thema augustus 2006 - Franse schrijvers
Reis naar het einde van de nacht
Louis-Ferdinand Céline
De Reis naar het einde van de nacht is de uitzichtloze tocht van Bardamu door deze absurde wereld. In de oorlog realiseert hij zich de waanzin van de collectief georganiseerde moordpartijen waarvoor de mensen enthousiast in de rij moeten gaan staan om zich te laten afslachten. In Afrika wordt hij geconfronteerd met de hebzucht en de botheid van de blanke kolonist. Maar nergens voelt hij de eenzaamheid zo sterk als in New York, de kille ‘rechtopstaande’ stad van levende automaten. Terug in Parijs staat hij als arts volkomen machteloos tegenover de achterdocht, de bekrompenheid en het misdadig egoïsme van zijn patiënten.
Fel en genadeloos klaagt Céline in dit relaas van Bardamu's omzwervingen onze maatschappij aan, waarin altijd dezelfden het gelag moeten betalen. Even fel en genadeloos ontleedt hij de mens tot op het bot.
Dat de Reis een belangrijke invloed op de Franse literatuur heeft gehad, getuigt de volgende passage uit La force de l’âge van Simone de Beauvoir: ‘Het belangrijkste boek van dat jaar was de Voyage au bout de la nuit van Céline. We kenden er hele passages van uit ons hoofd. Zijn anarchisme scheen ons vertrouwd toe... Céline had een nieuw instrument gesmeed: een taal net zo levendig als het gesproken woord. Sartre heeft ervan geprofiteerd.’ En niet alleen Sartre, want dit monument van de Franse literatuur blijkt voor vele hedendaagse schrijvers nog steeds een bron van inspiratie te zijn.
De vertaling van E.Y. Kummer werd bekroond met de Martinus Nijhoffprijs.
Proza, 564 pagina’s (Voyage au bout de la nuit) Vertaling E.Y. Kummer Verschenen in 1968 18e druk
Voor meer informatie over Louis-Ferdinand Céline, klik http://nl.wikipedia.org/wiki/Louis-Ferd ... %C3%A9line
Louis-Ferdinand Céline
De Reis naar het einde van de nacht is de uitzichtloze tocht van Bardamu door deze absurde wereld. In de oorlog realiseert hij zich de waanzin van de collectief georganiseerde moordpartijen waarvoor de mensen enthousiast in de rij moeten gaan staan om zich te laten afslachten. In Afrika wordt hij geconfronteerd met de hebzucht en de botheid van de blanke kolonist. Maar nergens voelt hij de eenzaamheid zo sterk als in New York, de kille ‘rechtopstaande’ stad van levende automaten. Terug in Parijs staat hij als arts volkomen machteloos tegenover de achterdocht, de bekrompenheid en het misdadig egoïsme van zijn patiënten.
Fel en genadeloos klaagt Céline in dit relaas van Bardamu's omzwervingen onze maatschappij aan, waarin altijd dezelfden het gelag moeten betalen. Even fel en genadeloos ontleedt hij de mens tot op het bot.
Dat de Reis een belangrijke invloed op de Franse literatuur heeft gehad, getuigt de volgende passage uit La force de l’âge van Simone de Beauvoir: ‘Het belangrijkste boek van dat jaar was de Voyage au bout de la nuit van Céline. We kenden er hele passages van uit ons hoofd. Zijn anarchisme scheen ons vertrouwd toe... Céline had een nieuw instrument gesmeed: een taal net zo levendig als het gesproken woord. Sartre heeft ervan geprofiteerd.’ En niet alleen Sartre, want dit monument van de Franse literatuur blijkt voor vele hedendaagse schrijvers nog steeds een bron van inspiratie te zijn.
De vertaling van E.Y. Kummer werd bekroond met de Martinus Nijhoffprijs.
Proza, 564 pagina’s (Voyage au bout de la nuit) Vertaling E.Y. Kummer Verschenen in 1968 18e druk
Voor meer informatie over Louis-Ferdinand Céline, klik http://nl.wikipedia.org/wiki/Louis-Ferd ... %C3%A9line
Geen ochtend ter wereld
Pascal Quignard
Geen ochtend ter wereld van Pascal Quignard (1948) gaat over het leven van Sainte Colombe, die door zijn tijdgenoten werd geroemd als een groot violist maar die bij het nageslacht slechts bekend was als leermeester van Marin Marais. Totdat er in 1966 vijf composities van hem werden teruggevonden en zijn prachtige verstilde muziek duidelijk maakte dat zijn tijdgenoten niet hadden overdreven.
Sainte Colombe is een eenzelvig man die door twee hartstochten beheerst wordt: de liefde voor zijn vrouw en die voor de muziek. Na de dood van zijn vrouw verliest hij zich zo in zijn kunst dat hij vergeet zich om zijn onsterfelijkheid te bekommeren. Concerten aan het hof in Parijs ziet hij als een overbodige concessie aan een wereld vol praalhansen en leeghoofden. De zorg voor het laten uitgeven van zijn composities ervaart hij als een last die hem afhoudt van spelen en componeren.
Lijnrecht tegenover deze steile, introverte man staat zijn leerling Marin Marais die hongert naar roem en erkenning. Marais bewondert de composities van zijn leermeester, maar ziet de noodzaak van concentratie en ascese niet in. Aan het zo vurig begeerde succes zal het Marais niet ontbreken: al op twintigjarige leeftijd speelt hij in het orkest van Lully aan het hof van Lodewijk XIV. Toch zal hij zijn leven lang geobsedeerd blijven door de muziek die Sainte Colombe in zijn huis even buiten Parijs aan de Bièvre, ver van het wereldse rumoer, componeert.
Pascal Quignard (1948) studeerde filosofie in Nanterre en aan de universiteit van Vincennes. Zijn eerste publicatie stamt uit 1969, maar pas met Le Salon du Wurtemberg (1986) en Les Escaliers de Chambord (1989) vestigt hij zijn naam als schrijver. Na jarenlang gewerkt te hebben bij uitgeverij Gallimard, besloot hij in 1994 zich geheel aan het schrijven te wijden. In 2002 ontving hij de Prix Goncourt voor zijn boek Ombres errantes.
ISBN 9028250166 Proza, 80 pagina’s originele titel Tous les matins du monde, Vertaling Marianne Kaas Verschenen in 1993 2e druk Van Oorschot Amsterdam
Pascal Quignard
Geen ochtend ter wereld van Pascal Quignard (1948) gaat over het leven van Sainte Colombe, die door zijn tijdgenoten werd geroemd als een groot violist maar die bij het nageslacht slechts bekend was als leermeester van Marin Marais. Totdat er in 1966 vijf composities van hem werden teruggevonden en zijn prachtige verstilde muziek duidelijk maakte dat zijn tijdgenoten niet hadden overdreven.
Sainte Colombe is een eenzelvig man die door twee hartstochten beheerst wordt: de liefde voor zijn vrouw en die voor de muziek. Na de dood van zijn vrouw verliest hij zich zo in zijn kunst dat hij vergeet zich om zijn onsterfelijkheid te bekommeren. Concerten aan het hof in Parijs ziet hij als een overbodige concessie aan een wereld vol praalhansen en leeghoofden. De zorg voor het laten uitgeven van zijn composities ervaart hij als een last die hem afhoudt van spelen en componeren.
Lijnrecht tegenover deze steile, introverte man staat zijn leerling Marin Marais die hongert naar roem en erkenning. Marais bewondert de composities van zijn leermeester, maar ziet de noodzaak van concentratie en ascese niet in. Aan het zo vurig begeerde succes zal het Marais niet ontbreken: al op twintigjarige leeftijd speelt hij in het orkest van Lully aan het hof van Lodewijk XIV. Toch zal hij zijn leven lang geobsedeerd blijven door de muziek die Sainte Colombe in zijn huis even buiten Parijs aan de Bièvre, ver van het wereldse rumoer, componeert.
Pascal Quignard (1948) studeerde filosofie in Nanterre en aan de universiteit van Vincennes. Zijn eerste publicatie stamt uit 1969, maar pas met Le Salon du Wurtemberg (1986) en Les Escaliers de Chambord (1989) vestigt hij zijn naam als schrijver. Na jarenlang gewerkt te hebben bij uitgeverij Gallimard, besloot hij in 1994 zich geheel aan het schrijven te wijden. In 2002 ontving hij de Prix Goncourt voor zijn boek Ombres errantes.
ISBN 9028250166 Proza, 80 pagina’s originele titel Tous les matins du monde, Vertaling Marianne Kaas Verschenen in 1993 2e druk Van Oorschot Amsterdam
De dag van de hond
Caroline Lamarche
Wat hebben een brieven schrijvende vrachtwagenchauffeur, een parochiepastoor op het platteland, een vrouw die op het punt staat haar geliefde te verlaten, een homoseksuele jongen die zijn baan opzegt en een energieke moeder met een zich vol etende dochter met elkaar gemeen? Alle zes hebben zij op een dag in maart langs de middenberm van een snelweg een hond zien rennen. De aanblik van de zwervende hond en de angst dat die een ongeluk kan veroorzaken laten hen niet los.
In zes soms grappige, soms schrijnende, maar steeds verrassende monologen blijken de toeschouwers net zo verlaten, net zo op zichzelf teruggeworpen als die hond. Maar de bewustwording daarvan lijkt voldoende kracht te geven om hun levens verder te leven.
Le jour du chien Vertaling Rokus Hofstede ISBN 902825062x Proza, 96 pagina’s Verschenen in 1999 2e druk uitgeverij Van Oorschot
Caroline Lamarche
Wat hebben een brieven schrijvende vrachtwagenchauffeur, een parochiepastoor op het platteland, een vrouw die op het punt staat haar geliefde te verlaten, een homoseksuele jongen die zijn baan opzegt en een energieke moeder met een zich vol etende dochter met elkaar gemeen? Alle zes hebben zij op een dag in maart langs de middenberm van een snelweg een hond zien rennen. De aanblik van de zwervende hond en de angst dat die een ongeluk kan veroorzaken laten hen niet los.
In zes soms grappige, soms schrijnende, maar steeds verrassende monologen blijken de toeschouwers net zo verlaten, net zo op zichzelf teruggeworpen als die hond. Maar de bewustwording daarvan lijkt voldoende kracht te geven om hun levens verder te leven.
Le jour du chien Vertaling Rokus Hofstede ISBN 902825062x Proza, 96 pagina’s Verschenen in 1999 2e druk uitgeverij Van Oorschot
Meer
Jean Echenoz
Hoofdpersoon in Meer is Franck Chopin. Hij is insektenkundige en vliegenspecialist. Met vrouwen heeft hij geen geluk. Af en toe werkt Chopin als spion voor een Franse geheime dienst. Als hem wordt gevraagd de gangen na te gaan van een buitenlandse hoogwaardigheidsbekleder die zich tijdelijk vestigt in Parc Palace du Lac, een van de buitenwereld afgesloten hotel in de omgeving van Parijs, maakt hij voor zijn onderzoek gebruik van miniatuur-microfoons die hij voor de gelegenheid monteert op de buikjes van zijn vliegen, waarvan hij altijd een aantal krachtige exemplaren in fijnmazige kooitjes in voorraad houdt. Op verschillende plaatsen brengt hij regelmatig verslag uit aan zijn geheimzinnige opdrachtgever kolonel Seck: in een abattoir, een luxe-flat in het centrum of op een begraafplaats.
In eerste instantie denkt de lezer een spionageroman in handen te hebben: galante dames, een onbetrouwbare arts, geluiddempers op revolvers, high-tech apparatuur, strips lezende bodyguards, luxe zwarte automobielen. Maar Echenoz leidt zijn lezers om de tuin. Geboeid door het spannende verhaal wordt men Echenoz’ eigen universum ingevoerd en hoe realistisch ogend ook vanaf het begin, in Meer wordt duidelijk dat de werkelijkheid buitenspel wordt gezet. De werkelijkheid bestaat tenslotte al en het loont immers niet de moeite haar te copiëren? Meer is een razend knappe pastiche en parodie. Jean Echenoz sluit schijnbaar aan bij een klassiek genre, waarin gewoonlijk de onzekerheid en de twijfel regeren en alleen de ontknoping soelaas verschaft.
Jean Echenoz (Valenciennes, 1946) studeerde organische scheikunde in Lille en contrabas in Metz. Hij schreef tal van romans en kreeg een aantal prijzen, waaronder de Prix Médicis in 1998 voor Cherokee en de Prix Goncourt 1999 voor Je m'en vais.
ISBN 9028250042 Proza, 160 pagina’s (Lac) Vertaling Truus Boot & Mirjam de Veth Verschenen in 1991 2e druk uitgeverij Van Oorschot
Jean Echenoz
Hoofdpersoon in Meer is Franck Chopin. Hij is insektenkundige en vliegenspecialist. Met vrouwen heeft hij geen geluk. Af en toe werkt Chopin als spion voor een Franse geheime dienst. Als hem wordt gevraagd de gangen na te gaan van een buitenlandse hoogwaardigheidsbekleder die zich tijdelijk vestigt in Parc Palace du Lac, een van de buitenwereld afgesloten hotel in de omgeving van Parijs, maakt hij voor zijn onderzoek gebruik van miniatuur-microfoons die hij voor de gelegenheid monteert op de buikjes van zijn vliegen, waarvan hij altijd een aantal krachtige exemplaren in fijnmazige kooitjes in voorraad houdt. Op verschillende plaatsen brengt hij regelmatig verslag uit aan zijn geheimzinnige opdrachtgever kolonel Seck: in een abattoir, een luxe-flat in het centrum of op een begraafplaats.
In eerste instantie denkt de lezer een spionageroman in handen te hebben: galante dames, een onbetrouwbare arts, geluiddempers op revolvers, high-tech apparatuur, strips lezende bodyguards, luxe zwarte automobielen. Maar Echenoz leidt zijn lezers om de tuin. Geboeid door het spannende verhaal wordt men Echenoz’ eigen universum ingevoerd en hoe realistisch ogend ook vanaf het begin, in Meer wordt duidelijk dat de werkelijkheid buitenspel wordt gezet. De werkelijkheid bestaat tenslotte al en het loont immers niet de moeite haar te copiëren? Meer is een razend knappe pastiche en parodie. Jean Echenoz sluit schijnbaar aan bij een klassiek genre, waarin gewoonlijk de onzekerheid en de twijfel regeren en alleen de ontknoping soelaas verschaft.
Jean Echenoz (Valenciennes, 1946) studeerde organische scheikunde in Lille en contrabas in Metz. Hij schreef tal van romans en kreeg een aantal prijzen, waaronder de Prix Médicis in 1998 voor Cherokee en de Prix Goncourt 1999 voor Je m'en vais.
ISBN 9028250042 Proza, 160 pagina’s (Lac) Vertaling Truus Boot & Mirjam de Veth Verschenen in 1991 2e druk uitgeverij Van Oorschot
De Afrikaan
J.M.G. Le Clézio
Jean-Marie verlaat Nice met zijn moeder en broer om bij zijn vader te gaan wonen,die als arts in Nigeria werkt. In Afrika ontdekt de achtjarige jongen een compleet nieuwe wereld. Het gebrek aan schaamte van de naakte Afrikanen, de geuren, de brandende zon, angstaanjagende insecten en grootse stormen. Maar hij leert ook zijn vader kennen, een gesloten, autoritaire man, die niet in staat is zijn liefde te tonen. Jaren later kan Le Clézio pas het verhaal van zijn vader vertellen aan de hand van foto's die zijn vader nam met zijn Leica. De Afrikaan is niet alleen het verhaal over een relatie tussen vader en zoon, maar ook een portret over een land dat zijn geheimen niet prijsgeeft.
Oorspronkelijke titel: L' Africain Vertaler: M. Noordman
Hardcover | 82 Pagina's | Uitgeverij De Geus | 2005 ISBN: 9044506110
J.M.G. Le Clézio
Jean-Marie verlaat Nice met zijn moeder en broer om bij zijn vader te gaan wonen,die als arts in Nigeria werkt. In Afrika ontdekt de achtjarige jongen een compleet nieuwe wereld. Het gebrek aan schaamte van de naakte Afrikanen, de geuren, de brandende zon, angstaanjagende insecten en grootse stormen. Maar hij leert ook zijn vader kennen, een gesloten, autoritaire man, die niet in staat is zijn liefde te tonen. Jaren later kan Le Clézio pas het verhaal van zijn vader vertellen aan de hand van foto's die zijn vader nam met zijn Leica. De Afrikaan is niet alleen het verhaal over een relatie tussen vader en zoon, maar ook een portret over een land dat zijn geheimen niet prijsgeeft.
Oorspronkelijke titel: L' Africain Vertaler: M. Noordman
Hardcover | 82 Pagina's | Uitgeverij De Geus | 2005 ISBN: 9044506110
De velden van eer en andere romans
Jean Rouaud
In 1990 verscheen Jean Rouauds debuutroman De velden van eer bij Éditions de Minuit in Parijs. De verteller in dit boek is het alter ego van Rouaud zelf, die op elfjarige leeftijd hardhandig door het lot in zijn kraag werd gepakt: binnen enkele maanden stierven zijn grootvader, oudtante en vader.
Als bij toverslag veroverde Rouaud de literaire wereld. Van zijn debuut, bekroond met de Prix Goncourt, verschenen meer dan dertig vertalingen en er werden ruim een miljoen exemplaren verkocht. Ietwat beduusd merkte hij destijds in interviews op dat het boek het eerste deel was van een trilogie over drie generaties van een familie in het fictieve Franse stadje Random. Zij moest de hele twintigste eeuw beslaan – vanaf de Eerste Wereldoorlog tot het einde van de jaren negentig – en cirkelen rond de ontijdige dood van de vader van de verteller.
De trilogie zou uiteindelijk uitgroeien tot een vijfluik. Op De velden van eer (over de voorouders van de verteller en hun belevenissen tijdens de Eerste Wereldoorlog) volgden Illustere voorgangers (over de vader en zijn leven in het teken van de Tweede Wereldoorlog), De wereld bij benadering (over de verteller zelf in de roerige jaren ’60), Voor al uw geschenken (een onvergelijkbaar mooi portret van de moeder) en ten slotte In de hemel zoals op aarde, waarin Rouaud als een eigentijdse baron van Münchhausen zijn complete familiesaga optilt van de aarde. Oorspronkelijk als vijf afzonderlijke delen verschenen in de Franse Bibliotheek van Van Oorschot is deze uitzonderlijke kroniek intussen tezamengevoegd in één boekdeel, wat de auteur toen hij het onder ogen kreeg de verzuchting ontlokte, dat hij niet begreep waarom zijn oorspronkelijke uitgever dat niet ook allang gedaan had.
ISBN 9028250700 Proza, 624 pagina’s Vertaling Marianne Kaas & Frans de Haan Verschenen in 2002 1e druk Van Oorschot
Jean Rouaud
In 1990 verscheen Jean Rouauds debuutroman De velden van eer bij Éditions de Minuit in Parijs. De verteller in dit boek is het alter ego van Rouaud zelf, die op elfjarige leeftijd hardhandig door het lot in zijn kraag werd gepakt: binnen enkele maanden stierven zijn grootvader, oudtante en vader.
Als bij toverslag veroverde Rouaud de literaire wereld. Van zijn debuut, bekroond met de Prix Goncourt, verschenen meer dan dertig vertalingen en er werden ruim een miljoen exemplaren verkocht. Ietwat beduusd merkte hij destijds in interviews op dat het boek het eerste deel was van een trilogie over drie generaties van een familie in het fictieve Franse stadje Random. Zij moest de hele twintigste eeuw beslaan – vanaf de Eerste Wereldoorlog tot het einde van de jaren negentig – en cirkelen rond de ontijdige dood van de vader van de verteller.
De trilogie zou uiteindelijk uitgroeien tot een vijfluik. Op De velden van eer (over de voorouders van de verteller en hun belevenissen tijdens de Eerste Wereldoorlog) volgden Illustere voorgangers (over de vader en zijn leven in het teken van de Tweede Wereldoorlog), De wereld bij benadering (over de verteller zelf in de roerige jaren ’60), Voor al uw geschenken (een onvergelijkbaar mooi portret van de moeder) en ten slotte In de hemel zoals op aarde, waarin Rouaud als een eigentijdse baron van Münchhausen zijn complete familiesaga optilt van de aarde. Oorspronkelijk als vijf afzonderlijke delen verschenen in de Franse Bibliotheek van Van Oorschot is deze uitzonderlijke kroniek intussen tezamengevoegd in één boekdeel, wat de auteur toen hij het onder ogen kreeg de verzuchting ontlokte, dat hij niet begreep waarom zijn oorspronkelijke uitgever dat niet ook allang gedaan had.
ISBN 9028250700 Proza, 624 pagina’s Vertaling Marianne Kaas & Frans de Haan Verschenen in 2002 1e druk Van Oorschot
Behalve het boek "windows on the world" (dat al op mijn te lezen lijstje stond) ken ik er geeneen. Er zitten er wel een paar bij die ik zou willen lezen. Ik ken eigenlijk maar 1 franse schrijver of beter gezegd een boek van een franse schrijver en dat is "alleen op de wereld". Tijd om mijn kennis van de franse literatuur op te krikken.
Alhoewel.... was Verne ook een fransman?
Inge
Alhoewel.... was Verne ook een fransman?
Inge
Portugese brieven
Guilleragues
‘Als het me mogelijk was uit dit ongelukkige klooster weg te komen, zou ik niet in Portugal op het resultaat van uw beloften wachten: zonder enige maat te houden zou ik u gaan zoeken, u volgen en u over de hele wereld beminnen.’
Deze hartstochtelijke toon kenmerkt de Portugese brieven die in 1669 te Parijs verschenen en groot opzien baarden. Dat ze anoniem verschenen was voor die tijd heel gewoon, maar dat de schrijfster een Portugese non leek te zijn die op onmiskenbaar erotische toon uiting gaf aan haar liefde voor een Franse edelman, was ronduit een sensatie. Hoezeer het de gemoederen bezighield, bleek toen nauwelijks een jaar later een uitgebreide versie verscheen, waarin - al even anoniem - ‘een Franse edelman uit Grenoble’ de non uitvoerig antwoordde.
Tot op de dag van vandaag vinden de Portugese brieven steeds nieuwe lezers. Destijds reageerde het Franse publiek verwonderd, bewonderend of ronduit afkeurend: zij gaven een scabreus beeld van de liefde en qua stijl braken zij met alle conventies van toen. Maar de hedendaagse lezer stelt juist met instemming vast dat in deze liefdesbrieven gevoelens en emoties, van wanhoop, verlangen, spijt, woede en eenzaamheid zonder remmingen op het papier lijken te zijn gegooid.
Lange tijd wist niemand wie zich achter deze prachtige liefdesbrieven verborg. Inmiddels staat wel vast dat Gabriel Joseph de Lavergne, bekend geworden als graaf van Guilleragues, de schrijver van de Portugese brieven is. Maar wie de schrijver is van de ‘réponses de Grenoble’, die aan deze uitgave werden toegevoegd, is altijd een raadsel gebleven.
ISBN 9028250387 Proza, 96 pagina’s Lettres portugaises Vertaling Frans de Haan Verschenen in 1996 2e druk uitgeverij van Oorschot
Guilleragues
‘Als het me mogelijk was uit dit ongelukkige klooster weg te komen, zou ik niet in Portugal op het resultaat van uw beloften wachten: zonder enige maat te houden zou ik u gaan zoeken, u volgen en u over de hele wereld beminnen.’
Deze hartstochtelijke toon kenmerkt de Portugese brieven die in 1669 te Parijs verschenen en groot opzien baarden. Dat ze anoniem verschenen was voor die tijd heel gewoon, maar dat de schrijfster een Portugese non leek te zijn die op onmiskenbaar erotische toon uiting gaf aan haar liefde voor een Franse edelman, was ronduit een sensatie. Hoezeer het de gemoederen bezighield, bleek toen nauwelijks een jaar later een uitgebreide versie verscheen, waarin - al even anoniem - ‘een Franse edelman uit Grenoble’ de non uitvoerig antwoordde.
Tot op de dag van vandaag vinden de Portugese brieven steeds nieuwe lezers. Destijds reageerde het Franse publiek verwonderd, bewonderend of ronduit afkeurend: zij gaven een scabreus beeld van de liefde en qua stijl braken zij met alle conventies van toen. Maar de hedendaagse lezer stelt juist met instemming vast dat in deze liefdesbrieven gevoelens en emoties, van wanhoop, verlangen, spijt, woede en eenzaamheid zonder remmingen op het papier lijken te zijn gegooid.
Lange tijd wist niemand wie zich achter deze prachtige liefdesbrieven verborg. Inmiddels staat wel vast dat Gabriel Joseph de Lavergne, bekend geworden als graaf van Guilleragues, de schrijver van de Portugese brieven is. Maar wie de schrijver is van de ‘réponses de Grenoble’, die aan deze uitgave werden toegevoegd, is altijd een raadsel gebleven.
ISBN 9028250387 Proza, 96 pagina’s Lettres portugaises Vertaling Frans de Haan Verschenen in 1996 2e druk uitgeverij van Oorschot
ja ik was ook verbaasd en had al een link erbij gedaan naar crimezone (klik op het boek) en een link naar de website van Sardou.
Het verhaal spreekt me zowaar aan, maar... een thriller en ik wil nooit zo. Ik hoor van jou wel hoe het is.
Bianca heb jij het gelezen?
bernadet
P.S. Was een tip van irene, waarvoor dank.
Het verhaal spreekt me zowaar aan, maar... een thriller en ik wil nooit zo. Ik hoor van jou wel hoe het is.
Bianca heb jij het gelezen?
bernadet
P.S. Was een tip van irene, waarvoor dank.
Wie is er online
Gebruikers op dit forum: Geen geregistreerde gebruikers en 145 gasten