André Platteel

Ooit waren wij vogels
André Platteel


Jonathan komt uit Leiden, maar na de traumatische overlijdens van zijn moeder en jongere broertje, besluit hij te vertrekken. Hij gaat naar Miami.
Maar of het in de Verenigde Staten nou zoveel beter is? Hij besluit zich nuttig te gaan maken: in Miami is het water bezig aan een allesvernietigende opmars.
Over de hele aardbol zijn ‘de uitstervingen’ flink huis aan het houden, er zijn steeds minder dieren. De aarde zelf is nauwelijks meer geschikt om iets te kunnen verbouwen. De ene ramp volgt de andere.

Jonathan zoekt zijn heil in een motel in Miami, dat gerund wordt door Drake, een van de Seminole, de inheemse bevolking. Hij wil zich nuttig maken.
Maar het is vrijwel onmogelijk om hulp te verlenen. Daar heb je immers geld en middelen voor nodig, en dat is er niet. Honger, dorst, en overbevolking doordat vele vluchtelingen proberen een goed heenkomen te vinden, hebben als resultaat dat er iedere dag mensen sterven. Zoveel dat een fatsoenlijke begrafenis niet echt mogelijk is. Jonathan probeert de overleden mensen die hij gekend heeft toch niet zomaar los te laten. Hij schrijft necrologieën.  En die lopen al in de duizenden...


In Miami heeft hij de arts Bobby ontmoet. Tegen beter weten in hebben zij een relatie en daaruit is Tommi geboren. Maar Tommi is ziek, zoals eigenlijk vrijwel iedereen dat is.
Moeder Bobby doet haar best om haar zoontje te redden, tevergeefs. Ze komt zelf te overlijden.
Dan zoekt Jonathan zijn heil voor Tommi - maar ook voor zichzelf, want ook hij is ziek -  bij dokter Barbara, inheems arts. Ze ondergaan behandelingen die geënt zijn op ideeën over de evolutie.


‘Ik werd direct door de dokter op mijn gemak gesteld. Of ik wist hoeveel mutaties een orchidee heeft moeten maken om levensvatbaar te worden. Ik weet niet meer precies hoeveel, maar het aantal dat dokter Barbara toen opnoemde tartte mijn verbeelding. Al die ziektes, al die varianten, allemaal mutaties om te overleven, zei hij. Waar Tommi en ik aan leden was een evolutionaire stap.’


En dokter Barbara kon dat versnellen, om zo het genezingsproces in versneld tempo te laten geschieden. Jonathan heeft nauwelijks een andere optie, gezien de lichamen die hij iedere dag weer begraaft.
Dit probleem, de ziekte, is al erg genoeg, maar het einde van de wereld roept nog andere problemen op.


Als je het aan André Platteel  vraagt is het einde van de wereld nabij. In zijn apocalyptisch roman is vertelt de opa van de hoofdfiguur over de kampen in de Tweede Wereldoorlog.  Jonathan is een tweede generatie, van onze tijd dus.
De wereld wordt door de ene na de andere ramp getroffen, kan dit wel goed aflopen?

De vormgeving is apart. De omslag is niet gelijk aan de hardcover. En de bindwijze valt eveneens op. Daar is over nagedacht!

Een hallucinerende roman, waarin je meegesleept wordt in een toekomst die hopelijk fictief blijft. Het verhaal valt uiteen in verschillende vormen: verteld door een ik-figuur – Jonathan; stukken waarin de zoon toegesproken wordt, de jij-vorm dus. En stukken waarin we lezen hoe het verleden van Jonathan, in Leiden en de begintijd in Amerika,  er uitzag. Dit alles in n een steeds wisselende stijl. Met mooie zinnen en dialogen die in citaten worden gevoerd. Veel verwijzingen naar muziek en boeken, en nog veel meer stilistische elementen.
Het lijkt erg veel, en dat is het natuurlijk ook, maar als lezer word je meegesleept, je wilt weten hoe het Jonathan en Tommi zal vergaan. Hoe het de wereld zal vergaan.                      `


André Platteel (1969) is oprichter van Your Lab. Daarnaast is hij auteur van diverse romans en boeken over cultuurveranderingen. Zijn romans handelen over familie-dynamieken en de impact van trauma op individuen en hun relaties met anderen: Alles Hiervoor (2014), Net veertien (2016) en Alleen de eenzamen (2019).


ISBN  9789492241672  | Hardcover | 276 pagina's | Uitgeverij Magonia | maart 2024

© Marjo, 6 april  2024

Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER

 

Alleen de eenzamen
Andre Platteel


‘Ik weet al precies wat er straks over me verteld zal worden. Als je de klos bent komen mensen met de gekste verhalen maar het gaat nooit over wie jij bent.’


Wie is hij dan wel? Aan het woord is Sam, die al jong de verantwoordelijkheid kreeg over zijn broers en zus. Hun ouders hadden nooit kinderen moeten krijgen, zijn broers Dirk en Theo accepteerden Sams gezag nauwelijks. ‘Sams fantasie was dictatoriaal,’ zegt  broer Dirk. ‘Hij zette de verhaallijnen uit. Hij was regisseur en wilde boven anderen staan om over jou en je broer en zus te domineren.’


Sam is behalve dominant ook een man met uitstraling, hij wist iedereen voor zijn karretje te spannen, vooral de vrouwen. Inclusief zus Corry. Maar als hij ook de familie betrekt bij zijn zwendelpraktijken, is er geen steun meer voor hem als het mis loopt.


Sam sjoemelt met wijn, valt door de mand en vlucht naar Amerika. Hij is dan al gescheiden van zijn vrouw Nel, die hem overigens door middel van nachtelijke telefoongesprekken op de hoogte houdt van het wel en wee van de familie. Hun zoon Kees wordt militair. Na het verlies van zijn kameraad in de oorlog in Irak zit hij met oneervol ontslag thuis. Vol wrok, vooral richting zijn vader. Als na twintig jaar vader Sam terugkomt uit Amerika, opnieuw met achterlating van een dubieus verleden, weigert Kees zijn vader te zien.


Die  terugkeer zet toch de verhoudingen binnen de familie al op scherp. Nel vindt contact prima, dochter Rita is zelf ook verwikkeld in een familiedrama. Sams broer Dirk zit in het klooster, heeft met niemand contact, maar schrijft via een dagboek. Broer Theo wil Sam graag ontmoeten, maar hun afspraak loopt fout.
Corry is intussen overleden, maar zwager Jan wil wel met Sam praten, al is dat vooral omdat Sam hem nog veel geld schuldig is. Jans zoon Jonathan is altijd dol geweest op zijn oom, hij is de enige die hem bezocht heeft in Amerika. Maar ook Jonathan zit met zichzelf in de knoop.


Het lot is voor geen van de familieleden gunstig geweest, een stabiele relatie of een gunstige carrière lijkt niet voor weggelegd. Een goede gezondheid evenmin.
Om en om vertellen ze een deel van het verhaal, ook Sam, die in het tweede deel niet meer aan het woord komt, maar nog steeds de spil is waar alles om draait. Dingen die men jaren als waarheid heeft aangenomen blijkt niet de juiste weergave van de feiten te zijn.


‘Je weet toch hoe Sam was, een doodgewoon leven was niets voor hem. Hij verzon altijd iets groots met hemzelf in de hoofdrol.’


Dat lukt dan ook wel, maar groots is niet per definitie positief.


Vrolijk word je niet van deze roman. Het begint al met met een gebroken gezin, opgroeiend in een niet al te best milieu. Sam denkt dat hij wel het spreekwoordelijke kwartje kan worden, maar moet zijn meerdere erkennen in het lot.
Het verhaal van vader en zoon is tragiek van de bovenste plank, en het overige ligt daar vlak onder. Platteel weet zijn lezer wel van begin tot einde te boeien. Hij wisselt van verteller, van tijd en plaats waardoor het af en toe best wel puzzelen is maar dat komt steeds weer helemaal goed.
De personages hebben ieder een eigen verhaal, een eigen invulling van wat hen overkomt, en doen dat op een eigen manier, soms de lezer verbijsterd achterlatend.


André Patteel (1969) schreef eerder Alles hiervoor (2014, de Arbeiderspers) en Net Veertien (2016, Magonia). In zijn derde boek overtuigt hij de lezer opnieuw van zijn kunnen.


ISBN 9789492241337 | Paperback | 228 pagina’s | Uitgeverij Magonia | november 2019

© Marjo, 24 december 2019

Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER

 

altNet veertien
André Platteel

Als je net veertien bent, zoals de hoofdpersoon uit de eerste helft van dit boek, dan gieren de hormonen door je lijf.


Jonathan is een bedeesde, intelligente jongeman, die opgroeit met drinkebroer als vader, die ook zonder alcohol nogal grof in de mond is en zijn handjes op een negatieve manier laat wapperen. Maar hoe neerbuigend hij zijn vrouw en zoons – er is een jonger broertje – kan behandelen, hij houdt wel van hen op zijn eigen manier. De vader is een sjacheraar, die geen respect heeft de intellectuele aspiraties van zijn zoon. ‘Wat heb je nou aan en zooitje woorden’, zegt hij. Zelf heeft hij nauwelijks scholing gehad.


Terwijl Jonathan naast de literatuur ook de meisjes ontdekt, zijn er thuis dingen die hem wel bevreemden, maar waar hij verder niet bij stil staat. Later blijken dat aanwijzingen geweest te zijn dat zijn moeder zwaar ziek was, en wist dat ze ging sterven. Als zij er niet meer is, blijft er van een gezin niets meer over.


En dan begint deel twee, acht jaar later. Niet Jonathan, maar zijn broertje Stefan - net veertien - is de hoofdpersoon. Voor hem nauwelijks een seksuele ontwaken, hij heeft al zijn kracht nodig om in leven te blijven. Vanuit zijn ziekbed spreekt hij anderen toe: zijn vader, zijn broer, zijn moeder. Via deze gesprekken leren we meer over het verleden maar ook over hoe het verder ging met het gezin na de dood van de moeder.


Een aangrijpend verhaal, dat in een bijzondere vorm geschreven is. Ogenschijnlijk hebben de twee delen van het boek weinig met elkaar te maken, ook al zijn de vertellers twee broers. Het eerste deel is vooral een coming of ageverhaal op de geijkte manier: een puber ontdekt wie hij is. Maar ook het tweede deel is een ontdekking van het eigen ik, alleen heeft de hoofdpersoon hier de ongelooflijke pech, dat zijn leven niet volgens de gewenste lijn verloopt.


Beide jongens willen leven, en hebben dat maar te doen met wat het leven hen biedt. Of niet biedt. Het is niet voor niets dat de leraar Nederlands van Jonathan zijn leergierige leerling vooral Wolkers aanbeveelt. Het boek dat we hier lezen zou een boek van Wolkers kunnen zijn: seks en dood, onlosmakelijk verbonden. Ook het ontgroeien aan een bepaald milieu is een gedeeld thema. Platteel noemt eveneens de dingen bij hun naam, maar – al ben ik geen Wolkerskenner – ik denk wel dat hij ondanks deze overeenkomsten een eigen stijl heeft. Een mooie manier van vertellen, met prettige dialogen.


Tussen de hoofdstukken door staan toepasselijke uitspraken op verder lege pagina’s, zoals:


Je bent woedend
Hij kan er niets aan doen
Ben je dan minder boos?

Of:

Kan ik ooit nog dezelfde worden?
Dat lukt niemand


ISBN 9789492241122 | Paperback | 220 pagina's | Uitgever Magonia | september 2016

© Marjo, 1 april 2017

Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER