Maria Philippens

De matrasdrager
Maria Philippens


Vijf lange verhalen waarin de hoofdpersoon voor een keerpunt komt te staan en nog niet weet hoe hij/zij verder moet. In het eerste verhaal ‘Een waardeloze getuige’ kijkt de hoofdpersoon terug op zijn leven:


‘Soms, wanneer emoties en beelden vervagen en ruimte maken voor feiten, is de tijd een zegen. Het eerste jaar na die meedogenloos geëindigde zomervakantie drongen zich vooral bijzaken aan me op: zoals een al te gedetailleerde wegenkaart het overzicht belemmert, zo verloor ik de kern uit het oog. Pas nu kan ik de ware aard van de gebeurtenissen zien, waarom alles is gegaan zoals het ging.'


De laatste zin is van toepassing op alle vijf de verhalen. Waarom maakt een mens bepaalde keuzes? Daar kom je niet altijd achter.


In dit eerste verhaal vormt de aanslag op de Boulevard des Anglais in Marseille waarbij een vrachtwagen inreed op de mensen die daar liepen het keerpunt. De hoofdpersoon is net als zijn vader opticien geworden, tot tevredenheid van zijn ouders. Ook zijn vrouw vindt er een levensdoel in. En och, hij heeft een best leventje. Maar nadat hij getuige is geweest van de aanslag is het evenwicht verstoord.


Verhaal twee is het titelverhaal waarin het kunstwerk van Philip Aguirre Y Otegui – De matrasdrager (zie coverfoto) voor de ommekeer zorgt. Mathijs en Cathy zijn gescheiden. Cathy kon het autistische gedrag, het perfectionisme van haar man niet langer verdragen. De kinderen gaan in het weekend naar hem, tot hij op een keer zonder bericht niet thuis blijkt te zijn.
Twee verhaallijnen: Cathy vertelt waarom zij wilde scheiden en hoe zij moet dealen met de in de steek gelaten kinderen die op zoek gaan naar hun vader. En we volgen Mathijs, wiens leven een puinhoop is.


‘Je scheiding van Cathy ligt toch al een poos achter je. Jullie zitten nu in rustiger vaarwater, dacht ik zo.’ Zijn baas draaide irritant met zijn stoel achter zijn bureau, dat een volslagen chaos van rondslingerende paperassen was. Zelfs de vloer oogde als een verwaarloosd archief.
Mathijs begon te zweten. Ontsnappen aan de wanorde in deze overvolle ruimte was onmogelijk.’


In een museum valt zijn oog op het kunstwerk. Het raakt hem tot op het diepst van zijn ziel.


In het derde verhaal ‘De laatste alinea’ zijn Carlien en Raoul een stel, tot zij er achter komt dat hij tegen haar gelogen heeft. Carlien is niet zomaar teleurgesteld, ze voelt zich bedrogen. En bedrog, dat kan ze niet hebben. Twee jaar later ambieert ze een bepaalde functie op kantoor, maar een collega is een geduchte concurrent voor die baan. De beslissing die zij neemt gaat tegen haar aard in, maar zal vast het gewenste resultaat hebben. Of toch niet?


‘Het blaten van de kalveren’ is het vierde verhaal waarin een arts de hoofdrol heeft. Hij heeft een drukke praktijk, maar wil niet toegeven dat hij het werk niet meer aan kan. Hij probeert de wens van de patiënt te laten prevaleren boven regels en het verstand, terwijl hij de schreeuw om hulp van zijn eigen lijf negeert.


‘Wiegend op het water’, het laatste verhaal gaat over een school op het asielzoekerscentrum. De betrokkenheid van de juf is groot. Te groot in de ogen van haar omgeving, vooral haar echtgenoot. Christine mag in haar handen klappen dat Lucas haar niet laat vallen. Want waarom gaat zij zo veel verder dan haar rol op het AZC is?

In het leven van de personages is ergens iets fout gegaan, en het is de vraag of dat hersteld kan worden. Daardoor zit er spanning in de verhalen, die nergens melodramatisch worden. Philippens laat de mens zien in al hun onvermogen maar ook hun kracht.


Maria G. J. Philippens (1952, Valkenburg-Houthem) debuteerde in 2013 met de roman ‘Genoeg geluk’. Deze verhalenbundel is haar tweede boek. Als zij niet schrijft is zij communicatie- en loopbaanadviseur. Die achtergrond komt in de verhalen wel naar voren. De rol van communicatie is in alle verhalen significant aanwezig.


ISBN 9789086664887 | paperback | 244 pagina's | Uitgeverij Mosae Libro | februari 2020

© Marjo, 12 mei 2020

Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER