Dromen op het platteland.
De hardwerkende boer Harm (goh, van het liedje?) en zijn vrouw hebben geen eigen kinderen, maar een adoptiefzoon uit Ghana. Nu de jongen naar de middelbare school gaat geeft hij duidelijk aan dat hij niet net als zijn vader een kippenfarm wil leiden. Hij heeft een andere toekomst voor ogen.
Harm ziet zijn droom in duigen vallen, en daardoor is de verhouding tussen vader en zoon niet al te best. Olga, de moeder, heeft het nog steeds moeilijk met het feit dat ze geen eigen kinderen kan krijgen, en ziet de spanning met lede ogen aan. Ze heeft zelf ook zo haar dromen, die ook al niets kunnen worden. Nu richt ze zich overbezorgd op de jongen...
Een boek in twee delen, die allebei eindigen met een drama.
Ook al is het duidelijk dat de twee delen van dezelfde schrijver zijn, er is een verschil. De taal is over het algemeen vrij arm, ik bedoel dat er niet veel gebruik gemaakt wordt van bijvoeglijke naamwoorden, en de zinnen zijn kort. Geen uitweidingen.
Doordat het verhaal in het eerste deel eenvoudig is en maar een enkele dag bestrijkt lijkt het wel of je een jeugdboek aan het lezen bent. Dat verandert in deel twee. Daar zijn de gebeurtenissen als het ware volwassener. De schrijver maakt gebruik van flashbacks en laat dingen onverteld, je wordt even in het ongewisse gelaten, en daardoor ontstaat er een spanningsboog, die in deel één helemaal ontbreekt. Daar valt het drama zomaar uit de lucht. Nu doen drama's dat in de wereld om ons heen dat ook natuurlijk, maar toch, in een boek wil ik meer spanning.
Een poging tot humor is de oude vrouw Malle Lien, maar haar rol blijft onduidelijk. Van de Coevering doet ook nog een poging om er een coming-of-age boek van te maken als hij David, de jongen, aan het woord laat, maar hij werkt het niet genoeg uit.
Eigenlijk vind ik dat het verhaal wel deugt, de kern is prima, maar er ontbreekt iets aan de omlijsting. Aardig boek, dat wel.
ISBN 9789055158973 gebonden, 180 blz Uitgeverij Van Gennep oktober 2007
© Marjo, april 2008