Natsume Soseki 

De poort
Natsume Sõseki


Sõsuke en Oyone leven heel rustig en onopvallend in een woning aan het eind van een donkere steeg in Tokio. Hun huis is gebouwd onder een enorme rotsblok, er komt geen zonlicht binnen.


Sõsuke is ambtenaar en gaat elke dag naar zijn werk waarvan hij steeds uitgeput terugkeert. Elke zondag neemt hij zich voor te genieten van de vrije dag, maar de moeheid overheerst.
Sõsuke en zijn vrouw hebben tot hun verdriet geen kinderen maar zijn wel tevreden met elkaar en hun rustige leventje. Oyone weet vaak met een paar woorden Sõsuke gerust te stellen. Ze hebben sowieso weinig woorden nodig, ze begrijpen elkaar volkomen. Soms is een enkel gebaar al genoeg. Het bewaren van de vreedzame rust lijkt het belangrijkste in hun leven.


Aanvankelijk lijkt het ook alsof ze zelf gekozen hebben voor het wonen in de doodlopende steeg en het geïsoleerde leven maar langzamerhand ontvouwt zich het verhaal en blijkt er meer mee te spelen. De familie van Sõsuke speelt hierin een grote rol. Zowel Oyone en Sõsuke als zijn broer en een oom en tante hebben iets te verbergen maar wat dat is weten ze van elkaar niet, hoewel er wel allerlei vermoedens bestaan.
Iedereen probeert de zaken waar het om draait te negeren, niemand spreekt zich écht uit en zo blijven de verhoudingen in een fragiele, maar scheve balans.
Maar dan verneemt Sõsuke iets wat hem erg onrustig maakt. Een gebeurtenis uit het verleden lijkt lange tentakels te hebben en hem alsnog vast te grijpen. Het kan mogelijk verstrekkende, vervelende gevolgen hebben. Sõsuke wil er niets van weten en vlucht weg naar een afgelegen oord waar hij hoopt in alle rust alles te kunnen overdenken zodat hij weet wat hij moet doen, wel of niet de confrontatie aangaan. Alles loopt echter toch weer anders…

De schrijfstijl van Natsume Sõseki is zeer ingetogen en rustig. Toch weet hij een lichte spanning op te roepen doorheen het verhaal. Je weet en voelt dat er vroeger iets gebeurd is, maar wat? Er zijn subtiele verwijzingen en Oyone heeft af en toe een vreemde lichamelijke zwakte of koortsaanvallen, je vermoedt dat deze voortkomen uit een niet verwerkte situatie, maar zo miraculeus als deze aanvallen opkomen, verdwijnen ze ook weer. Het huwelijk is hecht en Natsume Sõseki weet in enkele woorden de intieme, liefdevolle band die de twee hebben weer te geven. Het stel lijkt voor de buitenwereld saai en besluiteloos maar ze zijn zelf zeer tevreden met en in elkaars gezelschap. Elk vorm van bezoek voelen ze haast als een inbreuk op hun huiselijke intimiteit. Er speelt zich van alles af in de familie en buitenshuis maar beiden willen hun rust niet verstoren en ondernemen nauwelijks actie.
Ondanks de zogenaamde inertie van het stel verveelt het verhaal echter nooit. Daarvoor geeft Natsume Sõseki net genoeg verwijzingen naar gebeurtenissen waardoor je nieuwsgierig blijft.
De taal is mooi en eenvoudig, bloemrijke taal zou ook totaal niet passen bij het verhaal over dit sober levende stel.
Een boek van subtiele schoonheid.


De schrijver van dit boek, Natsume Sõseki (1867-1916), is een van de eerste moderne schrijvers van Japan en een voorbeeld voor de velen na hem. Hij kreeg een traditionele opvoeding, kende de Chinese klassieken en was een goede haiku-dichter. Hij studeerde Engelse literatuur aan de Universiteit van Tokio, verbleef rond 1900 enige jaren in Londen en doceerde vervolgens zelf ook Engels aan de genoemde Universiteit van Tokio. Na enige jaren gaf hij zijn docentschap op om romanschrijver te worden; in 1907 ging hij werken bij een krant. in deze krant verschenen meerdere van zijn romans als feuilletons. Dit boek is geschreven in 1910 en voor het eerst, rechtstreeks vanuit het Japans, in het Nederlands vertaald.



ISBN 9789081990134 Paperback 161 pagina's met voetnoten De Japanse Bibliotheek Uitgeverij HaEs producties november 2013
Vertaald door Erika de Poorter

© Dettie, 11 januari 2014

Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER