Paulette Jiles

Vaste grond
Paulette Jiles


1870. Het verhaal begint als een Wild-West film. Je ziet bijna de beelden voor je. De stoffige straatjes, de kleding, de paarden. Je 'hoort' het geratel van de wielen van de huifkarren en postrijtuigen, je voelt de blakerende zon én de dreiging die er soms in de kleine plaatsjes heerst door een overheersend groepje mannen die bepalen wat er wel en niet gebeurt in het gehucht of dorpje.


Een van de twee hoofdpersonages van dit boek is Kapitein Jefferson Kidd (71), weduwnaar, vader en grootvader, oorlogsveteraan uit de Amerikaanse Burgeroorlog en liefhebber van het gedrukte woord. Hij reist door Texas en verdient de kost met het voorlezen van krantenartikelen aan de bewoners van de dorpen en steden die hij aandoet. Hij selecteert nauwgezet de verhalen uit diverse kranten zodat er voor elk wat wils te beluisteren valt. Mensen vinden het altijd prettig als hij komt, het is een soort uitje.
Dit vrije leven bevalt de kapitein goed, hoewel de glans er sinds het overlijden van zijn vrouw wel een beetje af is.


"Een doffe traagheid was in zijn wezen doorgedrongen, als kolengas, en hij wist niet wat hij daaraan kon doen, behalve stilte en afzondering opzoeken. Hij keek tegenwoordig vooral uit naar het moment waarop zijn leessessie erop zat."


Maar dan vraagt Britt Johnson, een vrijgemaakte zwarte slaaf met een eigen vervoerbedrijf hem iets, wat achteraf gezien zijn leven zal veranderen.


"Kapitein Kidd, wilt u even meekomen? [...] Ik heb een probleempje. Het zit in mijn wagen."


Dat 'probleempje' is een verwilderd meisje van een jaar of tien.Ze is gekleed in een jurk van hertenleer zoals de prairie-indianen dragen. Met haar goudbruine haar en helblauwe ogen valt ze op. Maar wat vooral de aandacht trekt is het totale gebrek aan uitdrukking in haar gezicht. 'Haar gelaat had evenveel uitdrukking als een ei'.
De vraag is of kapitein Kidd haar naar haar blanke familie wil brengen in San Antonio, aan de andere kant van Texas. Als zesjarig meisje is ze namelijk ontvoerd door de Kiowa's, een indianenstam. Ze spreekt geen woord Engels alleen de taal van haar stam.


Na enige aarzeling - het zal een lange, gevaarlijke reis van enkele weken worden -  gaat de kapitein op het verzoek in. Het kind krijgt een grondige wasbeurt, een jurk en andere kledingstukken en een paar schoenen, en daar gaan ze... De kapitein noemt haar Johanna. Hij heeft medelijden met haar want hij weet dat ze zich vanaf nu altijd verscheurd zal voelen, ze zal altijd in haar hart een indiaanse blijven ondanks haar blanke afkomst.


Aanvankelijk zit Johanna angstwekkend stil, ze zegt geen woord en haar ogen staan vreemd, in zichzelf gekeerd. Kaptein Kidd is er op bedacht dat ze er vandoor zal gaan, wat ze ook probeert. Maar langzamerhand beginnen ze aan elkaar te wennen en ontdooit de kleine indiaanse een beetje. Zij begint de kapitein te vertrouwen en hij sluit het kind in zijn hart. Hij voelt zich verantwoordelijk voor haar, ze heeft nu alleen hem nog. Hij heeft ook grote bewondering voor haar aanpassingsvermogen en snelle geest en handelen, wat hen overigens beide redt uit een zeer benarde en levensgevaarlijke situatie. In feite dankt kapitein Kidd aan haar zijn leven. Ze vinden samen een vorm van communicatie die goed werkt. Ze hebben maar weinig woorden nodig om elkaar te begrijpen.


De reis is aangenaam ondanks de akelige ontmoetingen en eindeloze bijna onbegaanbare wegen. De kapitein voelt zijn lethargie verdwijnen, hij heeft weer een doel en verantwoording voor iemand. In feite ziet hij op tegen de dag dat hij haar bij haar familie moet achterlaten, dit vrije kind moet niet in een niet verplaatsbaar huis en een afgebakende leefomgeving wonen, maar hij heeft het helaas niet voor het zeggen, hij zal zijn opdracht moeten uitvoeren. Dat het echter toch nog heel anders zal lopen is voor beiden een grote verrassing.


Als je het boek uit hebt, duurt het even voor je weer teruggekeerd bent in je eigen omgeving. Paulette Jiles weet je bijna letterlijk mee te voeren naar het uitgestrekte land waar kapitein Kidd en Johanna doorheen trekken.
Aanvankelijk leest het verhaal niet soepel, de aanloop is bijna een registratie van gebeurtenissen, er is bijvoorbeeld een vrij uitgebreide uitleg over wapens, maar naderhand begrijp je dat het nodig was voor het verhaal. Ze hebben die verschillende wapens regelmatig nodig juist die diversiteit aan wapens maakt het spannend.
Hoe langer de reis echter duurt, hoe meer je meegezogen wordt in het verhaal dat zich ook langzamerhand steeds meer  toespitst op de onderlinge relatie tussen de twee mensen.

De doorgewinterde oude kapitein, gepokt en gemazeld door zijn oorlogsjaren en zijn mensenkennis dankzij de vele reizen die hij maakte, vormt een prachtige tegenhanger voor het jonge, leergierige, vrijgevochten, soms speelse meisje, dat in hem Konde (opa) ziet en hem Kapiden noemt. Het is knap hoe de schrijfster de voorzichtige band die tussen de twee ontstaat onder woorden weet te brengen. Jammer dat het over is, ik had graag nog wat langer bij ze willen blijven.


ISBN 9789023955535 | Paperback | 224 pagina's (met kaartje van Texas) | Uitgeverij Mozaiek | februari 2019
Mooi vertaald door Jetty Huisman

© Dettie, 5 maart 2019

Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER