Gj Wielinga 

literatuurSchaduwland

Dit boek is duidelijk een egodocument, maar ik weet niet of dat dan automatisch inhoudt dat het (auto)biografisch is. Het is een heftig verhaal over een homoseksuele man. Aanvankelijk dacht ik 'geef mij portie maar aan Fikkie'. Ik houd niet zo van die himmelhoch jauchzend – zu Tode betrübt -stijl, en ook nog doorspekt met veel seks.
Maar dit is vooral het eerste deel. Ik kreeg het idee dat ik in een dagboek van een puber zat te lezen, iemand die vlinders in de buik heeft maar vreselijk twijfelt, over de ander en over zichzelf. Maar natuurlijk zijn deze gevoelens niet alleen voor pubers...
De stijl wisselt met de inhoud mee, en de vormgeving wisselt van e-mail gericht aan Tijger, tot overpeinzingen soms gewoon voor de persoon zelf, soms ook gericht aan het object van zijn liefde. Het verhaal is simpel: een man wordt verliefd, en waar aanvankelijk een relatie mogelijk leek, is het allemaal niet zo eenvoudig...
Het gebruik van allerlei stijlfoefjes werkte voor mij. Staccatostijl, herhalingen, opzettelijke opstapeling van clichés. Ik bleef lezen en raakte tenslotte geboeid, zelfs al is het verhaal niet mijn smaak. Tenslotte is het een verhaal over liefde! Tijdloos.
Oordeel zelf.


Nog enkele citaten:


"Wat zijn je plannen nu? Ga je het deze week een beetje rustig aan doen? Woensdag word ik dus vijfendertig. Ik heb vrij genomen van werk. Ik weet nog niet wat ik ga doen, maar tussen zes en acht ben ik zeker thuis. Ik zoen en hoor je!
Liefde van de ouwe Wolf."


"Hoe denk je over mij? Ik vroeg het me zomaar af. Kwam ik voor jou ook uit de hemel vallen? Was jij ook volledig verrast? Is onervarenheid de reden waarom je zo glibbert?"


"Anne Frank heeft het druk. Al vroeg. Azië. Midden-Oosten. Amerika. Duitsland. Italië. IJzeren glimmende reling om iedereen te beschermen. Iedereen weet waar de schrijfster woont. Vandaag. Iedereen weet waar ze woonde."


"in het schemergebied waar de zon ontbreekt en de ene nacht in de andere overgaat, zonder dat de levensschenkende bron mijn huid ook maar heeft aangeraakt, loop ik door de verlaten stad. Donderdag of zoiets. De huizen aan de gracht staan rommelig met hun gevels tegen elkaar aan geplakt, als werden ze door onzichtbare draden in pakketjes bij elkaar gehouden waardoor de inhoud weerbarstig botst."


"hij is niet van de achteloze blik"


ISBN 978 90 77490 31 0 Paperback 154 pagina's | Lemmens, Uitgeverij | oktober 2008

© Marjo, november 2008

Lees de reacties op het Leestafelforum en/of reageer, klik HIER!