud en nieuw op
een bijzondere manier door elkaar, zoals bij de
Universiteitsbibliotheek van Utrecht, een modern gebouw in de Uithof,
die in zich een deel van de bibliotheek van de Janskerk uit 1820 bergt,
met daarin zelfs nog oudere handschriften en boeken, oa uit de elfde
eeuw.
Tot slot hebben we natuurlijk ook nog Hoog Catharijne. De
omstreden betonnen kolos midden in het oude Centrum waaromheen altijd
gebouwd en verbouwd wordt. Ingmar Heytze zei het al hierboven; de oude
grijze dame heeft áltijd een opengebroken hart. Zo’n lelijk hart in
zo’n mooie stad is menig Utrechter een doorn in het oog, maar we
vergeven het de oude dame. Voor de liefhebber met oog voor haar
schoonheid is er méér dan genoeg te bewonderen. Zeker met al deze mooie
verhalen in ons hoofd, waardoor je nóg beter gaat kijken naar al die
straten, panden, parken en grachten, waar je vaak gedachteloos voorbij
loopt. Een aanrader voor iedere Utrechter dit boek. Met een eervolle
vermelding voor de prachtige uitvoering.
ISBN 978 94 005 00129 Hardcover 240 pagina's Uitgeverij AP/AWB mei 2013
© Willeke, 21 mei 2013
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER