Stefan Popa

http://www.stefanpopa.nl

 

In de schaduw van de eik
Stefan Popa


‘Ik houd van mijn voornaam. Van mijn voornaam wel. Alex past bij me. Die naam heb ik te danken aan mijn vader, die mijn vader niet was. Hij gaf me bij een poldergemeente onder zeeniveau aan als Alex Petrescu. Tegen de zin van mama, zij stond erop mij Codrin te noemen, Dat kon ze vergeten. Mijn voornaam was de naam die hij mij wilde geven om mijn vader te spelen.’


Alex Petrescu dus. Alex is opgegroeid in Nederland, maar zijn moeder is Roemeens. En zijn biologische vader ook. Hij heeft een donker uiterlijk, waardoor tegen hem gezegd wordt: ‘jij bent een allochtoon.’
De jongen weet dan niet niet eens wat dat is, maar na uitleg begrijpt hij waarom hij er nooit helemaal bij hoort.
Hij is een bekende televisiekok geworden, maar als zijn restaurant de ster die hij eerder verdiende verliest, besluit hij het restaurant te verkopen. Op min of meer hetzelfde moment vertelt zijn vriendin hem een verbijsterend nieuwtje. Alex besluit uit Nederland te vertrekken, koopt ongezien een oud landhuis in de streek waar zijn moeder ooit woonde en is van plan meteen op zoek te gaan naar haar achtergrond.
Zijn Roemeens is niet al te best, zodat hij ook daar in het land van zijn ouders er niet bij hoort.
Hij kent de streek niet, weet niets van de Roemeense normen en waarden. Van het bijgeloof en de overleveringen. Van de Roemeense cultuur die veelal draait om frauduleuze praktijken en corruptie.


Het landgoed dat hij gekocht heeft blijkt een ruïne. Het staat in de bossen, waar helaas, zoals hij zal ontdekken, de oude bomen met sneltreinvaart gekapt worden. Nog net niet op zijn land, maar wel er om heen.
Op zijn domein staat nog maar één oereik overeind.


Alex’ taak: dat huis opknappen, de bomen beschermen en onderzoeken wat de achtergrond van zijn ouders was. Dat hij het huis opkalefatert vindt men prima, maar verder moet hij als vreemdeling zich nergens mee bemoeien. Dat wordt hem al snel duidelijk gemaakt.
Verleden en toekomst bepalen zijn heden. Hij heeft moeite met de communistische elementen die nog volop aanwezig zijn in het Roemenië van nu, en de waarheid over zijn ouders, wat zegt dat over hemzelf? Zijn pogingen om opnieuw een leven op te bouwen, nu in het land van zijn ouders, worden danig tegengewerkt.


In grote lijnen is het een chronologisch verhaal, maar met een verwarrende proloog, en sprongen naar het verleden. Het is een verhaal waar je je hoofd bij moet houden, Popa legt niet uit, waar dat misschien wel handig geweest was. Hij weet de sfeer prima weer te geven: je waant je in dat oude bos, je voelt de pijn van de bomen die omgekapt worden.
Ook de onzekerheid van de hoofdpersoon is duidelijk. Want wie is hij nu helemaal? Een gesjeesde televisiekok? Een halfwas land- en boseigenaar?
Er zitten zeker autobiografische elementen in deze roman, in het nawoord vraagt hij de lezer om meer kritisch te zijn wat betreft het gebruik van hout.


De Nederlands-Roemeense Stefan Popa (1989) is auteur en zelfstandig journalist. Hij brak met zijn roman Verdwenen grenzen. Daarna volgde Of de oleander de winter overleeft, een unaniem lovend besproken boek. In de schaduw van de eik is zijn vijfde roman.

ISBN 9789402712018  | Paperback | 320 pagina's | Uitgeverij Harper Collins | maart 2023

© Marjo,  7 januari 2024

Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER

 

Of de oleander de winter overleeft
Stefan Popa


Verspreid over Griekenland, Albanië, Macedonië en Bulgarije zijn er naar schatting nog zo'n 200.000 mensen die zich Aroemenen noemen, een volk dat geen eigen land meer heeft. Alleen in de stad Crushuva, een stad in het zuidwesten van Noord-Macedonië, wordt het Aroemeens nog erkend.


De Aroemenen behoren tot de Vlachen, een aanduiding voor alle Romaanstalige bewoners van de Balkan. Oorspronkelijk komen ze uit het Pindosgebergte, het berggebied in het noordwesten van Griekenland. Een groot deel van dit gebergte vormt nu een nationaal park, waar nog beren en wolven leven.
In de 18e eeuw hadden de Aroemenen een eigen culturele hoofdstad op de Balkan, die op dat moment, op Istanbul na, met 60.000 inwoners de grootste stad was van heel Zuidoost-Europa. Deze stad, Moscopole, werd diezelfde eeuw nog van de kaart geveegd door het Ottomaanse leger.


Er zullen niet veel lezers zijn die eerder gehoord hebben van dit volk dat door Stefan Popa uit de vergetelheid gerukt wordt!
Zijn hoofdpersoon woont in Crushuva. Pitu heeft te horen gekregen dat – treffende symboliek! – hij niet lang meer te leven heeft. Zijn dokter vertelde hem dat de hersentumor ongeneeslijk is. Pitu is niet van plan het iemand te vertellen, zeker zijn twintigjarige dochter Samarina niet. En hij maakt het maar vast uit met zijn vriendin Ecatarina, vanuit een poging haar tevoren te verzoenen met het naderend afscheid. Alleen accepteert Ecatarina het niet! Iedere dag komt ze weer terug bij hem.


Ooit was Pitu de burgemeester, geliefd door de bewoners van de stad. Hij streefde er naar de eigenheid van het volk, met hun eigen taal en cultuur, te behouden.
Maar zoals dat gaat ziet hij de wereld veranderen. Hij zal het moeten accepteren.


‘Alleen Oostenrijk zat tussen ons (= Macedonië en Duitsland) in - en daar spreken ze ook Duits. Nu zijn het minimaal vier staten, maximaal zes - ik heb ze gisteren geteld op mijn globe. Weet u wel hoeveel globes ik sinds ‘89 heb moeten aanschaffen?’


Een andere verhaallijn is die van Costa, de vader over wie Pitu zo veel heeft gehoord, zonder hem ooit gekend te hebben. Maar Aretia, zijn moeder, vertelde hem alles. Ook wat hij niet wil weten… Met het personage Costa kan de schrijver vertellen over de ondergang van het Ottomaanse Rijk. Costa vocht in de Eerste Wereldoorlog en zwierf door de gebieden van de strijdende partijen.


Rond de eeuwwisseling was er geen sterke leiding meer, en ieder volk – dat waren er nogal wat! – probeerde een eigen gebied te creëren. Naast Albanië, de Republiek Macedonië en Griekenland ontstond ook Roemenië. En de Roemenen wilden aanvankelijk het Aroemeense volk wel opnemen, maar dit was tegen het zere been van Griekenland. Door de Balkanoorlogen, vanaf 1912 uitlopend in de Eerste Wereldoorlog, werd er guerrilla gevoerd, werden groepen burgers herhaaldelijk uit hun woongebied verdreven. Grenzen werden verlegd, de macht kwam herhaaldelijk in andere handen. Tijdens deze oorlogen deden ook de Aroemenen een poging een eigen staat te vormen. Het is niet gelukt.


‘Ze hadden elkaar aangeraakt en losgelaten.
En toch waren ze samen. Niemand kon herinneringen lozen. Iedereen is met elkaar verweven, dacht hij. Huizen met dorpen, dorpen met provincies, provincies met landen, landen met andere landen. Wij, zij. Albanezen, Grieken, Macedoniërs, Bulgaren, Serviërs, Turken. Iedereen is garen, en samen vormen we een tapijt dat dan toevallig Turks of Grieks moet heten omdat alles nu eenmaal een naam nodig heeft.’


Hoe belangrijk is het voor een mens om te weten van wie hij afstamt? Tot welke bevolkingsgroep hij behoort? Is het al die oorlogen waard?
Opportunisme, verkeerde keuzes, het brengt meestal niet veel goeds. Voor de Aroemenen lijkt het vergetelheid te brengen. Behalve voor het volk zelf. Crushuva leeft nog. En het Aroemeens ook. Maar hoelang nog?


Of de oleander de winter overleeft is een traag verhaal, met veel namen. Er wordt steeds gewisseld van heden en verleden, en geeft op deze manier een beeld van de geschiedenis van de Balkan, zoals we dat niet eerder in een roman lazen. Alleen al daarom is het zeer de moeite waard, Popa heeft een boeiend verhaal geschreven. De symboliek ligt er wel dik bovenop - bijvoorbeeld de stervende Pitu, ooit geliefd bij zijn volk - maar dat werkt in een ingewikkeld verhaal als dit juist prima. Stefan Popa heeft feiten uit zijn eigen familiegeschiedenis verwerkt en laat ook nog een hedendaags migratiefeit opduiken in de vorm van een Syrische vluchteling.


Het boek vertelt over de geschiedenis van een volk, dat onvermijdelijk steeds meer zal opgaan in de totaliteit van volkeren. Zoals assimilatie steeds optreedt in de geschiedenis van de mensheid. In een ver verleden, kort geleden en nog steeds.


Stefan Popa ( Vleuten, 1989) is de zoon van een gevluchte Roemeen. Zijn moeder is in Nederland geboren. Hij studeerde journalistiek in Zwolle en werkt als journalist/copywriter en is Roemenië-kenner.
In 2014 verscheen zijn debuutroman: Verdwenen grenzen.


ISBN 9789402702576 | paperback | 400 pagina's | Uitgeverij Harper Collins| maart 2019

© Marjo, 26 mei 2019

Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER

 

altDe verovering van Vlaanderen
Stefan Popa


‘Ik houd lang niet zoveel van mezelf als u van mij zult houden aan het eind van deze reis. Deze belofte doe ik u, waarmee ik indirect het besluit heb genomen om alles te noteren wat mij kortgeleden is overkomen – zoals u, scherpzinnig als u al bent, al doorzag. We bevinden ons op een pril kruispunt in mijn leven, zowel literair als secundair. Rest mij enkel nog de opmerking dat dit alles waargebeurd is en met de meest zuivere intenties nauwgezet is opgeschreven.’


Alco van Puffelen wil maar niet deugen in de ogen van zijn vader. Hij doet niet zijn best, vindt de laatste, en misschien is dat ook wel zo. Alco heeft diverse studies niet afgemaakt en werd onlangs ontslagen bij een reclamebureau waar hij nog geen jaar werkte. Nu lijkt er ook geen noodzaak te zijn om iets van zijn leven te maken: zijn vader is rijk genoeg en heeft zijn zoon al diverse schenkingen gedaan. Bovendien woont hij in een pand aan de Herengracht, ook gekregen.


Tijdens een lunch waarin zijn vader hem tot de orde roept, neemt Alco een besluit. Hij zal in de voetsporen treden van een van zijn verre voorvaderen, Adriaen Jans, een protestantse soldaat in dienst van de Zeventien Provinciën die tijdens het beleg van Antwerpen sneuvelde.
De val van Antwerpen veroorzaakte definitief de scheiding van de Noordelijk en de Zuidelijke Nederlanden, aldus Alco. Hij besluit er voor te gaan ijveren om de twee Nederlanden weer te verenigen.


In Antwerpen, zijn eerste stop, ontmoet hij de Congolees Stan, een ‘kleine man’. Samen met Stan zal Alco door Vlaanderen reizen en de steden die hij aandoet veroveren. Dat is het plan, een ambitieus plan, maar het zal zeker lukken. Men is hen goedgezind denkt hij.
Na Antwerpen doet het tweetal Mechelen aan, en reist naar Limburg, Gent, Brugge, de Belgische kust en zelfs Frans-Vlaanderen. Alco zal de Nederlanden tot een geheel maken, en al doende geschiedenis schrijven. Die geschiedenis heeft hij alvast in romanvorm voor ons opgeschreven.


Natuurlijk herkent de lezer al snel de figuur Don Quichot in de hoofdpersoon. En Stan is een meesterlijke Sancho, de wijze toegeeflijke dienaar.
Onderweg ontmoeten zij een groepje mensen die in onze hedendaagse wereld Larpers heten, mensen die oude geschiedenis naspelen. Zij vervolmaken door hun uitdossing de droom van onze Don Alco-Quichot. Wat er ook gebeurt, welke tegenwerking hij ook ontmoet, steeds weet hij de feiten om te buigen: zie je wel: de Vlamingen zijn maar al te bereid om samen te smelten met hun noorderburen. En hij heeft meer hulptroepen: de Vlaamse Grote Vijf zullen hem steunen.


Deze ietwat bizarre roman is niet alleen maar bedoeld om te lachen. Er zit kritiek in verwerkt: op Vlaanderen, maar zeker ook op Nederland.
‘Vlaanderen is de bron van ons geluk. In Nederland zijn we onrustig. We klagen, we mopperen, we zijn ontevreden.’
In Nederland hoef je de dingen alleen maar lang fout te doen om het algemeen geaccepteerd te laten zijn. Lang gelooft hij in zijn droom, maar als zijn trouwe dienaar verdwijnt, is onze Don Quichot verloren. Hij ontspoort. En dat was te verwachten. Toch?
Alco van Puffelen spreekt zijn lezer direct aan op een humoristische toon, waarbij je de onderliggende spot kunt negeren. Of niet.


'Maak me belachelijk of prijs me, het maakt allemaal niet meer uit. Gefaseerd zijg ik ineen. Eerst ga ik door mijn knieën, dan door mijn hurken, en dan laat ik me op mijn knieën vallen en dan, als ik kortstondig zo heb gezeten, laat ik me in foetushouding op de houten vloer vallen.
'Het is de mot', hoor ik de barman tegen Stan fluisteren. 'Dat is evident.' 'Het is niets,' wil ik Stan horen antwoorden. Hij fluistert wel iets, dus ik denk dat hij het heeft gezegd 'Het is niets.'


Stefan Popa (1989) is auteur en zelfstandig journalist van half Nederlandse en half Roemeense afkomst. Verdwenen grenzen was zijn debuut. De verovering van Vlaanderen laat zien dat hij meerdere genres beheerst.


ISBN 9789460682926 | Paperback | 352 pagina's | Uitgeverij Marmer |oktober  2016

© Marjo, 20 november 2016

Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER

 

Lees meer...

Pagina 1 van 2

<< Start < Vorige 1 2 Volgende > Einde >>