jeugd 10-12 jaar

Steve Tasane

https://stevetasane.wordpress.com/steve-tasane

 

Kind i
Steve Tasane


Vandaag is de modder droog, met korsten, en hij waait in mijn ogen. Vandaag ben ik ook jarig. Ik denk dat ik vandaag jarig ben.
Ik vroeg aan een van de volwassenen welke datum het vandaag was.
'Is het drie juli?' vroeg ik.
'Zoiets,' zei hij.
Op drie juli ben ik jarig. Ik denk dat ik vandaag jarig ben.
Ik weet het zeker. Ik word tien. Ik bén tien.
Zeker weten!


Dit begin van het boek roept gelijk vraagtekens op. Waarom weet het kind niet of het 3 juli is? Waarom dénkt hij dat hij jarig is?
Als we verder lezen, komen we erachter dat het kind in een vluchtelingenkamp zit. Het schrijnende van het wel/niet zeker weten of hij jarig is, komt door het mogelijk nóg hartverscheurender gegeven dat het kind bestolen is.  Zijn rugzak met paspoort en telefoon met foto's zijn weg. Met alle kracht probeert hij zich de gezichten zijn vader en moeder, broertjes en zusjes te herinneren. Maar ze verdwijnen steeds meer uit zijn hoofd.


Omdat hij geen paspoort meer heeft, bestaat hij in feite niet meer, hij is anoniem, daarom is hij kind i genoemd - zelfs een hoofdletter kan er niet af - Een paspoort betekent alles, betekent mogelijkheden op een nieuw leven, betekent een kans op vrijheid, betekent een toekomst.


Hier in het kamp noemen we je paspoort je levensboek. Zonder paspoort heb je geen leven. Om te beginnen kun je al niet bewijzen dat je bent wie je zegt dat je bent. Misschien is je naam wel verzonnen. [...]
Je hele levensverhaal staat erin: je naam, je verjaardag, de namen van je ouders, waar je woont, waar je geweest bent, en een foto van je gezicht. Je hele leven, elk stukje op zijn eigen bladzij, bij elkaar gebonden in één belangrijk boek - je levensboek.


Bijna alle kinderen in het kamp hebben geen paspoort meer, die is gestolen, verbrand, in beslag genomen, verdronken...
Natuurlijk hebben de kinderen wel een eigen naam, maar ze 'kiezen' voor anonimiteit, denken aan vroeger is vaak te moeilijk. 'Ik ga niet vertellen hoe ik vroeger leefde. ik ga vertellen hoe ik nu leef, hier in het kamp, en ik begin bij vandaag' zegt kind i dan ook aan het begin van het boek.


Kind i maakt er het beste van. Hij heeft een hutje gemaakt voor zichzelf en de eveneens ouderloze kind E en L.  Ze zijn broer en zus. Het enige bezit van de twee is een fotoalbum, waar kind L elke avond aan haar broertje uit 'voorleest'. De drie kinderen trekken altijd samen op, ze zijn een 'familie'. Kind i verzint steeds lieve, leuke dingen om de sfeer goed de houden. Hij verrast ze ook graag. Maar de situatie blijft moeilijk, eten vinden is bijna de dagtaak. Ook de regen is een ramp, alles verandert dan steeds in één grote blubbertroep.
Maar hoe lief en optimistisch Kind i ook is, de sfeer in het kamp zelf wordt steeds grimmiger. En dan komt de dag dat alles in het kamp verandert...


Met alle vreselijke toestanden die zich nu afspelen in Afghanistan komt dit verhaal extra heftig binnen. Niet in de zin van gruwelijkheden, want die worden niet verteld, maar wel de onmenselijke leefomstandigheden en de uitzichtloosheid van mensen die alles kwijt zijn - met name hun paspoort - wordt heel duidelijk gemaakt.


Door het verhaal te vertellen vanuit het perspectief van kind i, gaat wel de hardheid eraf. Kinderen zijn flexibel, zien altijd wel iets om mee te spelen, zijn snel boos maar ook snel weer vrolijk. Kind i registreert alles en heeft een mooie innerlijke wijsheid ontwikkeld zonder té wijs te zijn, daardoor wordt het een prachtig, indrukwekkend, tijdloos document.
Eigenlijk zou iedereen dit boek moeten lezen. Het zal veel meer begrip kweken voor vluchtelingen.


ISBN 9789026624650 | Hardcover | 175 pagina's | KokBoekencentrum | april 2021
Met nawoord van de schrijver en adressen van vluchtelinginstanties | Vertaald door Jaap Slingerland | leeftijd 10+

© Dettie, 26 augustus 2021

Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER