Het junior monsterboek 7
11 duivelse halloweenverhalen geschreven met bloed en tranen en een flinke portie pompoensoep...
Diverse auteurs
Er zijn een aantal mensen die een lugubere fantasie delen: Dat zijn Nico De Braeckeleer, Rob Baetens, Johan Deseyn, Tamara Geraeds, Marina Defauw, Ronald Verheyen, Bart Mertens, Karel Smolders, Tom Bergs & Kris van der Sande, Marie Uiterwijk en Hanne Goorickx! De laatste twee zijn nog maar tieners, en hebben toch al een plekje veroverd in het meest griezelige boek voor kinderen vanaf 10 jaar dat zijn zevende editie beleeft.
Het is alsof de verhalen steeds enger worden, het lijkt geen goed idee om ze te lezen als je in je eentje in het donker in je bed ligt. Ook niet als je pompoensoep gaat eten, zegt de flap, want deze 11 verhalen zijn speciaal rond het thema Halloween geschreven, en je weet: dat heeft te maken met pompoenen!
Wat als Halloween jouw ergste nachtmerrie wordt? Want ja, zo onschuldig is dat feest helemaal niet.
In het verhaal dat geschreven is door de illustrator Bart Mertens heet ‘Krimkop’, en gaat over drie kinderen die zich voorbereiden voor Halloween. Keppe, Kaat en Kobe. De laatste is de verteller van het verhaal. Ze overleggen druk over hun kostuum, en letten niet zo goed op in de les. Ze hebben een nieuwe juf, die hen meeneemt naar het museum om over de Kelten.
‘31 oktober was de laatste dag van het jaar voor de Kelten. De oogst was binnen en de winter stond voor de deur. Dan vierden ze ‘Saun’. Ze schrijft ‘Samhain’ op het bord. ‘Zo spreek je dat uit: ‘Saun’. De dag dat de geesten van de overledenen het meest actief waren.’ Dan gingen ze op zoek naar een levende, die kon dienen als gastlichaam. Voel je het al?
En of, Keppe doet meteen een zombie na.’
Eigenlijk hebben de drie er niet veel zin in, en als ze in het museum zijn doen ze van alles wat niet mag. Als ze op een deur zien staan: 'tijdelijk gesloten wegens reorganisatie’, gaan ze daar natuurlijk naar binnen. Daar zijn echter geen voorwerpen van de Kelten, maar van Amazonekrijgers. Wel hele enge dingen!
De volgende dag staat de politie voor de deur, die vertelt dat ze alle leerlingen bezoeken. Er is namelijk een kostbaar voorwerp verdwenen: een ‘gekrompen hoofd’ van de Shuarstam uit de Amazone. Dat hebben de drie wel gezien, maar echt niet meegenomen!
En dan doet Kobe zijn rugzak open, en vindt…jawel. Je raadt het!
Het is het begin van een heel akelig en supereng avontuur. Te eng om na te vertellen!
Dat zijn alle verhalen, supereng, en soms ook bloederig. Het verhaal van Marina Defauw heeft gelukkig ook een positieve kant, maar blijft wel griezelig. Het gaat over een zombie die in een oud landhuis woont en die in opdracht van zijn ‘baas’ jonge jongens ‘vangt’.
De verhalen hebben allemaal te maken met Halloween, er komen dus nogal wat monsters voorbij, vooral zombies. Ook de geijkte vampier en akelige clown zijn van de partij. De verhalen van de twee jongere schrijvers doen qua griezelfactor niet onder voor die van de volwassenen, waarbij het verhaal van Marie van Uiterwijk, die voor de vierde keer in een JMB staat nog wat humor brengt, maar dat van de twaalfjarige prijswinnaar Hanne Goorickx bepaald niet. Haar verhaal is gebaseerd op de Bokkenrijders, een roversbende die actief was in de achttiende eeuw.
Lezers zijn gewaarschuwd: speel niet met een ouijabord, en speel geen griezelspelletjes op je mobieltje, zeker niet als het eind oktober is…
ISBN 9789462420892 | Hardcover | 273 pagina's | Uitgeverij Kramat | oktober 2018 | Leeftijd vanaf 10 jaar
Illustraties en vormgeving door Bart Mertens
© Marjo, 10 januari 2019
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER