Dit is een bundel van kortere en langere stukken die deels al eerder waren uitgegeven. De stukken gaan over Voskuils vader, een paar vrienden met speciale kenmerken, fietstochten en andere reizen.
De portretten van mensen (bijvoorbeeld in Een socialistische jeugd, Geert [Geert van Oorschot], Kees) doen sterk denken aan die in Het Bureau: tot in de kleinste details vertelt Voskuil hoe iemand binnenkomt, hoe hij zijn jas ophangt, of hij wel of niet een slokje neemt van het tweede glaasje jenever. Om er maar eentje uit te pikken: Kees is een erg precieze jongen, een beetje gek, net zoals zijn zuster Henriëtte. Hij werkt in het onderwijs, maar dat gaat niet zo goed. Als hij op bezoek is, vertelt hij tot vervelens toe over zijn familieleden. Over Henriëtte bijvoorbeeld: Later op de avond had hij het over Henriette. Voordat ze in Parijs was, had hij nooit over haar gedroomd. Nooit! Want toen begreep hij haar nog helemaal niet. Nu ook nog niet trouwens. Als hij kritiek had, was het net alsof hij in een spiegel keek en of de kritiek bij hem terugkwam. En zo emmert Kees maar door, bladzijden lang en het verveelt geen moment.
Voor de Bureau-fans is dit smullen: juist door die op het eerste oog onbenullige details krijg je een goed beeld van de beschreven persoon. Dat geldt ook voor de woning en alles er omheen aan De Lijnbaansgracht: je ziet het huis voor je en ook de vreselijke buren.
Ik kreeg wel steeds meer het idee dat Voskuil een vervelende man is (en in dit geval is de hoofdpersoon van het boek de schrijver, dus ik mag dit zo stellen): hij laat wel iedereen binnen, Kees komt wel vier keer per week op bezoek en blijft dan ook de hele avond, maar hij ergert zich wel aan hem. Waarom gaat hij dan met hem om, denk ik dan. Hij zet iedereen die in zijn leven voorkomt, genadeloos neer. Ik denk niet dat de mensen die zichzelf herkennen in het boek dit leuk vinden. Ik hoop dan ook niet dat iemand die ik ken ooit zo'n boek gaat schrijven, en dat ik daarin moet lezen wat hij of zij echt van mij dacht.
Maar Voskuil mag natuurlijk nog wel wat van die portretten schrijven.
J.J. Voskuil - Onder andere
Re: J.J. Voskuil - Onder andere
Hallo Petra,
Ik ben toendertijd ook aan de 7delige cyclus Het bureau begonnen en uiteindelijk maar twee delen gelezen. De portretten van de werknemers op het bureau, hun besognes binnen en buiten het bureau waren uiterst boeiend. Maar waar ik op een gegeven moment niet meer tegen kon, was de stijl. Zo simpel, simpel kan ook boeiend zijn (A. Alberts), maar deze zinnen waren niet alleen kaalgeslagen proza, enig raffinement ontbrak. Hoe ik ook uitkeek naar het vervolg van het bureau, ik bracht het gewoon niet meer op!
Qua stijl is dit zo doodgewoon geschreven, dat je afvraagt of dit wel literatuur is. Het literaire zit in de complexiteit van de personages.
Roel
Ik ben toendertijd ook aan de 7delige cyclus Het bureau begonnen en uiteindelijk maar twee delen gelezen. De portretten van de werknemers op het bureau, hun besognes binnen en buiten het bureau waren uiterst boeiend. Maar waar ik op een gegeven moment niet meer tegen kon, was de stijl. Zo simpel, simpel kan ook boeiend zijn (A. Alberts), maar deze zinnen waren niet alleen kaalgeslagen proza, enig raffinement ontbrak. Hoe ik ook uitkeek naar het vervolg van het bureau, ik bracht het gewoon niet meer op!
Qua stijl is dit zo doodgewoon geschreven, dat je afvraagt of dit wel literatuur is. Het literaire zit in de complexiteit van de personages.
Roel
Nee, ben ik het zeker niet mee eens, als het gaat om de zinnen. Daar ontbreekt echt ieder raffinement. Het meeslepende zit 'm juist in de opbouw, niet in de details.
Dus Dettie en Berdine, jullie irriteerden je niet aan de zinnen!?
Als die zinnen niet zo vreselijk triviaal waren, had ik zeker doorgelezen.
Maar als het om stijl gaat, vind ik dit echt heel slecht!
Het is zo ongelooflijk saai geschreven, dat je denkt, geef de peper en zout eens door.
Nogmaals, bij A. Alberts, die vorig jaar overleed, waren de zinnen net zo simpel, misschien nog eenvoudiger, maar door de structuur van het verhaal bleef het boeiend. En gek genoeg irriteerden die zinnen me helemaal niet.
Bij Voskuil kreeg ik juist het idee, deze man is duidelijk geen schrijver. Verzinnen kan hij niet, het is allemaal waar gebeurd (wel gekleurd door de visie van hem natuurlijk) en zo vanuit het geheugen opgeschreven.
Maar als je het verfilmt werkt het allemaal weer wel. Ik heb toen Bij nader inzien bij de VPRO gezien: heel mooi! Alleen die dikke pil waarvan een film is gemaakt, zal ik zeker niet gaan lezen.
Dat had ook met Berlin Alexander Platz van Alfred Döblin. Met kuimen en zuchten uitgelezen. Toen zag ik de film van 15 uur van Fässbinder en dat was een absolute openbaring!
Terug naar Voskuil.
Tja, toen twee, dure delen aangeschaft; de kans is zeer klein dat ik ze ooit nog herlees. Het verhaal van het bureau zoemt wel nog steeds door mijn hoofd. Dat zal ook niet meer ophouden.
Trouwens Dettie en Berdine, hoeveel delen hebben jullie eigenlijk gelezen?
Dus Dettie en Berdine, jullie irriteerden je niet aan de zinnen!?
Als die zinnen niet zo vreselijk triviaal waren, had ik zeker doorgelezen.
Maar als het om stijl gaat, vind ik dit echt heel slecht!
Het is zo ongelooflijk saai geschreven, dat je denkt, geef de peper en zout eens door.
Nogmaals, bij A. Alberts, die vorig jaar overleed, waren de zinnen net zo simpel, misschien nog eenvoudiger, maar door de structuur van het verhaal bleef het boeiend. En gek genoeg irriteerden die zinnen me helemaal niet.
Bij Voskuil kreeg ik juist het idee, deze man is duidelijk geen schrijver. Verzinnen kan hij niet, het is allemaal waar gebeurd (wel gekleurd door de visie van hem natuurlijk) en zo vanuit het geheugen opgeschreven.
Maar als je het verfilmt werkt het allemaal weer wel. Ik heb toen Bij nader inzien bij de VPRO gezien: heel mooi! Alleen die dikke pil waarvan een film is gemaakt, zal ik zeker niet gaan lezen.
Dat had ook met Berlin Alexander Platz van Alfred Döblin. Met kuimen en zuchten uitgelezen. Toen zag ik de film van 15 uur van Fässbinder en dat was een absolute openbaring!
Terug naar Voskuil.
Tja, toen twee, dure delen aangeschaft; de kans is zeer klein dat ik ze ooit nog herlees. Het verhaal van het bureau zoemt wel nog steeds door mijn hoofd. Dat zal ook niet meer ophouden.
Trouwens Dettie en Berdine, hoeveel delen hebben jullie eigenlijk gelezen?
Ja ik heb ze ook zo snel mogelijk gelezen, zo gauw er een nieuw deel was holde ik naar de bieb.
Ik vond juist de stijl zo mooi. Puur zoals het was en dat maakte ook humoristisch, de mens met al zijn gebreken en onvolkomenheden inclusief Maarten Koning zelf. Het geneuzel op zo'n kantoor, de voorkeuren voor collega's, het gedoe. Ja juist in zijn stijl goed.
Op een andere manier had hij het niet kunnen weergeven.
Dettie
Ik vond juist de stijl zo mooi. Puur zoals het was en dat maakte ook humoristisch, de mens met al zijn gebreken en onvolkomenheden inclusief Maarten Koning zelf. Het geneuzel op zo'n kantoor, de voorkeuren voor collega's, het gedoe. Ja juist in zijn stijl goed.
Op een andere manier had hij het niet kunnen weergeven.
Dettie
Ik heb de hele serie twee keer gelezen en deel 1 drie of vier keer. Als er een nieuw deel uit kwam, kocht ik het meteen en deed ik nauwelijks iets anders voordat ik het uit had (meestal de volgende dag wel).
Ik ben het dan ook niet met je eens, Roel, dat de zinnen van Voskuil, in onder andere het bureau, triviaal zijn. Ze zijn functioneel, er staat wat er moet staan, niets meer. Maar ook niet minder. Ik heb juist het idee dat Voskuil zijn woorden heel zorgvuldig kiest. Daardoor komt het onbenullige van al die dingen die gebeuren in het Bureau juist zo goed voor het voetlicht.
A. Alberts schrijft zeker ook mooi, maar hij doet iets heel anders: hij roept een bepaalde, meestal beklemmende sfeer op.
Het is bij Voskuil en vooral bij Het Bureau wel zo: of je moet er niets van hebben, of je smult van elke bladzijde.
Ik ben het dan ook niet met je eens, Roel, dat de zinnen van Voskuil, in onder andere het bureau, triviaal zijn. Ze zijn functioneel, er staat wat er moet staan, niets meer. Maar ook niet minder. Ik heb juist het idee dat Voskuil zijn woorden heel zorgvuldig kiest. Daardoor komt het onbenullige van al die dingen die gebeuren in het Bureau juist zo goed voor het voetlicht.
A. Alberts schrijft zeker ook mooi, maar hij doet iets heel anders: hij roept een bepaalde, meestal beklemmende sfeer op.
Het is bij Voskuil en vooral bij Het Bureau wel zo: of je moet er niets van hebben, of je smult van elke bladzijde.
Ook dit gaat voorbij.
Ze zijn functioneel, er staat wat er moet staan, niets meer. Maar ook niet minder. Ik heb juist het idee dat Voskuil zijn woorden heel zorgvuldig kiest. Daardoor komt het onbenullige van al die dingen die gebeuren in het Bureau juist zo goed voor het voetlicht.
ja dit bedoelde ik, alleen jij kan het mooier zeggen.
Dettie
Hallo Berdine,
Achter elkaar door! Amai. In begin had ik dat ook en schoot ik ook goed op, maar steeds vaker sprongen de saaie, gortdroge zinnen de aandacht en werd en moelijker en moeilijker om door te lezen. Terwijl dus aan de andere kant het verhaal me juist heel erg boeide. Dus ontstond er een constante tweestrijd, doorlezen of opgeven.
Ik kon me juist heel goed identificeren met Maarten Koning. Een sukkel vind ik hem zeker niet, eerder iemand die in de verdrukking zit.
Ik heb dat zelf precies zo meegemaakt. Vroeger toen ik ontzettend verlegen was stond ik op receptie en zo ook helemaal alleen en voelde me precies zo'n eiland als Voskuil dat Maarten in de roman laat voelen. Die eenzaamheid, die angst...
Niet iedereen is staat even stevig in zijn schoenen. Nou weet ik niet hoe dat psychologisch bij Maarten Koning zat of hij van nature al zo was. Dat ben ik vergeten.
Achter elkaar door! Amai. In begin had ik dat ook en schoot ik ook goed op, maar steeds vaker sprongen de saaie, gortdroge zinnen de aandacht en werd en moelijker en moeilijker om door te lezen. Terwijl dus aan de andere kant het verhaal me juist heel erg boeide. Dus ontstond er een constante tweestrijd, doorlezen of opgeven.
Ik kon me juist heel goed identificeren met Maarten Koning. Een sukkel vind ik hem zeker niet, eerder iemand die in de verdrukking zit.
Ik heb dat zelf precies zo meegemaakt. Vroeger toen ik ontzettend verlegen was stond ik op receptie en zo ook helemaal alleen en voelde me precies zo'n eiland als Voskuil dat Maarten in de roman laat voelen. Die eenzaamheid, die angst...
Niet iedereen is staat even stevig in zijn schoenen. Nou weet ik niet hoe dat psychologisch bij Maarten Koning zat of hij van nature al zo was. Dat ben ik vergeten.
berdine schreef:Allemaal, achter elkaar en in no time. :D :D :D
De zinnen irriteerden mij helemaal niet. Alleen de logica van Nicolien irriteerde, maar die was ook weer komisch en maakte duidelijk wat een sukkel die Maarten eigenlijk was, dat hij zo over zich liet lopen.
Ik dus niet, ik heb twee delen gekocht.
Humoristisch? Als er ergens humor ontbrak is het wel in het bureau. Tenzij je uit medelijden en sarkasme om die droogkloten van het bureau lacht! Inderdaad Voskuil heeft het zo puur mogelijk opgeschreven, omdat hij gewoon niet anders kan. De man is onverbeterlijke realist.
Humoristisch? Als er ergens humor ontbrak is het wel in het bureau. Tenzij je uit medelijden en sarkasme om die droogkloten van het bureau lacht! Inderdaad Voskuil heeft het zo puur mogelijk opgeschreven, omdat hij gewoon niet anders kan. De man is onverbeterlijke realist.
Dettie schreef:Ja ik heb ze ook zo snel mogelijk gelezen, zo gauw er een nieuw deel was holde ik naar de bieb.
Ik vond juist de stijl zo mooi. Puur zoals het was en dat maakte ook humoristisch, de mens met al zijn gebreken en onvolkomenheden inclusief Maarten Koning zelf. Het geneuzel op zo'n kantoor, de voorkeuren voor collega's, het gedoe. Ja juist in zijn stijl goed.
Op een andere manier had hij het niet kunnen weergeven.
Dettie
Amai! Amai! Amai! Dan hoef ik denk ik niet te vragen of jij Frieda Vogels pillen ook verslonden hebt!
Funktioneel is heel juist uitgedrukt, maar dat betekent dat nog niet mooi of indrukwekkend en dat is hier juist de mare. Voskuil hoort bij het type schrijver waar ik weinig mee kan aanvangen, de realisten pur sang.
Juist omdat de werkzaamheden op het bureau dodelijk saai zijn, zou je er ietwat levendigere stijl tegenover moeten stellen. En dan bedoel ik niet bloemrijk, maar wel met raffinement en dat ontbreek hier juist.
Van Alberts heb ik meen ik de bomen gelezen. Het verhaal ben ik volledig kwijt; ik heb alleen een vaag sfeergevoel overgehouden. Maar ondanks die ongelooflijke eenvoud in zijn zinnen, zit bij Alberts er wel raffinement in de stijl. Daarom vind ik Alberts wel een schrijver en Voskuil niet.
En Beckett schreef totaal kaalgeslagen proza, maar juist door de eindeloze herhaling die zich in zijn verhalen als concentrische cirkels uitbreidt, wordt het groots!
Petra, dan kon je zeker ook genieten van het debuut van Jeanette Winterson. Daar knapte ik ook helemaal op af, alleen haar essay bundel over kunst heb ik verslonden. Die bundel was dan ook geschreven in rijkere, prachtige taal.
Soms weten "de" realisten wel boven het triviale uit te stijgen, ik denk hierbij bv aan Beryl Bainbridge.
Funktioneel is heel juist uitgedrukt, maar dat betekent dat nog niet mooi of indrukwekkend en dat is hier juist de mare. Voskuil hoort bij het type schrijver waar ik weinig mee kan aanvangen, de realisten pur sang.
Juist omdat de werkzaamheden op het bureau dodelijk saai zijn, zou je er ietwat levendigere stijl tegenover moeten stellen. En dan bedoel ik niet bloemrijk, maar wel met raffinement en dat ontbreek hier juist.
Van Alberts heb ik meen ik de bomen gelezen. Het verhaal ben ik volledig kwijt; ik heb alleen een vaag sfeergevoel overgehouden. Maar ondanks die ongelooflijke eenvoud in zijn zinnen, zit bij Alberts er wel raffinement in de stijl. Daarom vind ik Alberts wel een schrijver en Voskuil niet.
En Beckett schreef totaal kaalgeslagen proza, maar juist door de eindeloze herhaling die zich in zijn verhalen als concentrische cirkels uitbreidt, wordt het groots!
Petra, dan kon je zeker ook genieten van het debuut van Jeanette Winterson. Daar knapte ik ook helemaal op af, alleen haar essay bundel over kunst heb ik verslonden. Die bundel was dan ook geschreven in rijkere, prachtige taal.
Soms weten "de" realisten wel boven het triviale uit te stijgen, ik denk hierbij bv aan Beryl Bainbridge.
PetraO. schreef:Ik heb de hele serie twee keer gelezen en deel 1 drie of vier keer. Als er een nieuw deel uit kwam, kocht ik het meteen en deed ik nauwelijks iets anders voordat ik het uit had (meestal de volgende dag wel).
Ik ben het dan ook niet met je eens, Roel, dat de zinnen van Voskuil, in onder andere het bureau, triviaal zijn. Ze zijn functioneel, er staat wat er moet staan, niets meer. Maar ook niet minder. Ik heb juist het idee dat Voskuil zijn woorden heel zorgvuldig kiest. Daardoor komt het onbenullige van al die dingen die gebeuren in het Bureau juist zo goed voor het voetlicht.
A. Alberts schrijft zeker ook mooi, maar hij doet iets heel anders: hij roept een bepaalde, meestal beklemmende sfeer op.
Het is bij Voskuil en vooral bij Het Bureau wel zo: of je moet er niets van hebben, of je smult van elke bladzijde.
Terug naar “Door leden gelezen boeken en samenleesboeken”
Wie is er online
Gebruikers op dit forum: Google [Bot] en 15 gasten