Non-fictie

Aan het sterfbed
Korine van Veldhuijsen

 

Dit boek is een bundeling verhalen van mensen die van nabij een stervensproces hebben meegemaakt. Het boek wordt ingeleid door Ineke Koedam, coördinatrice van een hospice die de bedoeling uitlegt: ‘Dit belangwekkende boek gaat over sterven en biedt een indrukwekkend en veel openhartig inkijkje in de intimiteit van het wederkerige proces van de stervende en zijn of haar naasten’, pag. 9.
Zij stelt dat sterven iets toevoegt aan onze levenservaring en de verhalen van mensen bewijzen dat zij daarin gelijk heeft: ‘Ik leerde dat als wij het proces van sterven kunnen respecteren zoals zich dat voltrekt er wezenlijk betekenis is te vinden in deze overgang’, pag. 9 -10.


Mooi is het verhaal over Romke die zo graag buiten is en voor wie een oplossing wordt gevonden door bij het hospice een partytent neer te zetten. Hier zal hij uiteindelijk overlijden en dit past bij hem.
Prachtig is het slot van het verhaal over een dochter die voor haar vader religieuze liederen zingt zodat haar vader rust vindt: ‘Voordat ik zijn kamer verliet, heb ik de handen van mijn vader nogmaals zachtjes beetgepakt. Deze waren inmiddels koud. Het was goed zo’, pag. 42.
Ontroerend is het verhaal over het kind met een zeldzame ziekte met een indrukwekkend besluit: ‘Want ondanks zijn eigen ziekte en alle tegenslagen genoot Storm intens van het leven. Ik kan hem eren door wat van mijn leven te maken. Dit is voor Irma en mij de belangrijkste reden om door te gaan’, pag. 47.
Beppie is Joods en voor haar wordt het Sjeimes (de joodse geloofsbelijdenis) uitgesproken wanneer zij stervende is en na haar overlijden vindt de rituele wassing plaats.


Zo zijn er meer verhalen o.a. over mensen met een andere cultuur, zoals de Surinaamse gewoonte om na zes weken een herdenkingsbijeenkomst te houden. Ook zijn er verhalen van hindoes en moslims. Mooi is de belangeloosheid van het islamitische uitvaartbedrijf dat zich garant stelt voor de kosten die de nabestaanden niet kunnen opbrengen. Via een twitter-actie is het bedrag snel bij elkaar. 


Dikwijls is er sprake van een ‘mooi’ afscheid en meestal loopt het anders dan voorzien. Het proces is eigenlijk altijd onvoorspelbaar en duurt vaak langer dan de stervende en zijn naasten lief is. Het kost dan ook veel geestelijke energie om deze laatste levensfase samen door te komen.


Bijzonder is de betekenis van geloof in de laatste levensfase. Meerdere keren spreken stervenden hierover en houden hun nabestaanden hier rekening mee door uit de bijbel of koran te lezen en te bidden. Opvallend is de afwezigheid van geestelijken; zij worden althans niet benoemd in de verhalen.


Aangrijpend is het verhaal over een vrouw met sterke doodsangst. Zij werd prematuur geboren, haar moeder stierf toen zij acht jaar was en haar vader kreeg een ernstig hartinfarct toen zij tien jaar was. Zij wil niet meer leven. Euthanasie, afzien van eten en drinken komen een aantal keren voor. 


Hilarisch is het verhaal over de vissenkom die plotseling van de kast valt. Met zaklampen wordt er op de vloerbedekking naar de guppy’s gezocht die niet opvallen omdat ze de dezelfde kleur hebben. Een jaar later leven ze allemaal nog. 


De bundel besluit met het gedicht van Okke Jager ‘Hoe kostbaar is een kwetsbaar mens'.
Een waardevol boek vol herkenbare verhalen van menselijke liefde.


ISBN 9789020214925 | Paperback | 192 pag. | Ankh Hermes | oktober 2018

© Evert van der Veen, 11 oktober 2018

Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER