Pierre Péju

De vermoorde onschuld


Paul is Fransman, 16 jaar oud, heeft zijn vader op 12-jarige leeftijd verloren. Vermoord, misschien vanwege zijn oorlogsverleden als verzetsheld, of omdat hij voorstander was van de Algerijnse onafhankelijkheid, de dader is nooit gevonden. Paul woont met zijn moeder in Parijs. Hij tekent om zich te uiten, vaak monsterlijke figuren.


Clara is 18, heeft een moeder die alleen maar leeft door en voor haar pianomuziek, en een vader die wel zijn best doet, maar die, omdat hij een drukbezet dokter is, zijn dochter niet de juiste opvoeding mee kan geven. Bovendien heeft hij een traumatisch oorlogsverleden. Clara loopt de hele dag met een camera om haar nek en filmt, of maakt foto's.


Paul en Clara ontmoeten elkaar in 1963, in het dorp Kehlstein, in Duitsland, waar Paul heen is gestuurd om de taal te leren. Ze voelen een verbondenheid, maar zijn geen van beiden in staat er iets mee te doen.
Zij laat hem een plek zien waar nog geen twee jaar geleden een drama heeft plaatsgevonden, ten gevolge van de oorlog. Het maakt op hen allebei een onuitwisbare indruk.
Weer in Parijs schrijven ze elkaar nog wat, maar het contact verwatert. In deel twee komt Clara naar Parijs maar hun ontmoetingen zijn onbevredigend.
Dat is ook de schooltijd van Paul, hij kan zijn draai op school niet vinden, komt even los als de Opstand in Parijs losbarst (1968) en als hij Jeanne ontmoet, maar zijn leven krijgt pas zin als hij in Zuid-Frankrijk een beeldhouwer ontmoet en ontdekt dat beeldhouwen is wat hij ook wil gaan doen.
Clara blijft zijn pad af en toe kruisen, zij is een beroemd fotografe bekend door de foto's van soldaten die in Vietnam waren en om haar roekeloze zoeken naar nog betere foto's.


Het motto van dit boek is:
Oorlog is nooit voorbij voor diegenen die erbij betrokken waren.
In het eerste deel is die oorlog de massamoord op de Oekraïense joden, een schokkend relaas met schokkende gevolgen. Deel een is een compact verhaal, maar als dan deel twee begint met de Parijse opstand, en verwezen wordt naar Vietnam, naar Hongarije, naar Israel, dan ben je als lezer even de draad kwijt. Waar gaat het nu eigenlijk over??
Je kan ook niet stellen dat het het verhaal is over de liefde tussen Paul en Clara, zoals je dat na deel een zou verwachten, want Clara is slechts op de achtergrond aanwezig.
Tegen het einde worden er wat draadjes vastgeknoopt, maar het is niet een boek dat duidelijk ergens 'heen' gaat. Het laatste hoofdstuk vind ik overbodig, Paul is dan hoogbejaard en overziet zijn leven nog een keer.


Het boek begint en eindigt met een zwart sprookje, een akelig verhaal. Ik weet niet of dit een bestaand verhaal is, ik ken het niet, maar het verklaart de Franse titel: Le rire de l'ogre, de lach van het monster. De vertaaltitel is ook een goede keuze: het slaat specifiek gezien op de massamoord, op de gevolgen daarvan na de oorlog, en op de dood van Pauls vader. Natuurlijk is er ook nog de figuurlijke betekenis.
De informatie (zie onder) die ik op internet vond over de massamoord en het dorp Kehlstein wordt ook nergens in het boek of op een flap vermeld. Ik vraag me af waarom niet? Peju heeft vast niet toevallig dit dorp gekozen!


Is het boek een aanrader? Tja...
Ik had liever gezien dat het een duidelijker verhaal was, maar misschien heeft Peju er wel een bedoeling mee. Ik bleef met een wat onbevredigd gevoel en met veel vragen achter. En dan heb ik nog niet eens alles genoemd, ondergeschikte thema's als de bewering dat iedere mens een enigma is, de rol van "schuldige handen".
Ook zijn er kleine ergernissen in de vorm van fouten. Er staat bv Lyon als er duidelijk Parijs moet staan. Of Magda, als het over Clara gaat. En kromme zinnen.(vertaalfout?) Maar ondanks dat is het de moeite waard. Toch wel...


"Ik zit in een boot waarvan ik niet weet of hij zinkende is, zal vergaan of al naar een vervolg glijdt."

"De lijdensweg van een mensen afzonderlijk is voorstelbaar, maar niet die van een massa. Mensen in het algemeen, massaal uitgeroeide mensen gaan ons medeleven te boven."

"Zilverig bloed springt uit de miljarden wondjes in de zwarte huid van het meer. En gefascineerd door dat beeld blijf ik in de deuropening staan kijken naar de ramp. Al die geluiden overdonderen me- gekreun, gefluit, woedende hamerslagen, gekraak van takken, het rollen van de donder, een chaotisch bombardement van deze idyllische plek waar niet lang geleden ontblote lichamen zich met gesloten ogen aanboden aan een zonovergoten vrede."


Ik vond dit op Wikipedia en dat is natuurlijk geen toeval!!:
Het Kehlsteinhaus of vertaald het Arendsnest, ligt op de Kehlstein (1834m) en maakte deel uit van de Obersalzberg. Dit was de naam voor het groot complex van de nazipartij. In het dal lag het woonhuis van Hitler, Göring en Bormann naast een grote kazerne en bijgebouwen. Het Arendsnest op de top werd gebouwd als geschenk aan Hitler voor zijn 50ste verjaardag.

Meirevolutie Parijs 1968

Kehlsteinhaus

Obersalzberg


Paperback | 303 Pagina's | Uitgeverij Meulenhoff | juni 2006 ISBN: 9029077433

© Marjo

Reageren? Klik hier!

 

Het stille kind


"Vijf uur 's middags. Straks zal het exact vijf uur 's middags zijn in de kille novemberregen, als de bestelauto van boekverkoper Vollard (Etienne) die met hoge snelheid over de weg raast, in volle vaart een klein meisje aanrijdt dat zich plotseling voor zijn wielen gooit."


Zo begint het mooie maar tragische boek, dat de Prix du livre Inter 2003 heeft gewonnen, een prijs die bepaald wordt door de luisteraars van Radio France Inter.


Vollard is een grote, dikke boekverkoper, maar niet alleen dat: altijd al heeft hij boeken verslonden, en hij gaat gebukt onder de last van het niet kunnen vergeten van al die teksten. Als kind werd hij gepest, hij was een stil kind. Het meisje Eva dat hij aanrijdt, is een eenzaam, stil meisje, door haar moeder steeds weer meegenomen, nergens is ze thuis. Ze raakt in coma na de aanrijding, en zal nooit meer spreken.
Haar moeder Thérèse heeft geen rust, Altijd en overal wil ze ervandoor. Haar verantwoordelijkheidsgevoel ten aanzien van Eva is net groot genoeg om Eva te laten leven. Nu haar dochter in coma ligt, voelt Thérèse zich machteloos, en ze verlaat zich helemaal op die grote dikke man, die zich schuldig voelt, en naast het bed van Eva gaat zitten, en de teksten uit zijn hoofd aan haar vertelt.
Alles speelt zich af in de bergen La Grande Chartreuse, die bedreigend zijn en tegelijk bevrijdend. De Franse titel van het boek is "La petite Chartreuse", het kleine meisje, massief en ontoegankelijk als de berg, en de bevrijding van de dikke man.


Wat zou het mooi geweest zijn als het meisje gereageerd had op de eenzame man, maar ze kwijnt weg. Hij betekent niets voor haar, terwijl zij op dat moment alles voor hem betekent. Want ze neemt de woorden uit zijn hoofd, hij voelt wat het is om kind te zijn, om een kind te hebben. "geeft wie echt kinderen heeft zich wel rekenschap van dit banale wonder waarbij de wereld steeds vernieuwd wordt? Voelen ze wel hoe sterk dit bescheiden, verbaasde en speelse 'ja' is waardoor ze verder kunnen, het 'ja' dat boven het ergste trilt als een vonkje nieuwe hoop?" Mooi...


ISBN 9029074655 Ingenaaid, 159 pagina's Verschenen: mei 2004 Uitgeverij Meulenhoff

© Marjo

Reageren? Klik hier!