jeugd 13-15 jaar

Marian De Smet

Rotmoevie
Marian de Smet


‘Hoe is het gebeurd?’ vroeg Tabby.
Ik schudde mijn hoofd.
‘Oké, ik  snap het. We zwijgen erover, goed?’
Ik was blij dat ze teruggekomen was. Ook al kende ik haar niet echt, we hadden samen een zekere routine opgebouwd die structuur aan mijn dag gaf. De tijd alleen, gisteren, had me niet echt deugd gedaan. Dit kon ik: naast haar in de auto zitten, mijn verdoofde zelf zijn.'


Twee jongeren ontmoeten elkaar onderweg. Eppo, Nederlands en zeventien jaar oud, staat langs de kant van de weg te liften. Tabby, Vlaams en achttien jaar oud, neemt hem mee.
Hoe jong ze ook zijn, ze hebben al een verleden. Een verleden waar ze over zwijgen, want ze kennen elkaar immers niet. Tabby heeft geen doel, wil alleen maar twee weken weg zijn, en Eppo weet het ook niet. Hij is er op uit gestuurd door zijn ouders, om zijn zinnen te verzetten.
Hij denkt dat er iets is met ene ‘Rob’,  omdat die naam getatoeëerd is op haar arm. Maar ze vertelt niets, nog niet. Net zo min als hij haar wil vertellen waar hij voor op de vlucht is.


Naarmate ze langer bij elkaar zijn, komen ze meer van elkaar aan de weet. De lezer weet meer van Eppo omdat hij de verteller is. Als het meisje een vraag stelt, komt er vaak een flashback, hoewel dat niet altijd meteen hetgeen is dat hij dan vertelt aan Tabby. Eppo denkt veel aan een ander, Tabby ligt veel te slapen, buiten is het smoorheet...
Je zou zeggen: een meisje en een jongen, dagenlang samen in een auto, samen in een tent, dat wordt een mooi liefdesverhaal.
Niets is minder waar, al is de ontknoping wel romantisch, en loopt alles goed af. Die uitkomst is niet het belangrijkste, het verhaal draait om vertrouwen: omdat ze allebei problemen hebben, hebben ze op een bepaald moment de mogelijkheid om te vertellen. De ander luistert, en dat is al genoeg.


Marian de Smet heeft er een echte roadnovel van gemaakt, in een prachtige poëtische stijl vertelt ze een ontroerend verhaal over liefde en vertrouwen, over rouw en gemis.
Spannend, zoals op de omslag staat, vind ik het niet, maar de schoonheid van de taal en het aangrijpende verhaal maakt alles goed.


‘Zijn dikke buik vloog bij elke ruk aan het stuur uit de bocht.’
‘De dood sprong over de haag in mijn gezicht.’


‘Alles waar ik niet aan wilde denken kwam in een rotvaart op me af en hoe klein ik me ook maakte, het vond me en verpletterde me.’
‘Naar lucht happend haalde ik de huiver uit mijn lijf en stopte ik alle gedachten weer in de gaten en hoekjes waar ze eerder zaten.’

ISBN 9789048813469 | Hardcover|224 pagina's |Uitgeverij Moon | augustus 2012
Leeftijd 14+ jaar

© Marjo, 31 maart 2014

Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER

 

Rotmoevie
Marian de Smet

Eppo gaat in zijn eentje op reis. Hij wil naar Frankrijk liften. Voor zijn gevoel moet hij weg van huis. Na wat er gebeurd is, wil hij daar niet meer zijn. Al snel krijgt hij een lift aangeboden van Tabby, een vrolijk meisje uit België. Allebei zijn ze op reis zonder dat ze een reisdoel hebben. Allebei ontvluchten ze de werkelijkheid.

Eppo en Tabby blijven samen reizen. Overdag zitten ze in de auto en ’s-nachts delen ze het tentje van Eppo. Er is geen verliefdheid, wel vriendschap. Eppo en Tabby houden elk van iemand anders en dat is de reden dat ze op reis zijn gegaan. Soms is de liefde namelijk ingewikkeld of heel verdrietig. Erover praten, willen ze niet. Het ligt te gevoelig.

De lezer ontdekt het verhaal van Eppo omdat hij regelmatig terugdenkt aan het verleden. Eppo heeft lieve ouders maar omdat hij geen broertjes of zusjes heeft, voelde hij zich als kind vaak eenzaam. De eenzaamheid verdween toen zijn ouders besloten in het weekend een kind op te vangen dat het thuis moeilijk had. Vanaf dat moment kwam de twee jaar oudere Maarten elk weekend logeren. Eindelijk had Eppo een grote broer. Hij keek enorm tegen Maarten op, aanbad hem. Maarten kon moeilijk zijn. Als kind van een drugsverslaafde was zijn leven niet altijd makkelijk maar tegenover Eppo was Maarten altijd zichzelf. Eppo hield van Maarten en deze liefde werd verwarrend toen Eppo besefte dat de broederliefde om was geslagen in een ander gevoel.

Maarten leeft niet meer. Dat is de reden dat Eppo zijn thuisland en zijn leven is ontvlucht. Hoe het nu zit met de liefde tussen hem en Maarten en hoe zijn pleegbroer is gestorven, wordt later in het verhaal duidelijk.

Ook Tabby zit in de problemen. Zij huilt zichzelf ’s-nachts in slaap en Eppo weet niet of hij nu wel of niet moet laten merken dat hij dat weet. Ze heeft een tatoeage op haar arm met de naam Rob maar ontsteekt in woede zodra Eppo deze naam noemt. Ze wil het absoluut niet over Rob hebben maar het is duidelijk dat hij haar erg heeft gekwetst. Wanneer Eppo later in het verhaal haar geheim ontdekt is hij sprakeloos. Dát had hij niet verwacht.

Op de kaft van het boek staat “Een spannende roman die leest als een roadmovie”. Het boek over de twee reizende jongeren leest inderdaad als een roadmovie maar spannend is het boek niet. Avontuurlijk wel en ontroerend ook. In het begin van het boek zijn er naast de terugblikken op het verleden twee verschillende tegenwoordige tijden Dat bracht me heel even in verwarring. De rest van het boek zit echter prima in elkaar.

Rotmoevie is een lief verhaal over de complexiteit van de liefde en over vriendschap die soms uit onverwachte hoek komt.

ISBN 9789048813469| hardcover | 190 pagina’s| Moon Uitgevers| juli 2012
Vanaf 14 jaar

© Annemarie, 23 augustus 2012

Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER

 

Geen bereik
Marian De Smet


“De rotswand kaatste mijn schreeuw kil terug. Wanhopig graaide ik om me heen, op zoek naar houvast, en haalde daarbij mijn handen en armen open. Koud van angst werd ik. Mijn voeten trappelden in het luchtledige. Mijn vingers scharrelden alleen maar pijn bij elkaar. En dan de klap. Een vlammende steek schoot door mijn enkel, mijn rugzak rukte bruusk aan mijn schouders en mijn hoofd smakte tegen de ruwe wand. Meteen keek ik omhoog, snakte naar de adem die ik had achter gelaten”.


Leo en David zijn vrienden. Goede vrienden. Zulke goede vrienden dat David met Leo mee gaat kamperen in de bergen. Ook al geeft hij eigenlijk niets om bergen, en al helemaal niet om bergbeklimmen. Maar zijn vriend wel, dus gaat hij mee. Al kent zijn meegaandheid grenzen. Als David na de zoveelste bergtocht met zere voeten boven op de top op last van zijn vriend wederom de berglucht diep in moet snuiven, die volgens hem toch echt het meest naar koeienvlaai ruikt en waarbij er altijd wel één fruitvliegje mee naar binnen wordt gezogen, vindt hij het mooi geweest. Als Leo vraagt of hij wéér mee een berg op, wint het uitzicht op twee mooie Duitse meiden in monokini het toch echt van de bergen, en gaat zijn vriend alleen op pad. Hij zou wel bellen als hij boven op de berg was. Maar Leo belt niet. Dagen later wordt zijn mobieltje zonder bereik uren ver lopen van de berg die hij zou gaan beklimmen gevonden. De plaatselijke autoriteiten en neergedaalde journalisten zijn dan al dagen naar Leo op zoek. Wat is er gebeurd?

“Geen bereik”wordt verteld vanuit drie verschillende personages. Leo. David, en Nanou, een meisje wat hoog op de berg woont, ver weg van de bewoonde wereld, Manou wordt door haar moeder ver van de bewoonde wereld weg gehouden. Waarom dat is daar komen we later pas achter.


“Je kon me onmogelijk zien liggen vanaf het pad, maar ik had wel een perfect zicht op op de bergwandelaars. Moeder wist niets van deze plek. Het was ook pas sinds een jaar of twee dat ik me zo dicht bij de mensen durfde wagen, tot dan maakte ik me het liefst zo snel mogelijk uit de voeten als ik ze hoorde of zag. Maar nu vond ik het fijn om ze bezig te zien, en altijd was ik op zoek naar het gevaar dat, volgens mijn moeder, in hen zou schuilen. Om eerlijk te zijn vond ik ze gewoontjes, soms zelfs zielig. En ook al zei mijn moeder honderd keer dat mensen die van de bergen houden nog de beste soort zijn, ik mag ze nooit vertrouwen. Nooit”


Nanou vindt Leo, en Leo denkt dat zijn redding nabij is. Maar dat is nog niet het geval. Integendeel. Fragmentarisch komen we al lezend steeds meer te weten van de drie hoofdpersonen, en van wat er in het verleden gebeurd is. Het knappe van dit boek is vooral de spanningsboog. De informatie wordt in partjes gegeven, en de puzzelstukjes vallen langzaam maar zeker in elkaar tot op de laatste bladzijde toe. En zelfs dan weten we nog niet helemaal hoe het verder zal gaan, en of de betrokken net als wij óók begrijpen hoe de vork in de steel zit. Het boek lees als een thriller, je wilt alsmaar weten hoe het verder zal gaan, of het goed komt, maar ook wat er in het verleden in gebeurd. Het personage van Nanou ontroert, en ook het contact tussen Nanou en Leo is erg mooi beschreven. De romantiek hangt in de lucht, maar er zijn nogal wat praktische bezwaren.


Een mooi boek. Een boek wat ik zelf had willen lezen toen ik vijftien was. Mooie zinnen, lekker spannend, en goed opgebouwd. Je gaat je identificeren met alle drie de personages, ook al hebben ze soms tegenstrijdige belangen. En op de laatste bladzijdes zou je ze wel willen toeschreeuwen dat ze nog éventjes moeten wachten om naar huis te gaan. Mooi uitgevoerde hardcover. Een aanrader.


ISBN 9789048808908 | hardcover | 223 pagina's | Dutch Media uitgevers | maart 2011
Leeftijd 13+

© Willeke, 30 mei 2011

Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER

 

altGeen bereik
Marian de Smet


Het is zaterdag en Leo is in een gat gevallen, op een berg. Hij schreeuwt, maar hij is alleen.
Langzaam wordt duidelijk dat hij met zijn vriend David in de vakantie de bergen ingetrokken is. David had op deze beklimming niet meegewild, dus is Leo alleen op pad gegaan. Eerst keurig volgens de route, maar daar is hij van afgedwaald. Daar zit hij nu, gewond, en niemand weet waar hij is. Zijn gsm weigert dienst…
Nanou is op diezelfde zaterdag aan het wandelen in de bergen, waarschijnlijk wel in Leo’s buurt, maar voorlopig weten we dat niet. Door haar moeder wordt ze gewaarschuwd dat ze binnen moet blijven, de toeristen komen er weer aan. Er is iets raars aan dit meisje…
David, de vriend, zit beneden op de camping te wachten. Waar blijft Leo? Maar Leo trekt zijn eigen plan, hij is vast niet in zeven sloten tegelijk gelopen, David wacht af…
De dagen volgen elkaar op, en Leo wordt gevonden, maar dat betekent niet meteen zijn redding.


Dit verhaal over een drietal jongeren die allemaal zo hun eigen problemen hebben, van ouder datum dan wel recent, is een spannend en meeslepend verhaal. Voor je het weet heb je het uit.
Het is niet alleen vlot geschreven, met hier en daar een Vlaams woord, door de afwisseling in het vertelperspectief wil je doorlezen. Goede spanningsboog dus.


Je lezers niet onderschatten, dat is heel belangrijk als je een boek voor jongeren schrijft. In het begin lijkt het daarmee prima in orde. We maken kennis met de personages en slechts door af en toe iets mede te delen krijgt de lezer het plaatje vol.
Helaas stapt Marian de Smet daar vanaf op het moment dat we de jongelui kennen en het verhaal de kern bereikt. Maar misschien is dat wel bewust: het verhaal is op deze manier alleen het verhaal van die drie jongelui. Hun karakters zijn duidelijk, hun belevenissen belangrijk. De achtergrond van de zijlijnen, die je als lezer best zou willen leren kennen, over Nanou bijvoorbeeld, worden niet uitgelegd. Het is een verhaal met een open einde, waaraan de lezer overigens makkelijk een mooi en romantisch staartje kan breien.


ISBN 9789048808908 | hardcover | 223 pagina's | Dutch Media uitgevers | maart 2011
Leeftijd vanaf een jaar of dertien.

© Marjo, 22 mei 2011

Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER