Canto 29 Louteringsberg.

o.a. Dante en Goethe
Jom
Berichten: 259
Lid geworden op: 08 Aug 2005, 13:58
Locatie: Kessel-Lo
Contact:

Canto 29 Louteringsberg.

Berichtdoor Jom » 17 Jul 2006, 15:52

Korte inhoud van Louteringsberg canto 29 :

Dante volgt de zingende hemelnimf stroomopwaarts, elk aan hun eigen kant van de vergetelheid.
Het stroompje keert zich naar het oosten en daar begint het woud tot een felle gloed te verglinsteren.
Tegelijk vult een heerlijke lichtende melodie geheel de Edenlucht (want het Aards Paradijs noemt men ook wel de Tuin van Eden).
Dante denkt in zichzelf : “verdorie, Eefje, waarom heb je toch in die verrekte appel gebeten ? Anders waren we hier nooit weggeweest.”
Maar Eva verdroeg geen enkele sluier, ook die niet van de gehoorzaamheid of van de onwetendheid.
Vers 25 - 27 :
“che là dove ubidia la terra e 'l cielo,
femmina, sola e pur testé formata,
non sofferse di star sotto alcun velo;”
“daar waar zowel de hemel als de aarde gehoorzaamden,
verdroeg een vrouw - alleen en pas kort gevormd -
niet om onder ook maar één sluier te lopen;”


En in verrukking roept Dante hier niet de heiligen, de Christelijke coryfeeën en de hemel aan, maar wel de Klassieke muzen en hun woonstee de Helicon.
Om te kunnen beschrijven wat hij meemaakt.

Een keten van zeven luchters, een beweeglijk zevengesternte, een soort super-menora (joodse kandelaar met zeven armen) zet het hele landschap in vuur en vlam.
Vergilius staat er even paf van als Dante.

Het gevaarte nadert hen.
Daarachter volgt een verblindend witte stoet.
Boven de lusters tekenen zich zeven gekleurde hemelbanen af, een super-regenboog.
Dante probeert dit apocalyptische visioen weer te geven.
De stoet is een heuse processie, met voor elk wat wils, en alles in veelvoud of in het vereiste symbolische aantal voorhanden. Bijvoorbeeld vierentwintig ouderlingen - evenveel als er boeken zijn van het Oude Testament.
In het midden trekt een griffioen (een soort anti-Geryon, vooraan arend, achteraan leeuw, zoals Christus’aard) een zegekar. De wieken van de griffioen reiken tot de hemel zelf.
Vergeleken met deze zegewagen lijkt de praalwagen van Julius Caesar een aftandse oldtimer. Zelfs Helios’ wagen, waarmee deze zonnegod door de hemel klieft in elke Griekse mythologie, lijkt ermee vergeleken goed voor de schroothoop.
De wagen zou de Kerk symboliseren.

Dante staat aan de rand van de Lethe en wordt ondergedompeld in het onvergetelijk schouwspel aan de overzijde van de beek.

Aan het draaiende rechterwiel van de zegekar draaien en dansen drie vrouwen als Gratiën een eigen rondje. Aan het draaiende linkerwiel doen vier andere vrouwen hetzelfde.
Zeven grijsaards met fronsende vlammende ogen en brandende wenkbrauwen slaan het spektakel gade.

Vlak voor Dante’s neus en met een donderslag –alsof het een doorboorde knalpot betreft – parkeert de kar. Heel de stoet houdt tevens halt.

Terug naar “Klassieken”

Wie is er online

Gebruikers op dit forum: Geen geregistreerde gebruikers en 66 gasten