Boekenarchief R-S

Jasmin Schreiber

https://www.jasmin-schreiber.de

 

Elfduizend meter lief
Jasmin Schreiber

Paula weet met zichzelf geen raad sinds haar broertje overleden is. Het was een tragisch ongeval, hij is verdronken. Paula verwijt zichzelf dat ze er niet was om hem te redden.


'We waren hechter met elkaar dan met wie ook, vreemd eigenlijk, omdat ik immers veel ouder en altijd al jouw tegenpool was.’


In het ik-verhaal spreekt ze haar broertje aan. Ze vertelt hem hoe ze geen doel meer heeft, geen zin meer om te leven. Maar ze kan het hun ouders niet aandoen om er uit te stappen, dus ze gaat op advies van haar moeder naar een psychiater, die haar dan weer doorstuurt naar de therapeut.
Het heeft allemaal geen enkele zin.
Tot de therapeut haar aanraadt om het graf van Tim te bezoeken, als ze dat niet overdag wil, dan maar in de nacht.


Het is nogal een bizarre situatie daar op het kerkhof waar ze iemand ontmoet die op een nogal onorthodoxe manier rouwt om zijn ex-vrouw. Aarzelend en aanvankelijk wantrouwend vinden de twee elkaar: Paula, de twintiger en Helmut, ver in de zeventig.
Als Helmut aankondigt dat hij met zijn camper naar de Alpen wil, roept Paula spontaan: ‘mag ik mee?’
Het heeft wat voeten in de aarde, maar tenslotte zijn de twee, met de herdershond, op weg, in een aftandse camper, met allebei zo hun geheimen en gedachten.


Het is mooi om te lezen hoe de twee elkaar vinden. Hoe Paula ook het hart van de hond wint. Een bijzondere vriendschap, die voor allebei verrijkend werkt. Over hoe ze langzaam leren hoe te rouwen, en misschien ook wel hoe ze verder moeten zonder hun geliefde.


Terwijl we lezen over deze reis, duikt Paula regelmatig in het verleden en vertelt ze over haar broertje, die zo dol was op vissen in de oceaan. Over hoe hij er over droomde nog eens naar de Marianentrog te kunnen, waar de bodem elfduizend meter verwijderd is van het zeeoppervlak.
Denk nu niet dat het een en al treurigheid is, want de humor spat er geregeld af. Natuurlijk zijn er ontroerende scenes, is hun verdriet steeds aanwezig. Ze maken immers een rouwproces door. 


Jasmin Schreiber weet haar lezers te raken met fijngevoelige zinsneden en rake opmerkingen.


‘Jij was de noot en ik de beschermende dop en sinds je er niet meer bent voel ik me opengebroken, uitgehold en beroofd’


‘Nu begreep ik dat je pas echt eenzaam bent wanneer je achterblijft. Wanneer je degene bent die nog over is.’


‘Eerst werd de omgeving heuvelachtiger, de bossen stegen en daalden en door het rijden in de camper leek het alsof de woeste golven van een groene oceaan elkaar achterna zaten, tot de bos- en weidedeken plotseling openscheurden en je eronder naakt rotsgesteente zag dat spiraalsgewijs omhoog ging. Mijn hart ging sneller kloppen bij de aanblik en toen we bij een wegrestaurant stopten, sprong ik uit de cabine, stak mijn armen in de lucht en riep ik: ‘JAAAAA’. Eindelijk een gevoel. Eindelijk was er weer iets, een hartslag die betekenis gaf en niets met duisternis te maken had.’


Prachtig debuut.


Jasmin Schreiber (1988) is eigenlijk bioloog, maar werkt tegenwoordig als rouwbegeleider.


ISBN 9789402708264 | Hardcover | 256 pagina's | Uitgeverij HarperCollins | september 2021
Vertaald uit het Duits door Davida van Dijke

© Marjo, 30 november 2021

Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER