Boekenarchief B

Pierre Bergounioux

Het roze huisHet roze huis

Het is me nog nooit zo moeilijk gevallen om iets over een gelezen boek te vertellen. Om dat te doen moet ik het boek erbij pakken, en steeds opnieuw bemerk ik dat ik weer zit te lezen in plaats van schrijven.. Het is zo mooi, dit boek krijgt een vaste plaats op mijn nachtkastje. Nu hoop ik dat jullie nieuwsgierig zijn!


Bergounioux schreef een boek over een jongen, die in de loop van zijn leven verschillende keren het roze huis bezoekt. Het is het familiehuis, en meestal is het vanwege een sterfgeval dat de familie er bijeen komt. De eerste keer dat de jongen het zich bewust is wordt hem verteld dat het zijn tweede keer is, en hij is jong volwassen als het -in dit boek tenminste- zijn laatste keer is. Het roze huis is het epicentrum van een familieverhaal, verteld door een jongen die opgroeit. Hij komt steeds dichterbij zijn familieleden, levend en dood, en langzaam wordt zijn wereld groter.
Ik geef wat zinnen (hoop dat het me lukt, dat ik niet weer ga zitten lezen!)


"ze bleef bij me totdat ik de stap waagde de vreemde duisternis in, het donker van voor (en niet na) de dag, en tot aan de keuken die baadde in een schel licht."
"Ik gaf ze allemaal een zoen, waarbij ik telkens mijn best deed me te herinneren, een naam te plakken op het samenstel van tijd en lichaam waarvan ik de lauwe, harde of soepele aanraking voelde en waarvan de heel eigen geur, zoet parfum of lucht van tabak, mijn neus binnendrong."
"Ik wist, hoe weet ik niet, dat grootvader in de eerste slaapkamer lag en ik voelde dat die aanwezigheid erger was dan gewoon maar de afwezigheid die hij voortaan voor ons zou zijn."
"toen wist ze al dat ze zou zijn wat ze is geweest, een dode tak, maar die groeit omdat niemand zou hebben begrepen, en zeker zij niet, dat ze kon weigeren om te groeien, te blijven bestaan totdat het ophield en omdat er niemand, uit haar geboren, was om eraan te herinneren dat ze had bestaan, vroeger."
"Als je leest is het een beetje alsof je weg bent, alsof je de grens van de tijd hebt bereikt terwijl die soms juist vereist dat je de boeken, waarin verre oorden, voorbije tijden worden beschreven, links laat liggen om je aandacht te kunnen schenken aan het vluchtig moment waarvan je, als je even je oren spitst, het lichte zoemen hoort."


Ik kan nog uren doorgaan..het zijn prachtige zinnen, die soms grammaticaal niet kloppen, maar die de gedachte juist precies weergeven. Soms blijven zinnen onaf..soms is het telegramstijl, maar het lezen is puur genieten...


ISBN 9028250786 Paperback 168 pagina’s uitg. Van Oorschot 2005
Vertaling Marianne Kaas

© Marjo, augustus 2006

Lees de reacties op het Leestafelforum en/of reageer, klik HIER!

 
Dat waren wijDat waren wij


Dit was meen ik het eerste boek van Bergounioux. Het is erg beschrijvend, erg beeldend beschreven. Als je de gave hebt om voor je te zien wat er beschreven wordt, dan is dit een prachtig boek. Dan zwerf je als het ware met de twee jongens door de streek langs de Dordogne. Dan zie je de prachtige kleuren en voel je de struiken en maïsstengels langs je lijf strijken.


Twee jongens, Pierre en Michel, neven van elkaar, ontmoeten elkaar iedere zomer in het zomerhuis van een van hun ouders. Dagenlang zwerven ze door onherbergzame streken, langs riviertjes, langs weiden en velden, en altijd weer kunnen ze hun avonturen navertellen. Dat zijn magische belevenissen met water dat praat, met riviermonsters en een angstig avontuur in een lekke boot. Maar ze worden groot, Pierre doet eindexamen en moet gaan studeren in de grote stad. En daar is een wildernis die hij niet begrijpt, hij raakt hopeloos verloren. Maar natuurlijk redt hij het, en in de zomer ontmoet hij Michel weer, voor nieuwe tochten door de natuur.


"Ik hief de ogen op, ontmoette de zijn en volgde hun zijdelingse beweging en zag in de plas de vis en de slang. Het was een grote ringslang en de vis met zijn gladde lichaam waaruit grote vinnen staken, die ze in de bek hield, was een donderpad. Ook die vis was ik al eens tegengekomen, in de dikke stoffige boeken met kopergravures die ik raadpleegde in de bibliotheek. Maar tussen de inktachtige, gearceerde platen op het bruin geworden papier en het zilveren trillen in de bek van de ringslang bestond wel enig verschil. Een hele poos hebben we naar elkaar gekeken, de slang en wij. Toen scheen het me toe dat ze bewoog. Ik heb een grote blinde moer met zes vlakken die ik bij de brug had opgeraapt, naar haar toegegooid. Er begon een dichte nevel te kolken op de bodem van de poel. Misschien heb ik even een snelle zweepslag door de bubbelende melk zien schieten die zich vermengde met het blauw van het water dat toen in en geiser opspoot boven het brok steen dat Michel erin had gegooid.. Een regen van druppels daalde neer. Gehurkt bleven we zitten aan de rand. Langzaam trok de nevel weg. Het water kreeg zijn blauwe toverdrank-kleur terug rond de moer die ik heb opgevist en het blok steen dat we hebben laten liggen maar de slang en de vis waren verdwenen."


Als dit mijn eerste Bergounioux was geweest, had ik misschien niet snel een tweede gelezen. Deze eersteling is erg beeldend, weinig verhaal. Dat is in zijn andere boeken gelukkig wat meer aanwezig dat verhaal. Dat neemt niet weg dat ik toch wel genoten heb van dit boek.


ISBN 9028250204 Proza, 164 pagina’s  Verschenen in 1994 2e druk uitgeverij Van Oorschot
Vertaling Marianne Kaas

© Marjo, september 2006

Lees de reacties op het Leestafelforum en/of reageer, klik HIER!

 
De komst van de tijdDe komst van de tijd


Het is de kroniek van een familie die sinds mensenheugenis in de onherbergzame hoogten van het Massif Du Cantal woont. (Dat ligt in de Auvergne heb ik begrepen. Ik ben er nooit geweest) De omgeving, stug en hard voor de bewoners die ervan moeten leven, laat zijn sporen na in de mensen.
De centrale persoon in dit boek is Miëtte. (in het Frans is de titel : Miëtte) Zij trouwt met Pierre, en samen krijgen ze twee dochters en twee zonen.


Het leven verloopt maar op een manier: de oudste zoon, Baptiste, krijgt het huis en de stilzwijgende opdracht het boerenleven voort te zetten. De jongste zoon, Adrien, moet maar zien. Hij trekt naar Parijs en komt pas 40 jaar later terug, als zijn broer begraven wordt. De oudste dochter trouwt en blijft in de buurt van haar ouders, al woont ze bij de schoonfamilie. De jongste dochter verlaat het huis, wordt onderwijzeres, en blijft ongetrouwd. Als haar werkzaam leven er op zit, komt ook zij terug.
Het verhaal van de familie wordt verteld door iemand die waarschijnlijk een schoonzoon van Baptiste, maar echt duidelijk wordt dat nergens gezegd. Het is niet zijn eigen verhaal, hij staat aan de zijlijn, hij is buitenstaander. Maar zoals langzaam de moderne tijd wordt geaccepteerd, omdat het onontkoombaar is, zo wordt ook de nieuwe aanwas van de familie, die van buiten komt, geaccepteerd. De tijd verandert. Er is niets tegen te doen.


Bergounioux hanteert een prachtige omtrekkende manier van vertellen, waarmee ik bedoel dat hij indirect vertelt. Niet recht voor zijn raap, maar tussen de regels en zinnen door, een sfeer creërend die zelfs mij, verstokte huismus, doet verlangen daar ook te zijn, in die bergen..


ISBN: 9028250409 Paperback 160 pagina's| Van Oorschot B.V. | 2005
Vertaler: Marianne Kaas

© Marjo, september 2006

Lees de reacties op het Leestafelforum en/of reageer, klik HIER!