Non-fictie

Annemieke Houben

Vieze liedjes
uit de 17e en 18e eeuw
Annemieke Houben


In het voorwoord van het boek schrijft Annemieke Houben dat in feite vrij onbekend is waar de 'vieze liedjes' gezongen werden.  Wel bekend is dat ze op kermissen, kroegen en op bruiloftsfeesten ten gehore werden gebracht, maar waar en door wie ze verder voorgedragen werden, is weinig bekend. De meeste liedjes werden door (jonge) mannen geschreven maar veelal is de naam van schrijver onbekend. Een enkele keer werd er in een liedje verwezen naar een specifiek historische persoon of gebeurtenis. De liedjes zijn 'herspeld maar niet hertaald' met andere woorden ze zijn in het oud Nederlands weergegeven met soms de moderne spelling of uitleg erbij.


Als je de liedjes zelf bekijkt dan blijken ze vaak een vast patroon te hebben met veelal een refrein.
Opvallend is dat de geslachtsdelen nooit bij de naam genoemd worden, daar zijn enorm veel vermakelijke metaforen voor bedacht, ook voor het vrijen zelf overigens, waardoor het min of meer 'onschuldige' liedjes lijken.
Als metafoor wordt bijvoorbeeld het aloude kat en muisspel bezongen waarbij de muisjes gevangen worden in de muizenval. Maar ook de naald die prikt, de fluit de bespeeld wordt, de lokfluit waarmee de jager lokt, de vissen die in diep water mogen zwemmen, het 'schrijven met veer' en inkt, zelfs Sinterklaas wordt erbij gehaald. - In het betreffende lied wordt geadviseerd om een mooi Sinterklaascadeau te kopen, dan mocht de man misschien 's avonds wel iets in 'haar kous stoppen'. -  Ook de winterse ijspret leidt tot 'rijden in de scheuren van het ijs'.

Beroepen deden het ook goed in de liedjes. Vermakelijk is het lied over de metselaar die in een huis diverse gaten mag komen dichten. Waarna de bazin vraagt of hij nog 'witkalk' over heeft.
Maar ook de herder deed goede zaken in zijn (speel)wei en de apotheker maakte gebruik van zijn 'klisteerspuit'. Over dit laatste staat nog een grappige annekdote in het boek. Een meisje was zwanger geraakt door een dergelijke behandeling van de apotheker wat de apotheker zeer bevreemde... zijn vrouw onderging dezelfde klisteerbehandeling maar werd er niet zwanger van!

Maagden waren ook toentertijd geliefd en daarover zijn natuurlijk ook liedjes geschreven.
"De voering is van rood satijn,
de eerste maal dan lijden zij pijn
in 't binnenste der poortje."
maar na drie keer zal ook zij plezier in het spel krijgen aldus het liedje.

Er is een erg leuk liedje geplaatst dat verhaalt over twee vrouwen waarin de ene getrouwde vrouw de vragen van de aanstaande bruid beantwoordt en vertelt wat haar te wachten staat. Het bruidje moet één ding vooral goed onthouden. Het went!
En wat moest er gebeuren er als een vrouw haar maandstonde had? Dan raadde een arts abstinentie (onthouding) aan 'Staet oock te letten ten aensien van de vrouw, dat het dienstig is puys (poes) te laten slapen, wanneer de maen achter de Kerck is.'
Ook een rooie bloem wordt als metafoor voor ongesteld zijn gebruikt.

Ik heb ook erg gelachen om de 'haardracht'. Ook toentertijd werd er lustig onthaard, maar andere vrouwen droegen het naturel, draaiden krullen of maakten vlechtjes, naar gelang de mode voorschreef. Het hoofdhaar - en schaamhaar - werd veelvuldig bepoederd en natuurlijk zijn er ook liedjes gemaakt waarin de man zijn liefje 'bepoederd met zijn poederkwast'.

Vrij ironische liedjes zijn er gemaakt rond de oude vrouw of man die graag een groen blaadje lust. In een liedje beklaagt een jong meisje zich over haar oude man. Als ze in bed liggen dan 'is zijn Jan Dirksen al zo slap'.
Maar ook is er een liedje over een jonge man die een oude vrouw, met veel geld, afwijst.


Het is een erg leuk boek, vooral de vindingrijkheid om de dingen niet bij hun naam te noemen is geweldig. De liedjes zijn qua taal niet moeilijk om te lezen, de gebruikte toelichtingen zijn in heldere taal geschreven. Er is duidelijk veel tijd en onderzoek in dit boek gestoken wat het juist zo bijzonder maakt.
In het boek staan allerlei afbeeldingen die veelal bij de liedjes afgedrukt werden. Dat waren veelal houtsnedes maar er staan ook enkele fraaie olieverfschilderijen weergegeven.

Kortom, een origineel en erg vermakelijk boek dat menigeen een schaterlach zal doen ontlokken.


Annemieke Houben
(1981) studeerde historische letterkunde en kunstgeschiedenis aan de Universiteit van Amsterdam. Als
specialist in oude liedteksten werkte ze enkele jaren voor het Meertens Instituut.


ISBN 9789460041693 Paperback 245 pagina's Uitgeverij Vantilt augustus 2014

© Dettie, 16 september 2014

Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER