Canto 17 De hemel.

o.a. Dante en Goethe
Jom
Berichten: 259
Lid geworden op: 08 Aug 2005, 13:58
Locatie: Kessel-Lo
Contact:

Canto 17 De hemel.

Berichtdoor Jom » 06 Aug 2007, 08:03

Overschouwing
Canto 17 :

(Dit is een belangrijke canto, met een belangrijke ontmoeting, of sleutelcanto.
Belangrijke ontmoetingen zijn tenslotte sleutels.)

Beatrice port nu Dante aan : laat de vlam van je verlangen naar buiten komen en je tong beroeren of de wiek die je tong is aansteken met wat echt in je brandt.

Dante richt zich weer tot Cacciaguida.
Dante is ongerust na al de hints die hij her en der in hel en vagevuur aangaande zijn toekomst heeft opgevangen.
En vraagt Cacciaguido zijn toekomst te voorspellen.
Vers 16 – 18 :
“così vedi le cose contingenti
anzi che sieno in sé, mirando il punto
a cui tutti li tempi son presenti;”

“zo ziet gij de vergankelijke dingen
alvorens ze op zich zijn, kijkende naar dat punt (God)
voor wie alle tijden tegenwoordig tijd zijn;”

( Het boek van de toekomst ligt namelijk wijd open voor de afgestorvenen, maar de hemelingen zullen er een klaarder kijk op hebben. Dalen is naar de hel gaan, stijgen is louteren, hier is alles verwezenlijking. )

Cacciaguida antwoordt, niet in kerklatijn maar in klare zij het wat belegen volkstaal :
vers 34 – 36 :
“ma per chiare parole e con preciso
latin rispuose quello amor paterno,
chiuso e parvente del suo proprio riso:”

“maar in klare woorden en met precieze
taal antwoordde deze vaderlijke liefde,
gesloten en openbaar door zijn eigen (glim-)lach:”

Hij legt Dante het hemels waarzeggersprincipe uit.
Het boek van het aardse dat voor jou blad na blad vordert ziet God in één blik ( God beschikt over een Word-versie van een zich schrijvend document).
Maar net zoals de boot die we zien niet in ons oog vaart, zo neemt Gods blik geen deel aan dat boek. ( Alhoewel het aards oog wel deelneemt en het aardse kleurt en omgekeerd. En de boot ergens wel in ons oog vaart, voor de subjectieve helft.)
God ziet echter alles, en iets in Gods blik verraadt echter wel de innerlijke harmonie die ook zijn – perfecte - visie van de toekomst laat zien, waarin elke toekomst besloten ligt. Ook de jouwe.
Zoiets.


Dan voorspelt Cacciaguida in niet mis te verstane bewoordingen Dante’s verbanning uit Firenze. Men is die verbanning nu al aan het bekokstoven in de curie van paus Bonifacius VIII, die trouwens al door Dante en andere verdoemde pausen in de hel wordt verwacht ( zie Hel, canto 19 ).
Het Florentijnse volk zal Dante’s verbanning goedkeuren maar het onheil dat vervolgens Firenze zal teisteren zal de waarheid doen zegevieren.

Volgt een evocatie van het nostalgische gevoelen van de ontheemde.

Vers 58 – 60 :
“Tu proverai sì come sa di sale
lo pane altrui, e come è duro calle
lo scendere e 'l salir per l'altrui scale.”

“Jij zal nagaan of het zo zout is
het brood van anderen, en of het een zware weg is
de trap van anderen af te dalen en te bestijgen.”
(Het brood van Verona – waar Dante als balling bij de della Scala’s toefde - was voor een Firenzisch palatum erg zout, nota bene.)

Met als toetje een kritiek op Dante’s mede-ballingen.


Vervolgens lofprijst Cacciaguida Dante’s Veronese gastheren in zijn ballingschap : Bartholomeus della Scala en vooral diens jongere broer Cangrande della Scala die “nu (1300) nog een kind is.

Vers 83 – 84 :
“parran faville de la sua virtute
in non curar d'argento né d'affanni.”

“vonken zullen verschijnen van zijn deugd
in het niet geven om zilvergeld of inspanningen.”


Dante legt een gewetenskwestie voor aan Cacciaguida, nl. of hij al dan niet zijn wedervaren in hel, vagevuur, en hemel zou publiek maken, want de ene zal het smaken maar de andere zal het zuur opbreken.

Vers 109 – 111 :
“per che di provedenza è buon ch'io m'armi,
sì che, se loco m'è tolto più caro,
io non perdessi li altri per miei carmi.”

“omdat het goed is dat ik me met vooruitziendheid wapen,
zodat, als de plaats die me het dierbaarst is (Firenze) me wordt ontnomen,
ik niet de andere plaatsen (ballingsoorden) verlies door mijn gezangen.”

En vers 115 – 120 :
“e poscia per lo ciel, di lume in lume,
ho io appreso quel che s'io ridico,
a molti fia sapor di forte agrume;

e s'io al vero son timido amico,
temo di perder viver tra coloro
che questo tempo chiameranno antico».”

“en vervolgens door de hemel, van licht in licht,
heb ik dingen geleerd die als ik ze herhaal,
voor velen een smaak van sterke bitterheid zullen hebben.

en ben ik ten overstaan van de waarheid een schuchtere vriend,
dan vrees ik het leven te verliezen in de kleurrijke herinnering
die deze tijd antiek zal noemen”


Als een gouden spiegel in de zon straalt Cacciaguida zijn antwoord terug naar Dante.
En in zijn woorden houdt Dante een vurig pleidooi voor zijn eigen geschrijf.

Vers 128 – 132 :
“tutta tua vision fa manifesta;
e lascia pur grattar dov'è la rogna.

Ché se la voce tua sarà molesta
nel primo gusto, vital nodrimento
lascerà poi, quando sarà digesta.”

“Breng heel je visie naar buiten;
en laat deze zich krabben die er jeuk van krijgen.

Als uw stem hen bitter mag zijn
bij het eerste proeven, levensvoedsel
zal het daarna achterlaten, wanneer het verteerd is.”

Terug naar “Klassieken”

Wie is er online

Gebruikers op dit forum: Geen geregistreerde gebruikers en 3 gasten