De Ondergedoken Camera
Het laatste oorlogsjaar Amsterdam 1944-1945
René Kok en Erik Somers
In 2017 besprak ik voor Leestafel een ander boek van beide auteurs dat ook bij WBooks is verschenen: Stad in Oorlog, Amsterdam 1940-1945 in foto’s. Nu is dit fotoboek over Amsterdam in het laatste oorlogsjaar verschenen. Een groep fotografen legde in het geheim de jaren 1944-1945 vast: de Duitse bezetting, het dagelijks leven en het verzet. De foto’s werden naar Londen gesmokkeld om de regering in ballingschap te informeren over de noodtoestand in het vaderland en aan te zetten tot voedseldropping. Na de oorlog kreeg deze groep fotografen de naam: De Ondergedoken Camera.
Na een inleiding over illegale fotografie en over de fotografen die deel uitmaakten van het netwerk volgen hoofdstukken over het verzet, de hongerwinter, de bevrijding en de nasleep van de oorlog.
Het gaat om indrukwekkende foto’s, gemaakt ondanks het grote risico op arrestatie en gevangenneming. Sommige foto’s krijgen terecht het etiket ‘iconisch’ opgeplakt. Vooral de foto’s die in de hongerwinter zijn gemaakt, springen eruit. Broodmagere kinderen die met een lepel een laatste restje voedsel opschrapen of in vuilnisbakken zoeken naar een korst brood. Uitgeputte vrouwen die op hongertocht gaan en terugkeren met een fiets of kar beladen met zware zakken als het gelukt was om voedsel te kopen. Mannen wagen zich niet op straat. Ze lopen het gevaar om opgepakt te worden en naar Duitsland gestuurd te worden om in fabrieken te werken. Het zijn de vrouwen die zwoegen om hun gezin in leven te houden.
De foto’s verdienen het om met aandacht bekeken te worden. Ze zijn een visuele waarschuwing “tegen zorgwekkend ontwikkelingen in de [huidige] samenleving, zoals rechtsextremisme en herlevend antisemitisme” (blz. 236). Foto’s uit het verleden als waarschuwing voor de toekomst. Het verhaal in het boek benadrukt de zeggingskracht van dit fotomateriaal.
Beelden van de Jodenvervolging met zijn razzia’s en deportaties naar kamp Westerbork ontbreken in dit boek. De ondergang van Joodse inwoners van ons land was in de voorgaande jaren al in volle gang gezet en in 1944 grotendeels voltooid.
Het was streng verboden om zonder toestemming van de bezetter foto’s te maken. De persfotografie stond onder censuur en alles wat niet binnen de Duitse ideologie paste was niet toegestaan. Foto’s van lange rijen wachtende mensen voor winkels met lege etalages, ondervoede kinderen, fietsen met houten banden of een arrestatie op straat pasten natuurlijk niet in de Duitse propaganda.
Het is een wonder dat de leden van De Ondergedoken Camera niet tegen de lamp zijn gelopen met alle gevolgen van dien. De Duitsers zaten erbovenop en bovendien was er veel verraad. Een NSB-buurman van een fotograaf wist wat er zich afspeelde in zijn buurhuis, maar heeft wonderlijk genoeg de groep niet verraden (blz. 45).
Direct na de oorlog trok het werk van De Ondergedoken Camera grote belangstelling. In het hele land werden tentoonstellingen van de foto’s “die getuigden van de ramp die ons land had getroffen” druk bezocht. Eerst staat de interpretatie van het verleden in het kader van “goed” (het verzet) en “fout” (moffenmeiden en collaborateurs). Later dringt het besef door dat de meerderheid van de Nederlanders zich had aangepast aan de nieuwe omstandigheden en weg had gekeken bij het wegvoeren van de Joden.
De relevantie van De Ondergedoken Camera voor onze tijd is duidelijk. Machthebbers willen propaganda. Ongewenste getuigen van hun repressie zijn niet welkom. Dan wordt de fotograaf opgepakt en de camera stukgetrapt.
De waarde van een publicatie als deze is dus groot. Bij het doornemen van dit boek besef je hoe snel het verleden vergeten kan worden. Een bezetting door een vreemde mogendheid, het ontbreken van voedsel, het gebrek aan warmte (tijdens de Hongerwinter was er strenge vorst), het wegvallen van elektriciteit, de angst om opgepakt te worden, maken het leven loodzwaar. Na 75 jaar van vrede weten we niet meer wat dit inhoudt. Wij vinden het weer vanzelfsprekend dat de schappen in de supermarkt goed gevuld zijn en een ruime keus bieden. De boodschap die ik uit dit boek haal is: zeg nooit “nooit”. Het ondenkbare kan toch gebeuren. Het maakt een mens dankbaar dat er binnen de landsgrenzen nog steeds vrede en welvaart is.
Het boek is voorzien van beknopte biografieën van de fotografen van De Ondergrondse Camera, Literatuuropgave en een Register. Kritische noten zijn er niet te kraken, althans: ik heb ze niet gevonden. Auteurs en uitgever verdienen een compliment voor hun vakwerk.
Dit boek verschijnt samen met de gelijknamige tentoonstelling in Foam Amsterdam, van 1 mei tot en met 1 september 2025.
René Kok en Erik Somers zijn historici en beide auteurs hebben een groot aantal uitgaven over de Tweede Wereldoorlog op hun naam staan. Kok en Somers zijn als onderzoeker verbonden aan het NIOD.
ISBN 9789462586857 | Hardcover | Omvang: 256 blz. | Uitgeverij WBOOKS in samenwerking met het NIOD | 28 maart 2025
© Henk Hofman, 28 maart 2025
Lees de reacties op het Forum en/of klik HIER.
Stad in Oorlog
Amsterdam 1940-1945 in foto’s
René Kok en Erik Somers
In dit boek zijn bijna 400 afbeeldingen opgenomen van Amsterdam in oorlogstijd. Een beperkt aantal foto’s is in kleur.
Het zijn fascinerende foto’s. Woorden roepen beelden op, maar afbeeldingen geven de werkelijkheid weer. Zeker voor iemand die Amsterdam als stad goed kent zijn de foto’s schokkend. Fraaie locaties waar je nu voor je genoegen naar toe gaat en waar horden toeristen op af komen waren toen het toneel van ondergang en vervolging.
Het boek opent met de meidagen 1940 en de eerste bezettingsjaren. Daarna komen allerlei onderwerpen aan de orde: collaboratie, verzet, luchtbombardementen, de hongerwinter, de bevrijding en de nasleep van de oorlog. De kleurenfoto’s zijn in een apart hoofdstuk opgenomen. Het boek sluit af met een opgave van literatuur, een lijst met de chronologie van de oorlogsjaren, kaarten en een register.
Stad in Oorlog geeft dus een beeld van de oorlog. We zien de uniformen, de stampende laarzen, de grote petten en de geheven rechterarm. In het eerste gedeelte van dit boek is het militaire vertoon nog min of meer deel van de alledaagse, gewone werkelijkheid. Maar naarmate de oorlog vordert, worden de beelden rauwer. We zien vanaf 1942 de Joden in kolonne opmarcheren naar het treinstation om afgevoerd te worden naar het oosten, een onbekende toekomst tegemoet. Deze mensen beseffen wat hen wacht. De dood weerspiegelt zich in hun ogen. We zien de vreselijke ontreddering van stervende mensen in de hongerwinter van 1944/1945.
Veel militairen dus in dit boek. De burgers zijn merendeels keurig gekleed. De mannen in een pak, vrouwen in een jurk, vaak met een hoed op het hoofd, jonge jongens met stropdas en in een jasje. De wereld stond in brand, maar men hield vast aan ingesleten patronen en gewoontes. Toch wankelden de morele codes. Sommige vrouwen hadden een relatie met Duisters. Anderen trokken na de oorlog op met de Canadezen. Autoriteiten maakten zich grote zorgen over de losse zeden. Na de oorlog werkt men aan restauratie. Vooroorlogse politieke partijen keren terug, de kerken proberen hun positie te heroveren, de verzuiling blijft nog een paar decennia intact. Maar in de jaren zestig breken de dijken voorgoed door. De oorlog heeft de gevestigde gezagskaders te zeer aangetast.
Dit boek getuigt van verzet tegen de brute bezetter, maar ook van acceptatie van het Duitse regime, van ongevoeligheid en wegkijken als het gaat om het lot van Joodse medeburgers. Maar niemand kon ontsnappen aan het maken van een keuze. Volgens de schrijvers van dit boek lieten de meeste Amsterdammers de meedogenloze jacht op Joden over zich heen komen en deden ze alsof hun neus bloedde. Voor de meesten was overleven het parool, en dat is op zich heel begrijpelijk. Velen maakten echter misbruik van de omstandigheden door zich huizen, meubilair en sieraden van Joden eigen te maken. Joden die de oorlog overleefden en terugkeerden konden niet op een warme ontvangst rekenen. Dat maakt dat wij als volk niet trots terug kunnen zien op het oorlogsverleden.
Het was een barre tijd. Elk jaar zijn er meerdere herdenkingen van de oorlogsjaren. Steeds komt dan de vraag aan de orde: hoe voorkomen we dat deze barbarij zich ooit in de een of andere vorm herhaalt. Niemand wil een herhaling, tegelijk zie je hoe de conflictstof zich in de samenleving toch weer ophoopt. De zogenaamde sociale media laten zien hoeveel haat en wrok er in de samenleving schuil gaat.
Dit prachtige boek zal heel veel Nederlanders aanspreken. Je hoeft er niet voor in de hoofdstad te wonen. De teksten geven prima informatie bij de foto’s. Wie dit boek heeft doorgenomen kan alleen maar hopen dat een nieuwe oorlog en een nieuwe bezetting zal uitblijven.
De twee auteurs en de uitgever verdienen een compliment voor deze goed verzorgde uitgave.
ISBN: 9789462581913 | Hardcover | 304 pagina's | Uitgeverij WBOOKS | februari 2017
© Henk Hofman, 21 maart 2017
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER