Arthurs Apocalyps
Er zal wel een reden zijn waarom het boek "Arthurs apocalyps' heet, maar aan mij is het niet duidelijk. In feite is de ondergang van de wereld niet iets waar Arthurs in gelooft, iedere Messias is een valse Messias, zegt hij. Want alleen de verwachting telt, niet de verwezenlijking.
Wat heeft Arthurs dan met de apocalyps te maken? Hij krijgt een brief van jeugdvriend Onno, waarin deze schrijft dat hij in Amerika heeft gevonden wat hij zocht. Hij is uitverkoren, hij heeft zijn levensopdracht gevonden. In een naschrift staat:
"Arthur, er staat iets enorms te gebeuren. Niets zal meer hetzelfde zijn. Over een paar maanden al. De wereld zal beven, de zon zal zwart worden en de maan van bloed. Je bent gewaarschuwd."
En al staat er in de brief dat Arthur niet moet komen, hij gaat toch. Hij doet wat hij als kind ook al deed: Onno volgen. Op school waren ze allebei buitenstaanders, waardoor ze elkaar vonden. Onno praatte, en Arthur, labiel en onzeker, deed. Na school gaan ze allebei studeren, waarbij Arthur zijn eigen plekje min of meer vindt, terwijl Onno de nihilist uithangt.
Nu, in Amerika, vindt Arthur dat hij niet onnadenkend Onno moet volgen, maar hij keert zich tegen Onno, die volgens hem onder kwade invloed staat van een (valse) Messias.
Een warrig boek. Aanvankelijk lijkt het een wordingsroman te worden, het verhaal van het volwassenworden van twee jongens, maar helaas is het dat niet helemaal. Al snel verzandt het in het verhaal van een terroristische dreiging van een gevaarlijke sekte. De karakters van Onno en Arthur komen ook niet echt uit de verf, jammer.
Uitgever: Nieuw Amsterdam 216 bladzijden ISBN 9046800288
© Marjo, maart 2006