Paul van Tongeren 

Willen sterven
Over de autonomie en het voltooide leven
Paul van Tongeren


Op zorgvuldige wijze onderzoekt de auteur, emeritus hoogleraar ethiek, wat er achter de wens van ‘voltooid leven’ schuilt: Ik wil uiteindelijk proberen iets meer te begrijpen van wat iemand wil, als hij zegt dat hij dood wil’, pag. 9.
Die zoektocht waarbij hij alle recht wil doen aan mensen die deze wens kennen, verloopt diepgaand want de ethicus wil geen gemakkelijk moreel oordeel vellen. Ook maakt hij aan het begin duidelijk dat hij niet tegen euthanasie is. Zijn intentie is om er achter te komen wat mensen ten diepste beweegt om hun leven te willen beëindigen.


‘Ik wil op de eerste plaats laten zien dat het zin heeft te vragen naar wat het betekent als iemand te kennen geeft dood te willen, en zal pas op het laatst ook iets proberen te zeggen over wat het antwoord op die vraag ons te doen geeft’, pag. 14.


Hij beschrijft de ontwikkelingsgeschiedenis van de menselijke wil die uitmondt in de huidige wens om zelf te bepalen hoe men het leven (en de dood) in te vullen. Hij staat stil bij de actuele beleving van autonomie en vraagt zich of die doodswens wel mogelijk is: ‘ik wil nagaan of dat wel kan: dood willen’, pag. 40. Wij kunnen onszelf namelijk niet als dood voorstellen: weten we daarom wel wát we wensen?
Van Tongeren onderkent het lijden van waaruit deze gedachte zich aan een mens opdringt en staat stil bij de filosoof Nietzsche die zegt dat de menselijke wil complex is (een geheel van gevoelens van gedachten die de mens maar moeilijk kan analyseren). Degene die iets wil, legt dit aan zichzelf op en gehoorzaamt ook aan zichzelf (wens, streven, geweten).
Aan het slot van hoofdstuk 2 concludeert Van Tongeren: ‘Hoe paradoxaal ook, de wil om het leven te beëindigen bestaat’, pag. 48.


In het volgende hoofdstuk komt hij uit bij Augustinus bij wie de wil autonoom wordt en zo komt hij tot de voorlopige overweging: ‘Door te willen presenteer ik mij zelf als wetgever, zelf-wetgever, auto-noom’, pag. 69.
De filosoof Kant fundeert de wil in de rede en zo komt de wil in de loop der eeuwen volgens Hannah Arendt los te staan van iets dat boven de mens uitstijgt: ‘de wil wordt pas als een onafhankelijk, autonoom vermogen ontdekt op het moment dat …. de vraag rijst: liggen de dingen die alleen mijzelf aangaan, ook werkelijk binnen mijn macht?’ pag. 75.


De keuze voor de eigen dood is een onherroepelijk existentieel keerpunt dat een innerlijk conflict oproept. De hele gedachtegang is erg filosofisch, bedoeld als een bijdrage aan de hedendaagse situatie vanuit de oprechte intentie om deze te verdiepen. Toch ontkomt de lezer wellicht niet aan de indruk dat het te academisch is en te ver van de huidige beleving van mensen afstaat.


Later wordt wel Van Wijngaarden geciteerd die diepgaande gesprekken voerde met mensen die hun leven voltooid vinden. Zij probeert in haar boek ‘Voltooid leven’ hun nood te peilen: ‘Achter de montere, bijna rooskleurige term ‘voltooid leven’ gaat vaak een rauwe werkelijkheid van onzekerheid, schaamte en angst schuil’, pag. 97.


Van Tongeren wil recht doen aan deze motieven maar vraagt zich af of mensen de implicaties van hun doodswens overzien. Is het ten diepste niet de vraag om niet alleen te worden gelaten, vraagt hij zich voorzichtig af. Het enige en voornaamste wat we kunnen doen is ‘hulpeloos luisteren’ vanuit een begripvolle en empathische houding. Tegelijk mogen we niet te licht denken over het doorbreken van de allerlaatste grens.


Een waardevol boek dat weliswaar enige inspanning vraagt maar wel doorzoekt naar de diepere motieven achter mensen die hun leven voltooid vinden. Een niet altijd gemakkelijk geluid dat wel iets wezenlijks toevoegt aan de huidige bezinning.


ISBN 9789043529457 | Paperback | 126 pagina's | Uitgeverij Kok | april 2018

© Evert van der Veen, 9 juni 2018

Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER