Acht dagen rotzomer
Janna de Lathouder
De vakantie was bijna voorbij, en Elena (ik-figuur) had zich er op verheugd met haar vriendin Jenny aan groep 8 te beginnen. Maar een kind heeft niets te vertellen: als je ouders verhuizen, moet je gewoon mee.
Haar ouders gaan in een andere stad een fietsenwinkel beginnen. Ze moeten een leeg pand nog helemaal inrichten en dat betekent dat ze druk zijn en geen tijd voor haar hebben.
Het wordt nog erger als Jenny haar belofte om contact te houden niet na komt. Ze zeurt alleen maar over de beeldjes die ze samen verzameld hebben. Of Elena ze al op een plank heeft gezet.
Niet dus. En hoezo beweert Jenny dat de beeldjes van haar zijn? Elena heeft ze betaald!
Als ze herinneringen ophaalt aan de belevenissen met Jenny, realiseert ze zich dat Jenny eigenlijk helemaal niet zo aardig was…
En de beeldjes blijven in de doos.
Toch baalt Elena. Zij moet iedere dag naar tante Nannie, die ze nauwelijks kent. Dat geldt natuurlijk andersom ook, Nannie zit ook niet te wachten op een kind. Tot hun beider verrassing klikt het best goed. Zo suf is die tante eigenlijk niet.
‘tante staat op een klein krukje. Is ze daar zelf op geklommen? De tenen van haar pantoffels steken over de rand. Normaal geen probleem, maar voor zo’n oude vrouw lijkt me dat gevaarlijk. Haar lange jurk is iets omhooggetrokken, waardoor ik haar enkels zie. Daar zit verband omheen gewikkeld. Daarboven is nog net een stukje gekreukte huid van haar benen zichtbaar. Ik volg haar kleding naar boven. Ze leunt met haar ellenbogen hoog in een opengeklapt raampje. In haar handen heeft ze een lichtgeel pijpje vast dat ze tegen haar mond houdt. Ze blaast net met kracht iets weg en tuurt over het pijpje in de verte.’
Als Elena tante betrapt met dat blaaspijpje, wil ze natuurlijk weten waarom ze dat doet.
Het heeft te maken met een beeldje: een van tantes beeldjes is in het kippenhok van de vervelende buurman terechtgekomen. Blijkbaar kan dat niet gewoon teruggevraagd worden, er is iets met Nannie en de buurman. Elena wil wel helpen om het terug te krijgen…
Naast deze avonturen is er ook een buurjongen, Ruben, die ineens in het nieuwe huis van Elena en haar ouders binnen staat. Hoe kan dat? Wat moet hij daar?
Het is al snel duidelijk dat Elena zich niet hoeft te vervelen in haar nieuwe buurt. Ze maakt zich dan ook steeds minder druk om Jenny.
Het verhuizen blijkt er voor te zorgen dat Elena zelfstandiger wordt. Ze krijgt meer zelfvertrouwen en durft zelfs haar ouders aan te spreken op hun rare gedrag.
Dat is natuurlijk het hoofdthema: de zelfontplooiing van Elena. En het gaat over vriendschap. Over niet meteen een oordeel vellen over een ander.
Het verhaal is al mooi, maar er zit ook zoveel humor in. Het hele ‘walvisreddingplan’ is al grappig, maar er is ook dit:
‘Ik kwam de buurjongen tegen.’
‘Ah.’
‘Die woont naast ons.’
Tante Nannie trekt één wenkbrauw op. ‘Bijzonder.’
Ik frunnik aan mijn shirt.
‘Ach, ik heb hetzelfde met mijn buurman. Die woont ook naast me, al twee jaar. Ook heel bijzonder.’
En mooie zinnen: ‘Ze heeft haar oudheid teruggevonden.’
Janna de Lathouder studeerde af als regisseur aan de toneelschool Maastricht. Sindsdien maakt en schrijft ze toneelstukken voor zowel jeugd als voor volwassenen. Daarnaast schrijft Janna audiotours en museumverhalen. Later kwam daar het schrijven van prentenboeken en verhalenbundels bij, waarvan wereldwijd meerdere vertalingen verschenen.
ISBN 9789047717690 | Hardcover | 237 pagina's | Uitgeverij Lemniscaat | juni 2025 | Leeftijd vanaf 10 jaar
© Marjo, 22 juli 2025
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER